Ethische medicijnmannen
EthiMed, een producent van geneesmiddelen, ziet zijn markt in ons land groeien. Daarin staat het niet alleen. Ubizen-topman Stijn Bijnens investeert 1 miljoen euro.
Boven een van de Nederlandse winkelketens in het centrum van Vilvoorde houdt EthiMed kantoor. Een vreemde plek voor een fabrikant van medicijnen. Of niet? “De productie besteden we uit aan Labo Wolfs in Antwerpen en FAL in Nederland,” legt medestichter Willy Van Waeyenberghe uit. “Bovendien konden we deze verdieping van een familielid huren.” Uit zijn mond klinkt die uitleg als een sympathieke blijk van kleinschaligheid. EthiMed is een KMO zoals er in Vlaanderen duizenden een verborgen bestaan leiden. Maar dat is nu voorbij. Voor stichters Eddy Helsen en Willy Van Waeyenberghe begint dankzij de kapitaalinjectie van Stijn Bijnens een nieuwe fase in hun ondernemerscarrière.
EthiMed maakt generische geneesmiddelen: kopieën die op de markt komen nadat het octrooi van het oorspronkelijke medicament is verstreken. In België bedraagt hun marktaandeel ruim 1%. Niemand was geïnteresseerd in de Belgische markt, want de dokters schreven hier toch altijd oorspronkelijke geneesmiddelen voor en bovendien werd de markt met tien miljoen inwoners te klein bevonden. In dit segment lijkt in ons land het uur van de waarheid wel aangebroken. Vorig jaar kondigde Omega Pharma, een farmagroothandel, een alliantie aan met Eurogenerics, dat met een marktaandeel van ruim 80% de belangrijkste producent van zogenaamde generieken in België is. Eurogenerics, een dochter van de Duitse groep Stada, kon zijn dominantie in België bij gebrek aan concurrentie uitbouwen.
Aan dat feitelijke monopolie komt nu een einde. Vorig jaar zagen verschillende internationale spelers plots het groeipotentieel van deze ‘merkloze’ geneesmiddelen in België. De competitie groeide aan tot een achttal bedrijven, waaronder het Duitse Ratiopharm en het Nederlandse Unicophar. Tussen die multinationals zoekt EthiMed zijn plaats. Het bedrijf kan na één jaar een omzet van circa 27 miljoen frank voorleggen en hoopt dit jaar de kaap van 50 miljoen te halen. Daarmee is het een van de kleinere spelers in de Belgische markt. “We bestaan ruim een jaar, maar het idee sluimert al langer,” zeggen Helsen en Van Waeyenberghe. “Zes jaar geleden zijn we begonnen met het uitkiezen en inleiden van registratiedossiers. Daarom hebben we nu al een productengamma van 17 medicamenten en zitten er nog 24 dossiers in de pijplijn. Tegen 2001 willen we met veertig producten op de markt zitten.”
Helsen en Van Waeyenberghe kennen het farmawereldje als hun broekzak. Ze ontmoetten elkaar in de jaren zeventig toen ze voor Merck Sharp & Dohme aan de slag waren als medisch afgevaardigde. Willy Van Waeyenberghe trok begin jaren tachtig naar Glaxo, maar bleef in contact met zijn ex-collega. In 1987 hielden ze het voor bekeken in de industrie en richtten Mevima op, een bedrijfje dat in medische video’s specialiseert. In 1992 verkochten ze hun aandelen aan een derde vennoot en begonnen met Query, een dienstenleverancier voor de farmasector. Het bracht de eerste software voor het opvolgen van verkopers op de Belgische markt. Query wordt momenteel opgedoekt, want niet te combineren met EthiMed.
De beslissing om te beginnen met generische geneesmiddelen dateert van anderhalf jaar geleden. “We voelden dat de markt zou groeien, de vraag was alleen wanneer,” aldus Helsen. Dat moment lijkt nu gekomen. In de vorige regering zwengelde Marcel Colla (SP) de discussie rond substitutie met generische geneesmiddelen aan en onlangs besliste minister van Sociale Zaken Frank Vandenbroucke het remgeld op generische geneesmiddelen te verlagen. “Dat er nu plots een tiental producenten van generieken zijn, vinden we niet erg,” zegt Van Waeyenberghe. “Om tegen de farmaindustrie op te boksen, moeten we met meerdere firma’s zijn.”
Eén op twee geneesmiddelen is te vervangen door een generiek. Dat zou volgens voorstanders een besparingspotentieel tot 10 miljard frank kunnen opleveren. Toch is het marktaandeel – door de weerstand van de farmaceutische industrie – beperkt gebleven. “Het succes in andere landen kwam nooit zomaar,” zegt Helsen. “De overheid moet zorgen voor stimuli, via patiënt, arts of apotheker. We geloven in een concept waar iedereen beter van wordt. De apotheker krijgt dezelfde marge en voor de patiënt is de kostprijs 20% tot 45% lager. Artsen die rationeel voorschrijven moeten worden beloond. De overheid zou een hoger tarief moeten toestaan. Dat initiatief bestaat al voor artsen die zich hebben bijgeschoold.”
EthiMed richt zich volledig op België. Voor een internationale strategie is het nog veel te vroeg, vindt Helsen. Bovendien concentreren beide zaakvoerders zich op medicamenten met een grote markt en producten die therapeutisch nog niet zijn voorbijgestreefd. Het duo zocht steun om het groeiritme van het nieuwe bedrijf op te voeren. Een gerichte communicatie met meer medische afgevaardigden moet daarvoor zorgen. Het noodzakelijke financiële duwtje kwam niet van de banken maar van Stijn Bijnens, de topman van het softwarebedrijf Ubizen. Via zijn holding R2I komt die over de brug met ruim 40 miljoen frank en krijgt daarvoor 25% van de aandelen.
Daarmee lijkt Bijnens de trend te volgen van internetmiljonairs die hun centen in allerlei ‘verantwoorde’ projecten investeren. “Ik wil daar zeker niet zwaarwichtig over doen. Ik vond Ethimed gewoon een boeiend verhaal,” aldus Bijnens.
De ondernemers geloven alleszins dat ze met EthiMed een eigen filosofie hebben. Vandaar ook de naam, die staat voor Ethische Geneesmiddelen. Hun ‘anders zijn’ komt onder meer in hun rekruteringsbeleid naar voren. De gemiddelde leeftijd van hun medische afgevaardigden is 45 jaar. “Artsen houden er niet van maand na maand jonge vertegenwoordigers met telkens andere producten over de vloer te krijgen,” legt Helsen uit. “Zij zoeken een vertrouwensrelatie met de medisch afgevaardigden. Wij geloven dat ervaren mensen daartoe beter in staat zijn.”
roeland byl
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier