Het glas is halfvol (maar het loopt verder leeg)
De auteur is hoofdeconoom van Petercam Vermogensbeheer.
Reacties: visienoels@trends.be
Kinderspel. Nochtans is voorspellen een bittere noodzaak voor iedereen die beslissingen moet nemen. Bedrijfsleiders moeten zich een idee vormen van de toekomstige vraag, de evolutie van de concurrentie, de technologische ontwikkeling en allerlei trends. De regering moet een begroting opstellen, en dus schattingen maken van toekomstige inkomsten en uitgaven. Ook gezinnen moeten een idee hebben van hun toekomstige inkomen om huis, gezin en sparen te plannen.
Voorspellen is niet alleen noodzakelijk, het is zelfs niet altijd moeilijk. Demografie is bijvoorbeeld makkelijker te voorspellen dan de beurs. En zelfs de economische conjunctuur is niet volledig onvoorspelbaar, laat staan het domein van Madame Soleil, zoals Galbraith suggereert – niet zijn enige vergissing trouwens.
Elk jaar in oktober stel ik de groeivooruitzichten op voor de Belgische en internationale economie. Die denkoefening verschijnt dan in de Trends Top 30.000, een noodzakelijke databank voor alle beslissingsnemers in dit landje. Het opstellen van die groeivooruitzichten gebeurt volgens een vast stramien, al meer dan vijf jaar. Ik maak een lijst van de rug- en tegenwinden voor de economie. Vervolgens kijk ik naar de cyclus zelf. Die kan je aflezen in de indicatoren van de NBB (België), ISM (VS), Nikkei (Japan) of IFO (Duitsland).
Dan volgt een belangrijke stap in het voorspellingsproces: de kinderhand. Ik vraag aan mijn jongste telg om een voorspelling te maken op basis van de cyclus tot op dat moment. Onmogelijk? Deze oefening bestaat erin om met een dikke viltstift over de golven van de conjunctuur te gaan en de beweging voort te zetten waar de curve is gestopt. De dikke grijze lijn op de onderstaande grafiek (‘afkoeling’) toont u het resultaat voor dit jaar. Intussen zijn we zes maanden verder en kennen we dus al een deel van het vervolg.
Optimisten worden pessimisten. Het voorspellen van de conjunctuur lijkt dus wel kinderspel: de golven zijn vrij vloeiend en stoppen niet abrupt. Economen spreken van inertie: een opgaande cyclus heeft de neiging zich voort te zetten, net zoals ook een daling niet onmiddellijk stopt. Als de stimulus voor de opgang is uitgewerkt, is er een omslagpunt (de top van de conjunctuur) en begint het verval.
De ‘voorspelling’ op basis van de onschuldige en intuïtieve kinderhand kwam overeen met een groeivoorspelling van 1,25 % voor 2005. Op dat moment (oktober 2004) was de consensus nog 2,75 % voor het volgende jaar. Een cijfer van 1,25 % zou dus op gelach worden onthaald. Een groeischatting van 1,75 % leek me daarom al duidelijk genoeg qua richting en boodschap! Maar nu iedereen me aan het voorbijsteken is qua pessimisme (de consensus wordt 1,5 %), lijkt zo’n laag cijfer plots niet meer zo gek.
Olie als excuus-truus. Niet alleen in ons land, ook in euroland en zelfs in de rest van de wereld wordt de groei momenteel druk neerwaarts herzien. De hoge olieprijzen zijn daarvoor het ideale excuus. Nochtans speelt de dure olie volgens mij een minder belangrijke rol dan de hogere kostprijs van geld (de renteverhogingen van de Amerikaanse centrale bank). Zoals al vaak gesteld, was de sterkte van de Amerikaanse economie vooral te danken aan het rente-infuus. Nu dat wordt weggenomen, zijn de prestaties ‘plots’ minder indrukwekkend.
De lagere groei in ons land is trouwens nog lang niet verontrustend. Een belangrijke nuance is dat alleen de versnelling is stilgevallen, niet de snelheid. Die bedraagt nog 1,8 %.
Het nieuws dat de rente in Europa vorige week een nieuw dieptepunt heeft bereikt, was ook al een verrassing voor heel wat voorspellers. Opnieuw blijkt dit echter geen onverklaarbaar fenomeen te zijn, zoals de economische bollebozen hun vergissing uitleggen. Er bestaat immers een erg logisch verband tussen een afkoeling van de economie en een lager rentepeil (zie grafiek).
Kinderspel bis. Het is niet fout om het conjunctuurglas vandaag halfvol te zien, vooral als je je daar – zoals sommigen in België – beter bij voelt. Zolang je maar beseft dat er meer waarschijnlijkheid is dat dit glas morgen verder zal leeglopen.
Als u dat te pessimistisch vindt, kan ik u een andere, zelf uitgevonden test aanbevelen: zet een halfvol glas chocolademelk voor diezelfde jongste telg en kijk na een half uurtje of het volume is toe- of afgenomen. Voorspellen is inderdaad kinderspel.
Geert Noels
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier