Europa in de greep van een koudegolf

Geert Noels Geert Noels is chief economist van Econopolis.

De auteur is hoofdeconoom van Petercam Vermogensbeheer.

Reacties: visienoels@trends.be

k hou van lekkere vrieskou. Enkele weken echt winterweer doen ons intenser aanvoelen hoeveel luxe we wel gewoon zijn. En een koude winter schijnt ook goed te zijn voor de natuur: in de zomer zijn er dan minder microben en lastige insecten…

Het is niet anders in de economie. Zomers en winters horen bij de conjunctuur, en hebben hun nut – hoezeer de huidige centrale bankweermannen ze ook trachten te verzachten. Het weer in Europa is dezer dagen eerder onstabiel: sommige landen gaan gebukt onder een koudegolf, terwijl andere genieten van een gematigder klimaat. In het laatste kwartaal van 2004 kromp bijvoorbeeld de Duitse, Italiaanse en Nederlandse economie. Maar Spanje, Frankrijk en ook ons land doen het dan weer relatief goed.

Duitsland dicht bij nieuwe recessie. Technisch gezien staat de grootste economie van euroland dicht bij een recessie. Dat is zelfs niet de schuld van de sterke euro: zonder de sterke export zouden onze oosterburen nu al in een recessie zitten. De Duitse consument en overheid leveren immers een negatieve groeibijdrage. Onze oosterburen blijven echter vooral gebukt gaan onder de zwakte van het voormalige Oost-Duitsland. De werkloosheid bedraagt er meer dan het dubbele van de rest van het land. Het is zowat de enige regio in het vroegere Oost-Europa die weinig eigen dynamiek ontwikkelt. Bij de Duitse eenmaking zijn de Oost-Duitsers te snel in een luxueuze hangmat terechtgekomen. De andere landen van het vroegere Oostblok moesten zelf aan de weg timmeren. Dat heeft wel langer geduurd, maar werpt nu op een duurzame manier vruchten af.

Toch is er recent een prille lente te ontwaren. Na meer dan tien jaar ontdooiden in januari de binnenlandse orders krachtig uit hun winterslaap. Ook de Duitse detailhandel kende een onverwacht gunstig jaarbegin. Misschien beginnen de maatregelen van de regering-Schröder geleidelijk aan effect te hebben. Hoewel de groeivooruitzichten voor 2005 bijna werden gehalveerd tot 0,8 %, is het te laat om nu pessimistisch te worden over de Duitse economie. Er wordt ook te snel vergeten dat Duitsland één van de sterkste economieën van de naoorlogse periode was. En dat het land al vijftien jaar de lasten van de eenmaking torst, een eenmaking die ook een snelle en vreedzame ontdooiing van het Oostblok mogelijk maakte. Duitsland heeft dus een zware economische prijs betaald voor de uiteindelijke eenmaking van Europa en het einde van de Koude Oorlog. Naast alle kritiek is een beetje dankbaarheid dus ook op haar plaats!

België: duurzame lente of ‘Indian summer’? Sommigen denken dat er een blijvend microklimaat in ons land is ontstaan. De groei in de afgelopen twee jaar bedroeg bijna het dubbele van die in euroland. Sinds eind 2000 is het groeiverschil evenwel geringer: 5,7 % voor ons land tegenover 5,1 % voor euroland. De privé-consumptie is een belangrijke motor geweest. Niet door een stijging van de tewerkstelling of de lonen, maar vooral door het minder sparen. Het groeiverschil met euroland wordt echter voor een groot deel door een stijging van de overheidsuitgaven verklaard. De groei van de overheidsconsumptie bedroeg sinds eind 2000 het dubbele van het bruto binnenlands product: 11,6 % tegenover 5,7 %. De regering-Verhofstadt heeft dus met een stille retour au coeur-politiek eveneens fors bijgedragen tot de sterkere groei. Alleen is dit ten koste gegaan van een snelle sanering van de overheidsfinanciën: het primaire surplus is in die periode immers sterk gedaald, van 7,2 % van het BBP in 2001 naar 4,7 % van het BBP vorig jaar. Eenvoudig gesteld is de daling van de rentelasten op de schuld vooral naar de overheidssectoren gevloeid.

Ook de Nationale Bank van België maakt in haar recente jaarverslag een kritische noot. Ze gelooft niet zozeer in een blijvende nieuwe lente, maar eerder in een Indian summer. Zonder maatregelen zal die volgens de Bank weer snel voorbij zijn.

Obligaties: niet bemind, wel gewild. Ondanks de koudegolf op economisch vlak zijn bijna alle economen het erover eens – net als vorig jaar trouwens – dat de langetermijnrente in 2005 fors zal stijgen. Vorig jaar bleef de rente echter stabiel, in het beste economische jaar sinds lang en bij een stijgende kortetermijnrente. Belangrijker dan alle economen is het feit dat alle obligatiebeleggers unaniem pessimistisch zijn over hun eigen product. Ze handelen ook naar die overtuiging (zie grafiek). Al meer dan een jaar dekken ze zich in tegen een stijgende rente (het hoge aantal putopties biedt een bescherming tegen een stijgende rente). Dit is evenwel een uitstekende contra-indicator voor de langetermijnrente. Het is immers een paradox dat beleggers obligaties niet aantrekkelijk vinden, maar allemaal wel erg nodig hebben. Vooral pensioenfondsen en verzekeraars hebben de rente broodnodig. Ook de sterkte van de euro pleit voor een lage rente. Beleggers hebben ook in toenemende mate illiquide activa gekocht ( smallcaps, hedge funds, private equity, junk bonds), wat bij de minste schok een flight to safety kan veroorzaken.

Ik sluit dus niet uit dat op een goede dag (maar niet morgen) de langetermijnrente in euroland met een ‘2’ begint. In Zwitserland is dat trouwens al het geval en wat betreft monetaire politiek en economie lijkt euroland steeds meer op dat land. Met de overvloedige sneeuwval van de voorbije dagen is het wellicht ook iets makkelijker om dat in te beelden!

Geert Noels

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content