HIP, HIP, HeuroURO!
De papieren euro bestaat intussen vijf jaar. De biljetten en muntstukken zijn algemeen vertrouwd, worden internationaal aanvaard en… vormden ook het paard van Troje voor allerlei noodzakelijke hervormingen.
Hoewel ik op het tegendeel had gehoopt, ben ik tijdens m’n korte vakantie in de Zwitserse Alpen toch niet volledig kunnen loskomen van de economische actualiteit. Ondanks het ontbreken van financiële kranten of beursschermen, het omswitchen naar een normale nachtrust van acht uur en het tijdelijk stopzetten van mijn dagelijkse dosis koffie (vijf koppen), had ik de indruk dat ik elke dag samen met Al Gore ontwaakte. Wanneer ik ‘s morgens de gordijnen openschoof, werd ik immers op de gevolgen van global warming gedrukt …
Leuk dan weer was dat ik de Zwitsers kon plagen met hun zwakke munt. “Al vijf procent korting sinds ik de trip zes maanden geleden heb geboekt; het lijkt wel Italië uit de goede oude tijd!” En te denken dat vijf jaar geleden, bij de omschakeling naar de papieren euro, sommigen liever Zwitserse franken wilden krijgen…
Groeilanden kopen euro’s. De Europese eenheidsmunt bestaat inderdaad vijf jaar in haar papieren vorm. Bijna onopgemerkt ging die verjaardag gepaard met het toetreden van een dertiende euroland: Slovenië. Met 0,6 % van de bevolking en 0,3 % van het bruto binnenlands product (bbp) van de eurozone heeft dat landje iets weg van een afrondingsfout. Maar de Sloveense centrale bankier, Mitija Gaspari, zal wel 7,5 % van de stoelen bezetten bij de Europese Centrale Bank (ECB). Evenveel dus als de Bundesbank of de Banque de France!
De euro is de voorbije vijf jaar volledig aanvaard, zowel door de internationale financiële markten als door de bedelaars in Bangkok. Maar in de eurozone zelf blijkt de eenheidsmunt aan populariteit in te boeten. Volgens de recente eurobarometer (1) staat nog maar 48 % van de eurobevolking positief tegenover de eenheidsmunt. Een percentage dat sinds 2002 (59 %) elk jaar is afgebrokkeld. Tot de grootste tegenstanders behoren onder meer Italië en Griekenland, landen die nochtans financiële stabiliteit hebben verkregen door de euro. Maar het negatiefst zijn Duitsland en Nederland, waar de inwoners vrezen voor hun traditie van sterke munt. Ook als reservemunt lijkt de opmars van de euro de jongste tijd wat tot stilstand gekomen. In 2005 was er zelfs een terugval waar te nemen. Het gewicht van de vroegere ecu, aangevuld met de nationale munten, werd trouwens nog steeds niet bereikt. Dat is vooral een gevolg van de reservepolitiek van de geïndustrialiseerde landen. De opkomende economieën bouwen volop reserves in euro op. Een afspiegeling van de belangrijke rol die Europa met zijn exporteconomie speelt in de globalisering.
Het is wel eigenaardig dat de ECB in een recente studie (2) zelf suggereerde dat de euro al dicht bij zijn top zit als reservemunt. Er zou wel ruimte zijn voor verdere groei naarmate de kapitaalmarkten in euro verder uitdiepen.
Paard van Troje. Het echte mirakel van de euro is echter dat er in de landen een convergentie is tot stand gekomen naar het beste niveau. Zowel voor inflatie, economische groei als belastingdruk. En dat terwijl bijna iedereen een nivellering naar onder had verwacht. Milton Friedman zaliger voorspelde eerst dat de euro er nooit zou komen, en later (in 2001) dat de munt binnen de tien jaar weer zou uiteenvallen. De meeste economen waren het trouwens met hem eens, want de eurozone is niet wat je een optimale muntzone zou noemen. Vooral het gebrek aan mobiliteit van de bevolking speelt in haar nadeel.
Maar de euro was geen project van economen, en nog minder van de bevolking. Het was – en is nog altijd – een politiek project. Op democratische wijze, dat wil zeggen met een referendum in elk land, zou de euro er nooit zijn gekomen. Politici hebben het europroject er doorgeduwd, en de bevolking heeft de eenheidsmunt aanvaard.
Later werd de euro gretig als zondebok gebruikt om allerlei maatregelen door te voeren. Sinds de invoering van de euro is de gemakkelijke uitweg van een devaluatie uitgesloten. Landen zijn daardoor verplicht hun competitiviteit ten gronde aan te pakken. De euro fungeerde dus als een paard van Troje: zodra de munt binnen was, kwamen alle economische gevolgen tevoorschijn. Het risico is echter dat de euro te veel als zondebok voor al die onpopulaire maar noodzakelijke maatregelen wordt gebruikt. Zo ondergraven de beleidsmakers de populariteit van de munt, wat nu al blijkt uit de peilingen. De euro is op economisch vlak dus een groter succes gebleken dan verwacht. Maar er loeren allerlei gevaren. De politisering van de ECB, een verminderde budgettaire discipline van de deelnemers, en een te snelle uitbreiding of ontsporing van de geldgroei. Milton Friedman kan dus postuum nog gelijk krijgen. Maar voorlopig is de euro nog altijd een van de grootste Europese successen van de afgelopen veertig jaar. Daarbij past een uitbundig hip hip heuro uro!
De auteur is hoofdeconoom van Petercam Vermogensbeheer. Reacties: visienoels@trends.be
(1) http://ec.europa.eu/public-opinion/flash/fl193-sum.pdf (2) ECB, Working Paper No. 698, Optimal monetary policy rules with labor market frictions, door Ester Faia, november 2006.
Geert Noels
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier