Dominique Leroy: een ingenieursdochter aan de top van Belgacom
Dominique Leroy komt uit een middenklassegezin. Haar vader werkte als ingenieur bij een ingenieursbureau.
“Mijn vader heeft altijd bij een ingenieursbureau gewerkt. Daarvan heb ik mijn technische kant. Hij was uit Bergen, een Waal. Ik heb een Vlaamse moeder uit Zemst. Zij zorgde voor het huishouden. Zelf ben ik van Brussel. Ik heb mijn studies (Solvay Business School, nvdr) in het Frans gedaan. Thuis werd eerder Frans gesproken. Ook een beetje Nederlands. Ik kom zeker niet uit een rijk milieu en ik voel mij ook niet zo. Ik hecht eerder belang aan waarde dan aan geld”, zegt de Belgacom-topvrouw in een interview met Trends .
U was enig kind?
Leroy: “Ik was enig kind van mijn vader. Ik heb een broer langs de kant van mijn moeder, waarmee ik altijd goed kon opschieten, maar hij was wel 8 jaar ouder dan ik”.
De directe stijl heeft u van thuis uit?
Leroy: “Die heb ik altijd wel gehad. Ik ben zeer optimistisch. Ik heb veel energie. Ik probeer veel positieve energie te hebben. Ik denk ook dat het belangrijk is te zeggen wat je denkt. Zeker als je aan het hoofd staat van een bedrijf. De mensen kijken naar u om te weten waar we naartoe gaan en wat de prioriteiten zijn. Daar wil ik duidelijk over zijn. Ik denk dat je daar alleen maar vooruitgang mee boekt. ”
U krijg veel lof. Heeft u negatieve eigenschappen?
Leroy: “Dikwijls heb je het spiegelbeeld van je positieve kanten. Ik ben iemand met veel energie en zeer gedreven. Sommige mensen zullen dan zeggen, ze is ongeduldig of ze wil te snel gaan. Je hebt de negatieve kanten van je positieve kanten”.
Welke waarden heeft u aan uw kinderen meegegeven?
Leroy: “Mijn kinderen gaan naar de scouts, ze gaan met de metro en met de fiets naar school. Het is belangrijk dat ze begrijpen dat het leven niet altijd gemakkelijk is en dat je je soms moet inzetten om iets te bekomen. Ik denk dat ze dat wel hebben. Het zijn geen verwende kinderen die alles maar normaal vinden. Ze zijn zelfs een beetje gegeneerd dat hun moeder nu CEO is van Belgacom en dat iedereen haar loon kent. ”
Hoe slaag je als vrouw aan de top om werk en gezinsleven te combineren? Uw man werkt in het buitenland?
Leroy: “Vier dagen per week. Het is een kwestie van organisatie, maar ook van keuzes. Je moet je agenda voor een stuk zelf proberen te beheren. Dat is niet altijd makkelijk, maar je moet proberen daarin te slagen. Als je thuis bent, moet je er ook zijn voor de kinderen. Het gaat ook niet alleen over de tijd die je met hen spendeert, maar over de kwaliteit van die tijd en dat je er op belangrijke momenten bent. Je moet jezelf goed voelen met je keuzes”.
“Toen de kinderen nog klein waren, vroegen ze: mama, waarom werk je altijd zo laat? Papa werkt toch, het is niet nodig dat je werkt? Dan sta je daar voor je zoon van 7-8 jaar. Ik heb hem gewoon gezegd: mama werkt omdat ze graag werkt. Dat was het enige eerlijke antwoord dat ik kon geven. Sindsdien heb ik die vraag nooit meer gekregen. Voor de kinderen was het zo: mama werkt omdat ze dat graag heeft. Zelfs vandaag krijg ik relatief veel steun thuis van de kinderen: je moet ervoor gaan, je doet dat graag, we steunen je daarin”.
Stoort het u dat we vragen naar uw gezin?
Leroy: “Het stoort me niet, maar ik zou graag hebben dat u de vraag ook aan mannen stelt. Zij hebben hetzelfde probleem. Toen ik CEO was bij Unilever, werkten verschillende mannen voor mij die 4/5 wilden gaan om zich een dag per week met hun kinderen te kunnen bezig houden. Het evenwicht tussen werk en privé-leven is vandaag niet alleen een zaak van vrouwen. Er zijn evenveel mannen die dat belangrijk vinden. Veel gescheiden koppels, waar de man één week op twee de kinderen heeft en ook beschikbaar moet zijn. Bij vorige generaties CEO’s was de vrouw vaak thuis, terwijl de man werkte. Dat is vandaag niet meer het geval. Rondom mij werken de mensen vaak met twee en hebben ze hetzelfde probleem van evenwicht”.
U pleitte voor vrouwenquota’s in de raden van bestuur. Nog altijd?
Leroy: “Het is een noodzakelijk kwaad. Ik zou het liever hebben zonder. Maar om zaken tot verandering te dwingen is het nodig. In een raad van bestuur worden dikwijls mensen benoemd die al een bepaald profiel hebben en die al in een bepaald netwerk zitten. Als je die mensen niet dwingt om buiten hun netwerk te kijken, gebeurt dat niet. Ze gaan die vrouwelijke bestuurders niet vanzelf zoeken. Ik ben zeker dat je die dwang over enkele jaren absoluut niet meer nodig hebt, omdat de vrienden en de netwerken er zullen zijn. Er zullen genoeg vrouwen zijn die op een vanzelfsprekende manier op die posities komen”.
“Ik blijf ook bestuurder bij Lotus Bakeries, tenzij ik wordt gedwongen van mijn mandaat af te staan. Ik vind het een mooi bedrijf met zeer bekwame mensen. Ik zou het zeer spijtig vinden als ik daar nu zou moeten vertrekken”.
U blijft marathons lopen?
Leroy: “Marathons niet meer. De 20 km van Brussel of zo wel. Voor mij is lopen een manier om in evenwicht te blijven, fysiek en vooral mentaal. Ik hoop dat ik dit weekend tijd heb om te gaan lopen. Ik heb dat nodig.”
Hoe vaak doet u dat?
Leroy: “Veel te weinig. Tussen 10 en 20 km per week, in twee keer, meestal in het weekend.”
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier