In de bedrijven moet de telecomrevolutie nog beginnen

De consument omarmt enthousiast de nieuwste telecommunicatiemogelijkheden. Bedrijven zijn veel behoedzamer om hun infrastructuur om te gooien. Onderhandelen met de operatoren kan al heel wat opleveren.

Dat leert een enquête van Beltug, de organisatie van professionele ICT-gebruikers. De vzw heeft 1200 leden onder de professionele telecom- en informaticagebruikers. 199 bedrijven en organisaties reageerden in december op de vragenlijst. Twee derde had meer dan 200 personeelsleden. Vier conclusies vallen op.

1. Gooi de looptelefoon nog niet weg

Waarom aanklooien met een looptelefoon met een minuscuul scherm, ingewikkelde gebruiksaanwijzing en beperkte mogelijkheden? Beltug hoort die kreet wel vaker. De klassieke telefooncentrale is uitgeleefd of er is geen support meer voor. Het is tijd voor iets moderns en efficiënts.

“De eerste beslissing is dan: de looptelefoon verdwijnt”, zegt Alex Vanzegbroek, een zelfstandige telecomconsulent die parttime voor Beltug werkt. “Op zo’n DECT-toestel kun je geen data zien, niet surfen, niets eigenlijk. Je hebt er ook speciale antennes voor nodig. Dus weg ermee.”

Maar volgens de recente enquête van Beltug wil bijna 60 procent van de respondenten gewoon met vaste telefoons blijven werken. Vanzegbroek: “De vraag is: wat komt er in de plaats? DECT heeft weinig antennes nodig, is veilig en prima voor spraak. Met zo’n looptelefoon kan je door de gangen wandelen zonder de verbinding te verliezen. Vervang je die door smartphones, dan moeten die binnen het bedrijf bellen via wifi, want het mag niets kosten. Wie dan naar een andere verdieping loopt, komt op een ander segment van het wifi-netwerk. Je blijft in contact, maar 400 tot 600 milliseconden lang hoor je niets meer. Dat is wennen. Om dat te verhelpen, moet je investeren in je netwerk. De keuze is beperkt, want niet alle wifi is geschikt voor spraak.”

Tijd om zonder centrale te werken en alles dan maar mobiel te doen? Vanzegbroek: “Dan is er het grote verschil in onderhoudskosten. Het jaarlijkse onderhoud voor vaste telefonie bedraagt ongeveer 12 procent van de aankoopprijs van de centrale. Voor mobiel zijn er theoretisch geen onderhoudskosten, maar je moet elk jaar wel een hoop toestellen vervangen omdat ze defect, verloren of verouderd zijn. Daarbovenop komt de kostprijs van het beheer van een uitgebreide mobiele vloot en van de grotere beveiligingseisen. Smartphones gaan volgens Beltug tegenwoordig minder dan twee jaar mee. Reken daarom op kosten in de orde van 40 procent van de aankoopprijs. Om hetzelfde park te onderhouden, gaan je kosten dus maal drie. Dat zijn zware dobbers.” Slechts ongeveer 15 procent van de Beltug-respondenten is vaste telefoons door mobieltjes aan het vervangen.

2. Eén nummer voor vast én mobiel

Bereikbaar zijn op één nummer, zowel op de vaste lijn als mobiel. En, of je nu belt vanaf je vaste of mobiele toestel, altijd hetzelfde nummer tonen aan de opgeroepene. Bijna de helft van de Beltug-respondenten overweegt dat in zijn bedrijf te organiseren. Slechts 13 procent gebruikt het al. Het systeem verhelpt onder meer de ergernis dat voicemails op het vaste en op het mobiele toestel worden achtergelaten. “Voicemails op de vaste telefoon, voicemails op de gsm, en dan nog e-mail. Dat moet gewoon één ding zijn”, vindt Beltug-directeur Danielle Jacobs, die vaak te velde werkt.

“Er is een keerzijde”, zegt consultant Alex Vanzegbroek. “Het betekent eigenlijk dat de eigenaar van de bedrijfscentrale voor iedere inkomende oproep een uitgaande oproep naar een mobiel nummer betaalt. Tenzij de vaste operator en de mobiele operator één en dezelfde zijn. Is dat niet zo, dan zie je dat verhaal ineenzakken als een pudding. Een bedrijf dat oorspronkelijk dacht iedereen één oproepnummer te geven, besluit uiteindelijk om dat voor een heel select groepje te doen.”

Dat bijna de helft van de respondenten in de Beltug-enquête overweegt unieke nummers in te voeren, is dus een interessant gegeven voor Belgacom. De marktleider levert volgens de jaarlijkse enquête van Data News vaste telefonie aan 63 procent en mobiele telefonie aan 56 procent van de bedrijven. In de Beltug-enquête is het mobiele aandeel van Belgacom bij grotere bedrijven zelfs 67 procent. Aan wie zowel vaste als mobiele telefonie bij hem koopt, kan de marktleider toegevingen doen op de doorschakelkosten naar het mobieltje. “De gebruiker kan mogelijk een tariefplan hebben waarin bepaalde gesprekken niet worden gefactureerd. Bijvoorbeeld oproepen tussen de vaste en mobiele nummers van eenzelfde bedrijf”, bevestigt Belgacom-woordvoerder Jan Margot. Volgens de Beltug-enquête heeft al 81 procent van de respondenten zijn operator zo ver gekregen dat oproepen tussen hun personeelsleden in de vaste kosten inbegrepen zijn.

3. Heronderhandel je contract

“Vroeger betaalde een bedrijf veel minder dan een consument dankzij de grotere volumes”, zegt Danielle Jacobs. “Vandaag is het voor mobiele data soms de omgekeerde wereld. Hoe leg je je werknemer uit dat sms niet gratis is, terwijl hij er thuis 5000 krijgt bij een herlaadbeurt van 15 euro? Of dat er overal reclame is voor mobiel internet voor geen geld, terwijl het bedrijf er blijft op hameren dat het duur is?”

Om de zes maanden meet Beltug de prijzen voor mobiel dataverkeer. De Mobile Data Prijsindex staat nu 15 procent lager dan in september 2012, toen Beltug voor het eerst de prijzen noteerde. Jacobs: “Ongeveer 40 procent van de respondenten heeft niets gezien van de dalingen in het afgelopen halfjaar, mogelijk omdat ze contracten hebben die niet aan herziening toe zijn. Voor gebruikers die hun contracten heronderhandelden, is de daling echter al 32 procent.”

Terwijl consumenten hun contract over het algemeen gratis opzeggen na zes maanden, zijn bedrijven (vanaf zes lijnen) nog altijd gebonden aan een contractduur. Volgens de enquête lopen contracten gemiddeld 2,7 jaar voor mobiele spraak en data, 3 jaar voor vaste spraak en 3,5 jaar voor datanetwerken.

“Data maken tegenwoordig voor veel bedrijven 55 tot 65 procent uit van de mobiele factuur. Als je daarover onderhandelt, heeft dat direct een grote impact”, zegt Sonja Bevers van de grote Herentalse telecomadviesverlener Tam Tam Consulting. Een van de mogelijkheden is om werknemers te laten putten uit een datapool voor het hele bedrijf. Op die manier compenseren grote en kleine verbruikers elkaar. “Het is wel cruciaal om goed te berekenen of je voordeel doet bij een pool of beter individuele abonnementen activeert”, waarschuwt Bevers.

Ook in de kosten voor roaming zit beweging. Grote klanten kunnen nu bundels onderhandelen waarin internationaal bellen binnen Europa begrepen is. Daarmee anticiperen de operatoren op de geplande afschaffing van de intra-Europese roamingtarieven vanaf 15 december 2015. De maximumtarieven voor roaming binnen de Europese Unie dalen op 1 juli 2014 sowieso van 24 naar 19 cent per belminuut en van 8 naar 6 cent per sms (prijzen zonder btw). De peperdure dataroaming wordt nog sneller goedkoper, van 45 cent naar 20 cent per megabyte. Bijna 45 procent van de Beltug-respondenten vindt dat de roamingtarieven de internationale uitrol van hun mobiele toepassingen hinderen.

4. Alles via internet

Belgacom zag zijn vastespraakomzet bij bedrijven in 2013 dalen met 3,8 procent. “Het klassieke spraakverkeer wordt datatrafiek”, wijst Sonja Bevers van Tam Tam Consulting op de trend naar voice-over-ip en naar unified communications. Ulrik Van Schepdael van Mobco, een andere telecomconsulent: “Vroeger belde je, daarna kwam sms, nu is er Facebook en Twitter. Dat is dataverkeer. De bedrijfswereld volgt de consument.”

Diensten als Skype, Facebook, Google+ of Whatsapp zijn voorbeelden van unified communications (UC) in het consumentensegment. Je ziet wie je kan bellen. Je kan je eigen bereikbaarheid instellen. Je kan bellen, chatten, audio- en videoconferentie doen, documenten delen, enzovoort. Liefst 61 procent van de Beltug-respondenten gebruikt het al. Nog eens 26 procent wil ermee starten. Maar slechts een derde van de UC-gebruikers heeft zijn UC-systeem al geïntegreerd met zijn telefonienetwerk. De twee systemen lopen dus naast elkaar en de overgang gaat langzaam. “Het is een illusie dat je kosten bespaart door naar unified communications over te stappen. Je hebt wel veel meer mogelijkheden”, zegt Vanzegbroek.

De UC-technologie past in de opkomende ‘New Way of Work’, waarin vaste bureaus vervangen zijn door wisselende werkplekken en telefoontoestellen geruild worden voor ‘softphones’ met een koptelefoon met microfoon.

Een kwart van de BELTUG-respondenten is bezig om een deel van zijn werknemers van softphones te voorzien, om via de pc te bellen.

BRUNO LEIJNSE

Wie al zijn looptelefoons vervangt door smartphones, ziet de kosten verdrievoudigen.

Terwijl consumenten hun contract over het algemeen gratis opzeggen na zes maanden, zijn bedrijven nog altijd gebonden aan een contractduur.