De verschillen in werkloosheidsgraad tussen de Belgische regio’s behoren tot de hoogste van Europa.
De zogenaamde interne dispariteitsindex bedroeg in 2010 ongeveer 52 procent. Dat is meer dan het EU-gemiddelde (49%). In onze buurlanden lopen de werkloosheidsgraden tussen regio’s minder sterk uiteen. De Duitse index ligt met 39 procent veel lage, hoewel er deelstaten zijn met een bijna volledige tewerkstelling (Beieren, Baden-Württemberg) naast de Oost-Duitse Länder met een hoge werkloosheid. In Frankrijk ligt die index net boven 10 procent en in Nederland rond 15 procent.
De kloof tussen de regio’s zal dit jaar nog toenemen. Dat blijkt uit de nieuwste werkloosheidscijfers. In een jaar tijd is het aantal werklozen in België met 25.000 gedaald. De daling doet zich in alle gewesten voor, maar is het grootst in Vlaanderen (-13.918 mensen of -8,9%), gevolgd door Wallonië (-5,1%) en Brussel (-2,3%).
In 2008 was de dispariteit met 59,9 procent wel nog een flink stuk hoger dan vandaag. Dat de verschillen in werkloosheidsgraad tussen regio’s nadien afnamen, wil niet zeggen dat er in Wallonië en Brussels plots meer werklozen een job vonden dan in Vlaanderen. De algemene daling van de index is het gevolg van de impact die de crisis had op de beter presterende, vaak conjunctuurgevoeligere regio’s. Door de sterkere stijging van de werkloosheid in Vlaanderen nam de Belgische dispariteit af. Een evolutie die trouwens ook opvallend sterk was in landen als Spanje (dispariteit daalt van 30 naar 28%) en Griekenland (van 19 naar 11%).
Alain Mouton
