Herstarten na een faillissement
Schulden, boze leveranciers, op de zwarte lijst van de banken, een levenslange onvoldoende bij Graydon… Een faillissement laat menig ondernemer met een kater achter. Toch vinden heel wat mislukte ondernemers de moed om met een nieuwe zaak te beginnen. Enkele ervaringsdeskundigen vertellen hun verhaal.
“Als gefailleerden nooit een tweede kans hadden gekregen, zouden we vandaag geen Tom-my Hilfiger, Walt Disney, Ford, Kentucky Fried Chicken of Heinz kennen.” Het beeld uit het symposium over herstarters in de Hogeschool Gent is treffend. Maar de vergelijking met de Verenigde Staten loopt mank. In België heerst geen klimaat waarin failliete ondernemers overeind kunnen krabbelen. De Europese Commissie vaardigde in 2008 niet voor niets de Small Business Act uit, dat onder meer moet “garanderen dat eerlijke ondernemers een tweede kans krijgen”. Maar in de praktijk zijn we nog niet zo ver. Ondernemers moeten zelf hun tweede kans afdwingen. Maar hoe?
Heel wat legale en minder legale tips komen die middag ter sprake bij de koffie en op het podium. Zo getuigt een ondernemer dat hij niet aan zijn schuldbemiddelaar meldde waar hij werkte om loonbeslag te vermijden. Een andere zegt dat hij zijn schulden bij kleine leveranciers heeft afgelost, maar niet bij zijn bank. “Ondernemers die failliet gaan, zijn katten in het nauw die soms rare sprongen maken”, zegt Pol Vermoere, woordvoerder en kwaliteitsverantwoordelijke van Tussenstap, een dochterorganisatie van Unizo die gefailleerden en herstarters bijstaat. “Ze worden in de armoede geworpen. Daardoor staan ze op gespannen voet met de maatschappij en willen ze bewijzen dat ze slim zijn. Een soort cowboyisme vanuit een wrokgevoel.”
Zet machogedrag opzij
Wrok en machogedrag staan herstarten het sterkst in de weg. “De belangrijkste risicofactor is de herstarter zelf”, weet Vermoere. “Als hij nog in de ontkenningsfase zit en niets geleerd heeft, zal het opnieuw mislopen.” Deze fase kan jaren duren. Hulp zoeken is misschien niet makkelijk, maar wel raadzaam.
Ook ondernemers die afglijden naar een faillissement moeten professioneel advies zoeken. Als Eric Van den Broele, deputy senior manager research van Graydon, één raad kan geven, dan is het dit: “Probeer alles om te vermijden dat je failliet gaat. Heroriënteer de zaak op tijd. Vraag op tijd bescherming tegen schuldeisers via de wet op continuïteit van ondernemingen.” Deze wet kan een reddingsboei betekenen als er op tijd een beroep wordt op gedaan. Dat gebeurt echter zelden.
Leren uit fouten
Een herstarter beschikt gelukkig ook over troeven. De sterkste troef is dat hij kan leren uit eerdere fouten. Zo was het faillissement van de horecazaak van Thorsten Theys mede te wijten aan zijn gebrek aan boekhoudkennis. Hij werkte zich voor 50.000 euro in de schulden. Niet toevallig ging hij later boekhouding studeren en is hij vandaag zelfstandig boekhouder. Ook Bart Van Orshoven, organisator van bedrijfs- en teambuildingevenementen, zal niet zoveel risico nemen als vroeger. “Ik startte een eenmanszaak zonder kapitaal en schudde budgetteringen van tienduizenden euro’s uit de mouw. Zolang alles goed liep, was er geen probleem. Maar ik had even pech en toen liep ik vast. In snel tempo zag ik relatief kleine betalingsachterstanden aangroeien tot deurwaarders die serieuze sommen vroegen. Daarom becijfer ik vandaag meer en pak ik kleine problemen meteen aan. Zoals een leverancier bellen wanneer ik een factuur even niet kan betalen.” Bovendien zorgt hij er nu voor dat hij iets te weinig werk heeft, zodat hij dat goed kan uitvoeren. “Vroeger nam ik alles aan. Ik raakte overwerkt en de kwaliteit daalde.”
Geen lening aan gefailleerden
Schulden zijn het moeilijkste thema. Vooral de banken worden tijdens het symposium graag en openlijk verfoeid. Maar niemand kan er onderuit. Vermoere is formeel: herstarten kan slechts in twee gevallen. Ofwel hebt u de schulden betaald of bent u ‘verschoonbaar’ verklaard. Ofwel zijn uw schulden onder controle door een juridische afspraak, zoals een afbetalingsplan. Hier verandert mogelijk iets wanneer de Small Business Act ingang zal vinden. Iemand die zijn afbetalingsplan heeft gevolgd, zou na drie jaar niet meer achtervolgd mogen worden door schulden verbonden aan een faillissement.
Het komt er dus op aan een afbetalingsplan op te stellen dat voor alle partijen haalbaar is. Het alternatief: ontevreden zakenpartners en banken, en zelfs rechtszaken. Guy Temmerman, die vijftien jaar lang een zaak in decoratiemateriaal had, wilde na zijn faillissement in februari snel vooruit. “Ik wilde alles verkopen, inclusief mijn huis, om meteen mijn schulden af te lossen. Maar de verkoop lukte niet meteen. Tegelijk krijg je als failliete ondernemer wel een hogere interest aangerekend, tot 15 procent in plaats van 5 procent. Daardoor moet ik vandaag met een particuliere kredietverlener onderhandelen.”
En als alle schulden zijn afbetaald, is het leed nog niet geleden. Er bestaan zwarte lijsten en websites waar u niet zomaar uit geschrapt wordt. Zo ontving Van Orshoven een mail van zijn bank waarin stond dat ze geen krediet geeft aan ondernemers die ooit failliet zijn gegaan. Vijf jaar na het betalen van alle schulden word je weliswaar geschrapt van de officiële lijst van de Nationale Bank, maar niet-gereglementeerde lijsten zijn taaier. “Firma’s als Graydon, banken en kredietverzekeraars houden je permanent op de lijst.”
Herbeginnen in een andere sector
Bijna driekwart van de gefailleerden start in een andere sector. Zestig procent vestigt zich in een andere provincie, waar de geloofwaardigheid minder beschadigd is. Theys koos ervoor zich om te scholen. “Ik vroeg de lijst knelpuntberoepen in mijn regio op en koos wat me het meeste aansprak: boekhouding. Zo wist ik zeker dat ik een baan zou vinden. Bovendien zijn de omscholingen georganiseerd en gefinancierd door de VDAB.” David begon nog voor het faillissement van zijn speelgoedwinkel als verkoper van ecologische onderhoudsproducten. Na zes jaar in dienst gebruikte hij zijn kennis en ervaring om zijn eigen bedrijf te starten.
Temmerman gooide het zonder opleiding over een andere boeg. “Voordat onze problemen begonnen, hadden we een lening gekregen waarmee we een stuk grond in Wallonië kochten. Samen met de opbrengst uit de verkoop van ons huis en magazijn moeten we voldoende fondsen hebben om de financiering rond te krijgen zonder banken. Ik begin samen met mijn vriendin een chambre d’hôtes met eigen gekweekte bioproducten.”
Niet te snel vooruit
De ideale manier om externe financiers te vermijden, is klein beginnen. Een anonieme ondernemer financiert zijn nieuwe zaak beetje bij beetje uit zijn consultingactiviteit. “Ik heb heel wat expertise over vissen en vijvers”, vertelt hij. “Die kan ik te gelde maken in grote en soms langdurige projecten. Ik hoef niet te investeren in personeel en het stigma van het faillissement hindert hier niet.”
Maar veel herstarters willen sneller vooruit dan hun kapitaal hen kan dragen. “Ik heb een beetje geld kunnen vinden, maar te weinig om gezond op te starten”, zegt Frank David. “Ik wilde een goedkope tweedehandswagen kopen. Omdat ik geen lening kreeg, moest ik leasen, wat duurder uitkomt.” Theys boekte mooie nettowinsten, maar kon toch niet voldoen aan de borg die banken van hem vroegen. Daarom ging zijn vader een lening aan. “Helaas kan ik deze kosten niet inbrengen, net zo min als de interest.”
Haal het maximum uit de boekhouder
Een goede boekhouder is onmisbaar voor een (her)starter. Maar in de praktijk is zijn rol vaak te beperkt: hij noteert cijfers in boeken en adviseert of waarschuwt de ondernemers niet. De meeste ondernemers kennen de wet op de continuïteit van ondernemingen niet. Ook de faillissementsverzekering, die recht geeft op een uitkering gedurende een jaar na het faillissement, wordt onvoldoende aangesproken. Theys: “Alles wat de boekhouder doet, kost geld. Een extra opvolgingsvergadering, een grondige analyse van de boeken… Bovendien moet er snel gewerkt worden om de vier deadlines per jaar te halen.” Veel ondernemers laten hun boekhouder alleen de btw-aangifte doen. Maar Vermoere waarschuwt: “Je moet tijd en geld in het opvolgen van de zaak steken. Net zoals je bij de doktor een check-up vraagt om te voorkomen dat je ziek wordt.”
‘Succes is één keer meer opstaan’ is een boek voor herstarters van de vzw Tussenstap. Gratis te downloaden op www.tussenstap.be.
Hans Hermans
“De belangrijkste risicofactor is de herstarter zelf. Als hij nog in de ontkenningsfase zit, zal het opnieuw mislopen”
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier