Het mag wat minder

De meeste motoren zijn in cilinderinhoud ‘zwaar’: 600 cc, 1000cc of meer. Maar hoe is het rijden met een lichte motor? We probeerden de Kymco Quannon en de Honda CBR250R.

In de motorwereld geldt al jaren dat hoe meer cc’s een motor aan inhoud heeft, hoe ‘beter’ die is. Want meer cc’s betekent meer acceleratie, meer koppel, meer pk’s en vooral meer aanzien. Als je een 1000 cc’er in bedwang kunt houden, dan moet je wel een goede motorrijder zijn. En je bent dan ook iemand die toch wat geld over heeft voor een op het eerste gezicht vrijetijdsproduct.

Er is tegenwoordig ook wat aanbod in het ‘lichte’ segment: in de 125 cc-klasse (een rijbewijs B-vriendelijke categorie) en in de kwartliterklasse. En dat voor prijzen die doorgaans veel lager liggen dan die van zware exemplaren. De prijs is een van de voordelen van zulke motoren en dat geldt ook voor het verbruik. Door de kleinere cilinderinhoud is het verbruik laag (4 liter per 100 kilometer of minder). Het geringe vermogen betekent ook minder slijtage aan ketting, tandwielen en banden. Dat is financieel ook interessant. En voor motoren van minder dan 250 cc is er alleen een inschrijvingstaks, geen wegenbelasting. Nog een voordeel.

Maar is het met zo’n lichte motor ook lekker rijden? Met andere woorden: hoeveel motor krijg je voor je geld? Wij reden met de Kymco Quannon 125 cc (van Taiwanese origine) en de Japanse Honda CBR250R. De Kymco is een ‘naked bike’ (zonder stroomlijn) met een prijskaartje van 2731 euro. De Honda (met racy stroomlijn) staat voor 3990 euro in de prijslijsten.

De Quannon ziet er redelijk groot uit voor een 125 cc en zou kunnen doorgaan voor een 250 cc. De vormgeving is aardig te noemen met strakke lijnen. Het luchtgekoelde motortje met oliekoeler heeft een bescheiden vermogen (13 pk) en om dat te gebruiken, moet je goed op toeren rijden. Dat betekent veel schakelen in stadsverkeer en wegen met veel scherpe bochten. Op de snelweg kan de Kymco redelijk mee met een top van 120 kilometer per uur bij 10.000 toeren. Dan voel je wel trillingen. Hij rijdt makkelijker bij 100 per uur. Als je ermee in spitsuurverkeer rijdt, is topsnelheid minder van belang. Door het geringe gewicht is de motor makkelijk tussen het verkeer te laveren. Minpunten zijn de wat tamme voorrem (een enkele schijf) en de keiharde en daardoor oncomfortabele achtervering.

De Honda CBR250R is direct al meer motor dan Kymco. De watergekoelde eencilinder heeft 14 pk meer dan de Quannon en dat merk je meteen. De Honda trekt lekker op, remt goed en kan verrassend goed mee met de rest van het verkeer (de top ligt bij meer dan 140 per uur). Toch moet je met de Honda ook veel schakelen om het vermogen optimaal te gebruiken. De CBR is wendbaar en het is een plezier om er mee op de buitenweg te rijden. En voor woon-werkverkeer is hij ook zeer bruikbaar. De motor heeft een sportieve lijn en is voorzien van een slanke stroomlijn. Een nakedversie zou misschien een wat ruimer publiek aanspreken.

AD VAN POPPEL