EXPORT niet één, wel ONDER ééN DAK
Niemand zit te wachten op een terugkeer van het communautaire krakeel en de legestoelpolitiek van de Vlaamse werkgevers bij de Belgische Dienst voor Buitenlandse Handel (BDBH). Toch was te verwachten dat pleidooien om de buitenlandse handel te ‘herfederaliseren’ of ‘Belgisch’ te maken in het formatieberaad zouden opduiken. Als een of andere pasmunt, niet uit efficiëntieoverweging. Flanders Investment & Trade (FIT) en zijn Waalse evenknie Awex samenvoegen, staat gelijk met besmetting door voorspelbare BDBH-ziekten. Wat kan wel?
Breng in Brussel FIT en Awex onder in eenzelfde gebouw, al dan niet met een Belgische driekleur aan de gevel: één huis met twee kamers, zodat Chinese of Braziliaanse investeerders enkel de binnengang moeten oversteken om incentives van FIT en Awex te vergelijken. En breng in Peking, Sao Paulo of Dubai de zelfstandige Vlaamse en Waalse economische vertegenwoordigers onder in de handelsafdeling van de Belgische diplomatieke posten (Brusselse bedrijven mogen zowel bij FIT als bij Awex aankloppen). Dus, geen herfederalisering; de oplossing ligt in het stroomlijnen en bijstellen van een perceptieprobleem: de perceptie van onze in buitenlandse ogen complexe gefederaliseerde export- en investeringsorganismen, die bij handelspartners in Azië, het Midden-Oosten en Latijns-Amerika en bij potentiële investeerders buiten Europa voor onduidelijkheid kunnen zorgen. Niet binnen de Europese Unie.
In de EU kunnen beide organisaties los van elkaar hun eigen identiteit afficheren. Zoals de promotiediensten van Duitse Länder dat doen, de Schotse en de Catalaanse export- en promotieorganismen of de Denen, Noren en Finnen (ook ongeveer zes miljoen inwoners of minder).
Het kan altijd beter, maar de regionalisering van de handel- en investeringspromotie werkt. De twee regionale exportpromotiediensten, FIT en Awex, hebben hun evenwicht gevonden. In elk geval functioneert de tandem efficiënter dan de vroegere BDBH. FIT en Awex overleggen, coördineren en maken afspraken om te beletten dat Vlaamse en Waalse handelsmissies, met hun respectieve gewestministers, tegelijk in Peking opduiken. Veeleer het Agentschap voor de Buitenlandse Handel roept vragen op naar de relevantie ervan, nu het steeds meer functioneert als regiekamer van ‘Royalty’-reportages rond het prinsenpaar.
Men doet het uitschijnen alsof een herfederalisering de redelijkheid zelf is – in de trant van: “BHV, wat moeten Chinezen daar nu van denken.” En dan is grappen maken over “drie handelsdelegaties in Peking voor het kleine België” – wat al lang niet meer gebeurt – ook graag meegenomen. BHV en de moeilijkheden rond de buitenlandse handel zijn geen fratsen van Vlaamse nationalisten, wel obstakels die de raderwerken van dit land blokkeren. BHV ligt in het verlengde van de staatkundige evolutie van België, net zoals een regionalisering van het export- en investeringsbeleid een einde hebben kunnen maken aan jarenlang immobilisme bij de Belgische Dienst voor de Buitenlandse Handel.
Erik Bruyland
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier