Geert Noels
Globalisering 2.0 is een verbetering
Het ontgaat nog vele mensen dat de problemen waarmee de wereldeconomie te kampen heeft, met elkaar verbonden zijn.
De financiële crisis, de economische moeilijkheden – de wereldwijde honger naar jobs – en de ecologische problemen hebben belangrijke verbanden. Het model van globalisering 1.0 heeft bugs, die eerst uit het systeem moeten worden gehaald.
Megaprojecten om de ecologische problemen op te lossen, zoals windmolens, smart grids en zonneparken, vormen zeker een belangrijk stuk van de ombuiging naar een groene economie. Maar voor een deel spruiten deze oplossingen voort uit de ideologie die de wereld zo onevenwichtig heeft gemaakt. De groene economie is slechts een stap om naar een duurzamere economie te evolueren. En om duurzamer te worden, moet er ook aan enkele andere aspecten gewerkt worden: onze levenswijze, de schaalgrootte van onze initiatieven en bijvoorbeeld onze attitude (door reclame aangepraat?) om kwantiteit boven kwaliteit te stellen.
Als groene energie er alleen maar is om nog meer energie te kunnen verbruiken, dan zal dat de wereldeconomie slechts tijdelijk helpen. Er moet fundamenteler nagedacht worden. Fenomenen als slow food, thrift stores en een groei in allerhande repair shops tonen aan dat in de VS heel wat micro-initiatieven ontstaan, die vorm geven aan de Amerikaanse versie van de groene economie. Die vele kleinschalige initiatieven maken samen iets groots.
Die initiatieven ontstaan vanuit een overtuiging van consumenten dat je meer kunt doen met minder (geld, grondstoffen, vervuiling…). Dat klinkt als deflatie: minder, dus minder groei. En het is dus wel heel cynisch dat het huidige denken dit als een probleem ziet, terwijl deze vorm van deflatie heel heilzaam is voor de wereldeconomie.
Een upgrade van de wereldeconomie, zeg maar globalisering 2.0, moet rekening houden met de fouten in het oude systeem. Een globale logistieke keten is één ding. Maar eerst grondstoffen verhuizen naar het punt waar arbeid het goedkoopst is, om het eindproduct dan te verschepen (of te vliegen) naar de uithoeken waar de consument het graag wil verbruiken, is geen duurzaam systeem voor deze planeet. Lokale productie zal er maar komen als in de internationale logistiek ook een faire prijs voor de milieulasten wordt ingebouwd. De wereldeconomie maximaliseert schaalvoordelen, maar die optimalisatie heeft gebreken, omdat ze de effecten op jobs, maatschappelijk weefsel en milieu niet in rekening brengt. Dit betekent niet dat globalisering afgeschaft moet worden, maar wel dat moet worden nagedacht over de gebreken in de versie 1.0
Zijn we machteloos? Als je de wereld wil veranderen, begin dan met jezelf. Dat heeft men ook in Amsterdam gedacht. Vrachtwagens mogen de stad niet meer in, elektrische vrachtfietsen moeten hun taak overnemen. Zulke zware vrachtfietsen kunnen uiteraard veel minder vracht vervoeren in één rit, dus is een veelvoud aan ritten nodig om dezelfde hoeveelheid te vervoeren. Dat betekent meer jobs, maar ongetwijfeld ook een aanpassing, zeg maar een rationelere vraag.
Het zijn zulke kleine beslissingen die een grote invloed hebben op de economie van de toekomst. Minder met meer, maar wel meer mensen in het proces, en meer kwaliteit dan kwantiteit. Klinkt niet donker, maar net heel aantrekkelijk. Globalisering 2.0 is een verbetering, geen stap achteruit.
Geert Noels
Reacties zijn welkom op trends@econopolis.be
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier