Gratis huisvesting voor werknemers
Ik wens een woning kosteloos ter beschikking te stellen van een werknemer of de huur voor zijn woning te betalen. Hoe pak ik dat aan? En hoe raam ik het voordeel in natura?
Een werkgever mag met een derde partij een huurovereenkomst sluiten en het gehuurde pand ter beschikking stellen van een werknemer. Ook een woning waarvan hij zelf eigenaar is, mag hij laten bewonen door een werknemer. Het voordeel moet wel vermeld staan in de arbeidsovereenkomst, of een bijlage ervan. Beide partijen doen er ook goed aan uitdrukkelijk te bevestigen dat er een verband is tussen de terbeschikkingstelling van de woning en de uitvoering van de arbeidsovereenkomst.
Een werknemer die gratis woont, geniet een loonvoordeel: zijn werkgever betaalt huur (en eventueel ook huurlasten) ten voordele van de werknemer, of ziet af van huur als hij de eigenaar is. Op dat voordeel moeten RSZ-bijdragen en personenbelasting worden betaald. Omdat de waarde van zulke voordelen forfaitair wordt bepaald, blijft gratis huisvesting toch een voordelig onderdeel van het loon.
Eerst de fiscus. Die zal de werknemer belasten — en dus bedrijfsvoorheffing inhouden — op een voordeel van alle aard, waarvan de waarde forfaitair wordt bepaald op basis van het kadastraal inkomen. Als de woning gemeubileerd is, moet de waarde van het voordeel van alle aard bovendien met twee derde worden vermeerderd. Betaalt de onderneming ook de verwarming en de elektriciteit, dan wordt de waarde ervan eveneens forfaitair bepaald: 430 tot 1900 euro, afhankelijk van het statuut van de werknemer.
Ook de sociale zekerheid ziet gratis huisvesting als een voordeel waarop dus RSZ-bijdragen verschuldigd zijn. Volgens de instructies van de RSZ moet men zich bij de raming van dit voordeel baseren op “de huurwaarde, tenzij dit voordeel forfaitair mag worden geschat”.
Let wel: deze forfaitaire regeling is enkel van toepassing als de huurovereenkomst wordt gesloten door de vennootschap die de werknemer in dienst heeft, of als de vennootschap eigenaar van de woning is. Als een werkgever aan zijn werknemer de huur of de lasten van zijn woning terugbetaalt, geldt de forfaitaire regeling dus niet. Zo’n terugbetaling valt niet onder de kosten eigen aan de werkgever, en dus moeten op het betaalde bedrag — net zoals op het loon — socialezekerheidsbijdragen en bedrijfsvoorheffing worden afgedragen. De fiscale en sociale kosten van de huisvesting liggen dan heel wat hoger. Het nettovoordeel voor de werknemer valt daardoor lager uit dan de werkelijk betaalde huur.
Mocht de werkgever er toch mee instemmen de kosten van een door de werknemer gesloten huurovereenkomst geheel of gedeeltelijk te betalen, dan stelt hij zich het beste geen borg of betaalt hij de huurwaarborg beter niet. Dat kan heel wat problemen opleveren als het bedrijf ooit beslist om de arbeidsovereenkomst van de werknemer te beëindigen.
Hebt u een juridische vraag voor onze experts? Stuur een e-mail naar benny.debruyne@trends.be.
Louis-Hubert Pacco
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier