Induss investeert in proper water

Induss houdt het groeiritme aan. De proceswaterfabrikant investeert in Oostende, werkt met Solvic samen in Antwerpen en kijkt met een begerig oog naar Kazachstan.

Induss heeft zich in goed twee jaar ontpopt tot de grootste speler in België voor proceswater. Het mikt vooral op ondernemingen uit de brede chemie, en voorts op non-ferro-, voedings- en textielbedrijven. Die hebben gedemineraliseerd water nodig voor hun productieprocessen. Na Antwerpen (Induss I) en Gent (Induss II en III) verrijst tegen volgende zomer in Oostende Induss IV, een installatie die jaarlijks een half miljoen kubieke meter gedemineraliseerd water kan leveren. De eerste klant is het Belgische Proviron.

De investering bedraagt een kleine 2,5 miljoen, zegt Ellen Theeuwes, de CEO van Induss. De installatie komt op de terreinen van Proviron, en kan ook leveren aan andere klanten in de omgeving.

Proviron ontwerpt, produceert en verkoopt chemicaliën. Het bekendst is het bedrijf als producent van biodiesel, en van Alchemis, het proefproject met algen op de vroegere vuilnisbelt Hooge Maey. Door de waterhuishouding uit te besteden aan Induss is het West-Vlaamse bedrijf verlost van de kapitaalinvestering, de financiering, de bouw en het onderhoud van de zuiveringsinstallatie.

Solvic

Induss investeert ook zowat 100.000 euro in Antwerpen. Via een samenwerking met een bestaande klant, het chemiebedrijf Solvic, bespeelt het vanaf eind deze maand via tankwagens de ad-hocmarkt van gedemineraliseerd water. Voor die relatief kleine hoeveelheden – tot 30 ton – is een volledig nieuwe installatie economisch moeilijk haalbaar.

Solvic, een dochter van Solvin (75 % Solvay, 25 % BASF) past daarom zijn laadinstallatie aan, vertelt Alain Hanneuse, senior vice-president. “De leiding van Induss lag er al. Nu koppelen we daar een aansluiting op onze installatie aan. Wij hebben een sterke traditie van samenwerking met onze buren. Dit is een opportuniteit, waarmee we ook de benuttingsgraad van onze installatie opkrikken.”

De doelgroep zijn vooral chemische verpakkingsbedrijven, tankcleaners en schepen. Die hadden niet veel keuze: ze konden terecht bij één concullega in de Antwerpse haven, of bij Induss in Gent. “Schepen zijn door het getij soms wat vroeger of later dan gepland. Het is dus zaak daar flexibel op te kunnen inspelen”, stelt Theeuwes.

Naar het buitenland

Ten slotte is de elf man sterke basisploeg van Theeuwes ook hard aan het werk om in het buitenland door te breken. “Bij de opstart was ons doel om binnen de drie jaar een eerste opdracht buiten België te hebben. Ik hoop tegen eind dit jaar een doorbraak te hebben. We kijken in eerste instantie naar Kazachstan, maar ook andere continenten vragen onze aandacht. Mogelijk gaan we voor buitenlandse projecten op zoek naar een partner, maar dat bekijken we nog.”

LUC HUYSMANS