Koning Albert II ‘ten onrechte’ misnoegd over te laag pensioen: ‘Dotatie is geen pensioen’
Historicus Mark Van den Wijngaert vindt dat koning Albert ten onrechte zijn dotatie als een soort pensioen beschouwt.
Nadat koning Albert II op 21 juli 2013 troonsafstand deed ten voordele van zijn zoon koning Filip, mochten koning Albert en koningin Paola rekenen op een jaarlijkse dotatie van 923.000 euro. Intussen is dat bedrag afgenomen tot 906.000 euro.
Nu blijkt dat de voormalige koning niet tevreden was over dat oorspronkelijke bedrag van 923.000 euro. ‘Te laag’.
In een interview met de Franstalige radiozender RTBF zegt ex-premier Elio Di Rupo (PS) dat hij koning Albert een dotatie van 1,4 miljoen euro had beloofd, evenveel als de afgetreden Nederlandse koningin Beatrix. “Ik vond dat een passende erkenning voor zijn werk”, aldus Di Rupo. “Hij heeft tenslotte het land gered.” Maar daar was niet iedereen binnen de toenmalige regering het mee eens, waardoor het bedrag verlaagd werd tot 923.000 euro. Dezelfde dotatie als de toenmalige kroonprins Filip.
Historicus Mark Van den Wijngaert merkt in een interview met de VRT op dat aan een dergelijke dotatie bepaalde taken verbonden zijn. Taken die koning Albert niet uitvoert. “Daar moet men zich toch vragen bij stellen,” aldus de historicus. Volgens Van den Wijngaert beschouwt de voormalige koning zijn dotatie bijgevolg ‘ten onrechte’ als een pensioen. (VRT/BO)
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier