‘De meeste Grieken werken van 8 uur ‘s ochtends tot 23 uur ‘s avonds’
Maandenlang beheerste Griekenland het nieuws. De gevolgen van de Griekse crisis voor het toerisme zijn duidelijk voelbaar, zeggen de Vlaming Willy Resmann en zijn vrouw Dino De Mey. Ze wonen al tien jaar op het eiland Rhodos en baten er een klein vakantieoord met vier appartementen uit.
Voelen jullie de crisis?
Dino De Mey:. “Ja. De boekingen beginnen bij ons al kort na de zomer binnen te lopen, zo rond oktober. Dat zijn vooral klanten die tijdens het voorbije seizoen bij ons hebben gelogeerd en willen terugkomen. Die e-mails liepen nog vlotjes binnen in het najaar van 2014. Maar in januari en februari dit jaar werd het plots kalmer. De Griekse crisis beheerste toen het wereldnieuws, en dat had duidelijk een weerslag. In april viel het gewoon stil.
“Sindsdien is de situatie onveranderd. Er is nauwelijks nog een boeking binnengekomen. In de grote hotels is de situatie even erg. Ik hoorde dat er soms maar zeventig klanten zijn in resorts waar ze een personeelsbestand van zeventig mensen hebben. De toeristen zijn bang. Mensen die geboekt hebben, vroegen me dingen als ‘Is er voldoende eten in de winkels?’ of ‘Geraak ik wel terug, nu de luchtverkeersleiders geregeld staken?’ Ze zijn ook bang dat hier lange rijen bij de bankautomaten staan. Maar dat is niet het geval op Rhodos. Je kunt ook gewoon 600 euro afhalen, als je een Belgische rekening hebt.”
Verschilt de situatie op de Griekse eilanden dan erg met die op het vasteland?
Resmann: “Ja, dat denk ik wel. Hier heb je veel meer boeren en mensen die van het toerisme leven, terwijl in Thessaloniki, Athene en de industriegebieden veel meer jonge mensen werkloos zijn geworden. De bevolking is hier ook ouder, ze trekken hier niet ten strijde tegen de hervormingen. Ik kreeg een keer telefoon van iemand van de radio die me vroeg of hier ook molotovcocktails om je oren vliegen. Die journalist heb ik moeten teleurstellen. Wat dat betreft, is het hier saai (glimlacht).”
De Mey:. “Toch voel je hier een zekere koorts. De Grieken doen extra hun best, ze willen alles uit hun zaak halen, omdat ze bang zijn voor wat komen gaat. Ze leggen hun klanten meer in de watten, ze knappen hun zaak op met een likje verf. De schrik zit erin.”
Praten de Grieken er veel over?
De Mey:. “De hele tijd. Dimitri, onze tuinman, zei gisteren nog: ‘Op het hoofd van mijn zoontje staat een schuld van 35.000 euro’. Ze rekenen uit wat de maatregelen van het agreekment voor hen betekenen. En ze maken zich zorgen over de toekomst.”
Wat vinden jullie, als Belgen, van het agreekment?
De Mey:. “Er moest iets gebeuren, maar de maatregelen zijn veel te zwaar. Wij zien hier wat de gevolgen ervan zijn. Sinds het agreekment zijn de controles van het Griekse belastingkantoor enorm opgedreven. Die controleurs worden uitgestuurd van het Griekse vasteland of van andere eilanden, om te vermijden dat dingen in der minne worden geregeld omdat de controleur de zaakvoerder kent.
“Ze controleren of overal bonnetjes van worden opgemaakt, zodat er niets in het zwart gebeurt. Een eindje verderop is een loungebar aan het strand, waar je cocktails en andere drankjes kunt drinken en in een hangmat kunt liggen. De belastingcontrole komt er wel drie keer per week langs. Ze controleren alles. Als een klant iets drinkt, moet er naast zijn drankje een borrelglaasje staan met de rekening erin. Vorige week hebben ze na drie controles één cola zonder bonnetje gevonden. Boete: 4000 euro. Een paar weken eerder was een werknemer niet helemaal in orde met zijn papieren. Boete: 11.000 euro.
“Ze kiezen er echt de plaatsen uit die het meeste kans op resultaat geven. Ze viseren zelfs de dorpsfeesten, die een keer per jaar plaatsvinden. Ook voor de man die dan een souvlaki staat te verkopen op straat, geldt: geen kassa bij? Op de bon! Dat er gecontroleerd wordt, is normaal, maar de boetes zijn wel enorm hoog.”
Resmann: “Toen het agreekment werd ingevoerd, heeft de Duitse bondskanselier Angela Merkel voorgesteld te werken met een burgercontrole. Vrij vertaald: de ene burger verklikt de andere, als hij hoort of ziet dat er iets in het zwart gebeurt. Dat komt neer op de herinvoering van een Stasi, zoals je die vroeger in de DDR had. Dat creëert een enorm wantrouwen. Sterker nog: het had de Griekse solidariteit kapotgemaakt. Gelukkig is die regel niet ingevoerd.”
Was een hervorming nodig?
De Mey:. “Ja, zeker wel. Als Belgen hebben wij hier al vaak vreemd opgekeken van de manier waarop de dingen hier werden geregeld. Facturen opmaken, btw betalen, kadastraal inkomen, betalen voor de huisvuilophaling, dat kenden ze niet. In plaats daarvan waren er duizend-en-een kleine regeltjes.
Resmann: “Als je de burgemeester kende, kon je ambtenaar op het gemeentehuis worden. Met als gevolg dat je in een klein dorpje vaak 120 ambtenaren had, waarvan de helft nooit opdaagde en de andere helft regeltjes bedacht om zichzelf aan de gang te houden. Een voorbeeld: wettelijk moeten we in elk appartement dat we verhuren, een papier ophangen met de kamerprijzen erop. Op een bepaald moment bleek dat de wet was veranderd en dat het papier moest worden vervangen door een soort sticker. Weken heb ik af en aan gelopen naar het gemeentehuis voor die stickers, die altijd ‘nog in de maak waren’. Op een bepaald moment zei de ambtenaar: ‘De wet is weer veranderd. De stickers komen toch niet.’ Waarop ik vroeg: ‘Wat zit jij hier dan eigenlijk te doen?’ Zijn antwoord: ‘Vertellen dat de stickers toch niet komen.'”
Hoe zien jullie de toekomst?
De Mey:. “Dat is moeilijk te voorspellen. De lonen zijn hier zo laag geworden. Een metselaar verdient 40 euro per dag, een meestergast 50 euro. Dat is niet vol te houden. Soms ben ik bang dat ze nog meer achterpoortjes zullen moeten zoeken om het hoofd boven water te houden. Maar daartegenover staat dat de Grieken hard werken. Op televisie zie je beelden van kaartende mannen met een hoedje op, maar de werkelijkheid is anders: de meeste Grieken werken van 8 uur ‘s ochtends tot 23 uur ‘s avonds. Ook ouderen staan vaak urenlang in een hete keuken te koken voor de toeristen.”
Resmann: “Het baart me zorgen dat universiteitsstudenten die in het buitenland specialiseren, vaak niet meer terugkeren, omdat de economische situatie zo slecht is. Als de kennis uit een land verdwijnt, gaat de algemene welstand ook achteruit.
“Ik verbaas me ook over een aantal maatregelen. Om de geldstroom naar het buitenland te beperken, kan ik geen grote buitenlandse betalingen doen via internetbanking. Ik moet daarvoor naar de bank. Stel je eens voor wat dat betekent voor wie in de bouw werkt en materialen nodig heeft. Dat werkt enorm vertragend, het is slecht voor de economie.”
De Mey:. “Toch heb ik er ook wel vertrouwen in dat het goed komt. De Grieken zijn een trots volk. Nergens vind je zo’n grote solidariteit. Ze zorgen voor elkaar. En ze filosoferen graag. Als ik daarnaar kijk, geeft me dat hoop.”
Resmann: “Ze zijn ook niet materialistisch ingesteld. Hun rijkdom zit in andere dingen: hun ongerepte stranden, hun heerlijke eten, het veilige gevoel dat je hier hebt, het feit dat er op eilanden als dit geen hoogbouw is. Dat is ook de reden waarom wij hier zo graag wonen.”
Maken jullie zich weleens zorgen om jullie eigen zaak?
De Mey:. “Voorlopig lukt het om het hoofd boven water te houden, juist omdat we veel vaste klanten hebben. Wat ik wel jammer vind, is dat de onderbezetting bij ons een sneeuwbaleffect veroorzaakt. Want wie bij ons logeert, zorgt ook voor inkomsten in het dorp. Onze gasten huren vaak een auto, ze gaan winkelen in de plaatselijke supermarkt, ze gaan een cocktail drinken op het strand of ze gaan gegrilde visjes eten in het restaurantje hier om de hoek.”
Hebben jullie weleens spijt dat jullie niet zijn uitgeweken naar een ander zuiders land?
Resmann: “Nee, wij hebben hier ons hart verloren.”
Ilse Ceulemans
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier