Lantis-directeuren delen hun ervaringen over Oosterweel in een boek

Luc Hellemans en Bart Van Camp: ‘Mochten we vandaag starten met Oosterweel, dan zouden het helemaal anders aanpakken’

Bart Van Camp en Luc Hellemans
Bart Van Camp en Luc Hellemans © Franky Verdickt
Dirk Vandenberghe freelancejournalist en podcastmaker

Het Oosterweelproject is meer dan de werf van de eeuw. Volgens Lantis-directeuren Luc Hellemans en Bart Van Camp heeft het de potentie om uit te groeien tot een heus kathedraalproject, dat de grootste maatschappelijke uitdagingen van deze tijd op een vernieuwende manier aanpakt. “Dankzij de burgerbewegingen is dit een beter project geworden.”

Het boek dat Luc Hellemans en Bart Van Camp, de CEO en de directeur Omgeving van Lantis, schreven over hun ervaringen met het Oosterweelproject, waarvan ze de bouwheer zijn, heet De nieuwe kathedraal. Dat zou je makkelijk kunnen wegzetten als Antwerpse grootspraak, maar hun boek bevat meer dan voldoende argumenten om de claim dat het megaproject kan uitgroeien tot een kathedraalproject hard te maken. Die gaan over de verregaande samenwerking met actiegroepen en burgers, over de zoektocht naar nieuwe bouwmethodes, over nieuwe contractvormen met aannemers die een flexibele aanpak mogelijk maken, en over een andere visie, door Oosterweel niet te zien als louter een megaproject met tunnels, snelwegen, fietspaden en park-and-rides, maar als een langlopend en grootschalig samenlevingsexperiment.

Het boek blikt terug op enkele moeilijke momenten, zoals het wegstemmen van de Lange Wapper-brug in een referendum en de PFAS-saga met 3M, maar vertelt ook hoe het project vanaf 2017 werd rechtgetrokken dankzij het Toekomstverbond, een samenwerking tussen de overheden met de burgerbewegingen Ringland, Ademloos en stRaten-generaal.

De indruk zou kunnen ontstaan dat het boek is geschreven uit een zekere frustratie, omdat bij velen nog altijd de perceptie overheerst van Oosterweel als een Antwerps megaproject om de Ring te sluiten?

BART VAN CAMP. “Frustratie zeker niet. Allang niet meer. We hebben in 2018 een nieuwe strategie uitgezet, nadat we kritisch in de spiegel hadden gekeken. Vanaf dan zijn we aan de slag gegaan, wat op Linkeroever heeft geleid tot een helder voorbeeld van hoe snel het vooruit kan gaan, en dat toch op veel instemming kan rekenen bij de weggebruikers die er langsrijden. En de inwoners van Zwijndrecht kunnen vandaag in hun tuin zitten zonder dat ze veel last hebben van achtergrondlawaai. Dat is een van die dingen waar we hard op werken: niet alleen zeggen dat het allemaal beter zal zijn vanaf 2035, maar ervoor zorgen dat er ook nu al verbeteringen merkbaar zijn.”

LUC HELLEMANS. “We wilden vooral een blik onder de motorkap bieden en de veelzijdigheid van het project benadrukken. Wij zijn niet de bedenkers van die verhalen, wel de chroniqueurs. En er zitten een paar recepten in dit boek waarvan we hopen dat het nieuwe beleidsvoerders kan inspireren om mensen dichter bij elkaar te brengen. Wij zijn erin geslaagd een moeilijk, beladen project waar veel vooroordelen over bestonden, een andere richting uit te sturen. Dat kan inspirerend zijn voor politici en bedrijfsleiders.”

U had in 2018 af te rekenen met veel argwaan en wantrouwen. Hoe keer je zoiets?

VAN CAMP. “Wantrouwen heeft te maken met het ontbreken van dialoog. Als je zoals wij met een historische achterstand begint, moet je eerst een paar stappen achteruitzetten en de framing van je project weer duidelijk stellen. Duidelijk stellen dat het niet zomaar gaat om het sluiten van de Ring, maar om de leefbaarheid van de stad en bij uitbreiding de Vlaamse economie.”

‘Onze ambitie is niet Oosterweel te bouwen. De echte ambitie is de regio naar een hoger niveau te tillen’

Luc Hellemans, Lantis

HELLEMANS. “Wij zijn iedereen gaan bezoeken, hebben kleine verbindingen gemaakt en heel veel geluisterd. Je moet vooral niet meteen in een kramp schieten en je project verdedigen, maar eerst luisteren en dan pas praten. En dan met een nieuwe suggestie komen, die de doelstellingen verenigt, zodat iedereen erop vooruitgaat. En vervolgens bewijzen dat je wat je belooft ook waar kunt maken.”

Is dat de belangrijkste les van Oosterweel, om actiegroepen niet te zien als tegenstanders?

HELLEMANS. “Het Toekomstverbond heeft me doen beseffen dat als je bezig bent met iets wat zoveel geld kost, het dan om veel meer moet gaan dan louter die infrastructuur. Het is eigenlijk nooit gegaan over het sluiten van de Ring op zich, het ging over hoe die Ring een hefboom kan zijn voor een betere mobiliteit en voor meer leefbaarheid en meer welvaart in onze stad en regio. Daar is het Toekomstverbond een emanatie van. Mochten we vandaag starten met Oosterweel, dan zouden we het helemaal anders aanpakken dan in 2000. Met die nieuwe inzichten zouden we ook veel meer snelheid maken.”

VAN CAMP. “Het gaat ook over de verhouding tussen de politieke besluitvorming en de participatie van de burgers. Daar hebben we in het begin de bal niet helemaal juist geraakt. Participatie heeft veel lagen. Vroeger werd het nog te veel geïnterpreteerd als je project goed uitleggen, daarna volgde een raadpleging, en in het beste geval kon men nog advies geven. Ondertussen zijn we geëvolueerd tot het niveau van de co-creatie. Je kunt er niet meer omheen om zo veel mogelijk samen te werken. Dat zit nu over de hele lijn in ons project. Het betekent ook dat je niet meer vertrekt vanuit je eigenbelang of het belang van het project, maar vanuit het algemeen belang. Ik denk dat het voor veel organisaties en actievoerders nog een heel moeilijke oefening is om dat los te laten.”

Maar u botst dan toch vaak op tegenstrijdige belangen?

HELLEMANS. “Eigenlijk geef je het project in handen van de gemeenschap en ga je op zoek naar het gemeenschappelijk doel. Onze ambitie is dan niet Oosterweel te bouwen, binnen de geplande termijn en binnen het budget. Dat doen we wel, maar de echte ambitie is de regio naar een hoger niveau te tillen. Daarvoor moet je coalities sluiten met omwonenden en actiegroepen, en rekening houden met hun wensen, verlangens en kennis. Een van de denkprocessen daarbij is van tegenstellingen een dilemma te maken, want al te vaak gaat een discussie over middelen, en niet over de doelstelling.”

‘Participatie heeft veel lagen. Ondertussen zijn we geëvolueerd tot het niveau van de co-creatie. Je kunt er niet meer omheen om zo veel mogelijk samen te werken’

Bart Van Camp

Kunt u daar een voorbeeld van geven?

HELLEMANS. “Kijk naar onze discussie met Ringland. Voor hen was een volledige overkapping van de Ring het doel op zich. Voor ons is een overkapping een middel om de stad leefbaar te maken, om de Ring met de stad te verzoenen. Dus heb je hetzelfde doel: een leefbare stad en een veilige, vlotte Ring. Als je blijft denken in de tegenstelling tussen overal overkappen en zo weinig mogelijk overkappen, kom je er nooit uit. Wel als je een connectie maakt met het oog op de doelstelling. Zo zijn we samen tot een oplossing gekomen. De leefbaarheid van de stad en de vlotte en veilige doorstroming van de Ring worden het best gerealiseerd door sommige delen te overkappen, en elders bijvoorbeeld te werken met schermen en bermen.”

Die nadruk op doelstellingen trekt u ook door in de contracten met aannemers.

HELLEMANS. “Wij wilden af van de vechtcontracten, dat was toch de overheersende cultuur in de tijd. Dat brengt het project in gevaar, zowel qua timing als financieel. Wij wilden een verbond aangaan met aannemers. We zijn op zoek gegaan naar een juiste vorm en zijn uitgekomen bij new engineering and construction contracts (NEC 4), die een flexibele manier van samenwerken mogelijk maken. Dat betekent wel dat je tot vijftien aannemers moet overtuigen om met een open boekhouding te werken, in volle transparantie.”

VAN CAMP. “Daar hebben we vanaf het begin ook de vakverenigingen bij betrokken, om een dialoog te hebben over eerlijke arbeidsomstandigheden. Wij weten precies welke arbeiders op welke werf werken, en alle incentives om buiten de lijntjes te kleuren zijn weggenomen. Uiteraard is er een klein percentage malafide aannemers, maar veel misstanden ontstaan toch door een te lakse houding van de bouwheer. Dat wilden wij niet laten gebeuren.”

HELLEMANS. “En het werkt. Op Linkeroever en bij de bouw van de Scheldetunnel zien we prachtige samenwerkingen ontstaan, binnen de termijn en binnen het budget, inclusief de leefbaarheidsprojecten. Vroeger werkte een aannemer door tot hij niet meer verder kon, ook bij mogelijke problemen, en toen volgde steevast de factuur. Nu komen aannemers ons waarschuwen: als we dit doen, komen we over negen maanden daar in de problemen, hoe kunnen we dat anders aanpakken? Dat is een heel andere instelling. En als er eens iemand een fout maakt, kijken we hoe we dat zo efficiënt mogelijk kunnen oplossen, in plaats van elkaar met de vinger te wijzen. Wij hebben de stelling van Lenin omgedraaid en zeggen: controle is goed, vertrouwen is beter.”

‘Ik heb er nog altijd spijt van dat we niet vroeger hebben gecommuniceerd over de ontdekking van PFAS. Daar hebben we een kans gemist’

Luc Hellemans, Lantis

U staat in het boek uitgebreid stil bij het PFAS-schandaal, waarover de Raad van State deze zomer oordeelde dat er geen juridische basis was voor de grondwerken die u uitvoerde. Is PFAS uw moeilijkste dossier?

HELLEMANS. “Ik heb er nog altijd spijt van dat we niet vroeger hebben gecommuniceerd over de ontdekking van PFAS. Daar hebben we een kans gemist. Er zijn zeker dingen die we beter hadden kunnen doen. Maar als er nu wordt gezegd dat we illegaal grond hebben verplaatst, heb ik het daar moeilijk mee. We hebben de grootste zorgvuldigheid in acht genomen bij de aanvraag van de vergunning. We hebben die gekregen, en toen de Raad van State die vergunning na vier weken schorste, zijn we onmiddellijk gestopt met de werkzaamheden. Twee jaar later komt de Raad van State en zegt: de vergunning die je hebt gekregen, was eigenlijk niet correct. Wie is er dan fout? De overheid toch, zou ik denken?

“Tot daar kan ik het nog allemaal volgen. Maar vervolgens zegt men ook nog eens: in die vier weken dat je met die vergunning hebt gewerkt, heb je een milieumisdrijf begaan. Dus als je van de overheid een vergunning krijgt en binnen die vergunning werkt, weet je eigenlijk niet meer of je legaal of illegaal bezig bent. Zo valt alle rechtszekerheid weg. Had men ons betrapt op het overtreden van de regels, of hadden we gewerkt zonder vergunning, dan mochten ze ons voor mijn part achter de tralies zetten. Maar dit kan ik echt moeilijk accepteren.”

Zijn er ook momenten dat u dacht: dit is iets bijzonder moois om mee te maken, hier mogen we trots op zijn?

VAN CAMP. “Ik herinner me de dag dat we het Toekomstverbond ondertekenden in Brussel. Een niet onbelangrijk iemand die niet bekendstaat om het uitdelen van complimenten (de Antwerpse burgemeester Bart De Wever, nvdr) kwam mij zuinig feliciteren, maar nog belangrijker was de kentering binnen de stadsadministratie, die een moeilijke verhouding had met het project. Plots kwam je daar in een warm bad terecht. Dat is zo’n moment waarop je beseft dat je met iets moois bezig bent. Dit project verplicht mij ook om met nieuwe generaties samen te werken. Zo houdt het mij jong van geest.”

HELLEMANS. “Iets waar ik echt trots op ben, zijn de banen die we samen met de VDAB, de stad en de bouwsector hebben gecreëerd met het project Jobs in De Grote Verbinding. In een stad met veel jeugdwerkloosheid heeft dat initiatief vorig jaar 3.000 banen opgeleverd, voor een bouwsector die kampt met een tekort aan arbeiders en bedienden. Dat zijn 3.000 jongeren die weer kansen hebben, die aan zelfvertrouwen winnen, die aan een toekomst en een gezin kunnen bouwen. Dat heeft ook een impact op de komende generaties. Het bouwen is interessant, maar als ik die jongeren zie, daar kan ik pas echt gelukkig van worden.” z

Luc Hellemans en Bart Van Camp, De nieuwe kathedraal, Pelckmans, 224 blz., 24,50 euro

Bio

LUC HELLEMANS

Studeerde af als ingenieur met specialisatie in stadsplanning en verkeersmanagement aan de Hogeschool Antwerpen en het Henri Van de Velde Instituut

Heeft dertig jaar ervaring in de bouwsector, onder meer bij Heijmans en Arcadis

Is sinds september 2018 algemeen directeur bij Lantis

BART VAN CAMP

Studeerde geschiedenis aan de Universiteit Gent

Begon zijn loopbaan als adviseur bij de Vlaamse Stichting Verkeerskunde en als expert communicatie bij BAM, de voorloper van Lantis

Werkte in verschillende functies voor N-VA, onder meer als kabinetschef van de Antwerpse schepen Koen Kennis en Vlaams minister Ben Weyts

Is sinds januari 2019 directeur Omgeving van Lantis

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content