De werkloosheid in de eurozone blijft onverminderd toenemen.
De werkloosheid in de landen van de eurozone blijft onverminderd toenemen.
Volgens berekeningen van het Europees statistiekbureau Eurostat is de werkloosheidsgraad in de eurozone in mei opgelopen tot een recordpeil van 12,1 procent. Daarmee telt de arbeidsmarkt in de eurozone 19,2 miljoen werklozen. In april was 12 procent van de beroepsbevolking werkloos. In de volledige Europese Unie telde Eurostat 26,405 miljoen werklozen in mei, wat met een werkloosheidsgraad van 10,6 procent overeenstemt met een stabilisering ten opzichte van april.
In vergelijking met mei vorig jaar kwamen er in de eurozone ruim 1,34 miljoen werklozen bij. Op maandbasis was er een toename met 67.000 werklozen.
Van alle lidstaten van de eurozone werd de laagste werkloosheidsgraad opgetekend in Oostenrijk (4,7 procent), Duitsland (5,3 procent) en Luxemburg (5,7 procent). Spanje en Griekenland lopen het meest gebukt onder het gewicht van de werkloosheid met een percentage van respectievelijk 26,9 en 26,8 procent.
In vergelijking met vorig jaar nam de werkloosheid toe in zeventien lidstaten en nam ze af in tien lidstaten. De grootste toename vond plaats in Cyprus (van 11,4 tot 16,3 procent), Griekenland (van 22,2 tot 26,8 procent) en in Slovenië (van 8,6 tot 11,2 procent). Volgens het Eurostat-rapport is de werkloosheidsgraad in België in een jaar tijd gestegen van 7,7 tot 8,6 procent.
Ter vergelijking: de werkloosheidsgraad in de Verenigde Staten nam in mei van dit jaar af tot 7,6 procent in vergelijking met de 8,2 procent in mei van vorig jaar.
In Europa blijft de jeugdwerkloosheid (werkzoekenden die jonger zijn dan 25 jaar) rampzalige vormen aannemen. In mei van dit jaar zaten 5,501 miljoen jongeren in de Europese Unie zonder werk, van wie 3,531 miljoen in de eurozone. De werkloosheidsgraad onder jongeren bedraagt daarmee 23 procent in de Europese Unie en 23,8 procent in de eurozone. Duitsland (7,6 procent), Oostenrijk(8,7 procent) en Nederland (10,6 procent) tellen van alle lidstaten het minst jongere werklozen. In Griekenland (59,2 procent), Spanje (56,5 procent) en Portugal (42,1 procent) lijkt de situatie voor de meeste jongeren stilaan uitzichtloos. (BO)
