Sinds januari 2020 probeert het platform Opvang.Vlaanderen het aanbod en de vraag in de kinderopvang beter op elkaar af te stemmen.
“Grote steden hebben een eigen aanmeldplatform voor kinderopvang, terwijl 290 gemeenten dat zich financieel niet kunnen veroorloven. Dat kost al snel een half miljoen euro”, zegt Anton Aerts, medeoprichter van Opvang.Vlaanderen. “Op ons platform hebben we meer dan de helft van de Vlaamse gemeenten verzameld in een uniform systeem.”
De grootste innovatie is de uniforme rapportering. Dat helpt om de problemen accurater in beeld te brengen. “Voordien rapporteerde iedereen op zijn eigen manier. In een kleine gemeente moest één ambtenaar, die verschillende taken had, handmatig een Excel invullen”, legt Aerts uit. “Neem Noord-Limburg. Die regio had tot voor kort genoeg plaatsen, terwijl we nu zien dat er een acuut tekort is. Uit onze cijfers blijkt dat dat komt doordat één groot opvanginitiatief ermee ophield.”
De gemeenten betalen volgens hun financiële draagkracht. Kleine gemeentes betalen zo’n 1.000 euro per jaar, grote steden maximaal 10.000 euro. “Het voordeel is voor die grote steden dan ook groter, want de puzzel in Antwerpen is ingewikkelder dan in Ruiselede”, verklaart Aerts. “Je moet ook zowel over stads- als privé-initiatieven rapporteren, die hun gegevens elk op hun manier bijhouden. We stelden vast dat slechts 30 procent van de opvanginitiatieven een wachtlijst had. Via ons platform gebeurt de rapportering automatisch. Dat betekent dat mensen van het Lokaal Loket Kinderopvang tijd kunnen maken voor wat echt belangrijk is: mensen ondersteunen in hun zoektocht.”
Provinciegrenzen
Opvang.Vlaanderen organiseert opleidingen voor de opvolging. Het platform fungeert ook als klankbord tussen de aangesloten gemeenten. Het spreekt met de gemeenten en de organisaties af wanneer ouders een eerste reactie op hun vraag naar opvang kunnen verwachten. Dat alles wordt gemonitord via het platform en vergeleken met het aanbod in gemeenten in de buurt. Voor ouders wordt de zoektocht zo een stuk makkelijker. Het platform houdt geen rekening met provinciegrenzen. Wie een opvangplek zoekt in Aalter in Oost-Vlaanderen, kan ook zien wat er in de buurgemeente Ruiselede in West-Vlaanderen mogelijk is.
“We proberen er ook voor te zorgen dat kwetsbare groepen geholpen worden. Zo krijgen mensen van het OCMW en sociaal werkers toegang tot ons systeem. Maatschappelijk werkers kunnen hun account koppelen aan dat van ouders die niet zelfstandig de weg vinden. Want digitale uitsluiting blijft een groot probleem. Een inclusieve zoekervaring is voor ons primordiaal”, verduidelijkt Aerts.
Opvang.Vlaanderen haalde geen externe financiering op, terwijl het toch zowat 1 miljoen euro heeft geïnvesteerd in het platform. “En dan moet je weten dat we eind 2019 gestart zijn”, zegt Aerts. “Nadat we bij een eerste reeks gemeenten hadden gepitcht, brak de coronapandemie uit. Veel mensen dachten dat het voor ons voorbij zou zijn. Maar we zijn tijdens de lockdown snel gegroeid. De grootste aanpassing was dat gemeenten niet gewend waren via digitale kanalen te vergaderen.”
“Ons break-evenpoint lag rond 120 gemeenten. Vandaag hebben 150 Vlaamse gemeenten – meer dan de helft – een licentie. We hebben een heel groot risico genomen, omdat we geloofden dat we een grote impact konden hebben”, besluit Anton Aerts.