‘Elkaar de schuld geven van burn-outs is tijdverlies’

‘Ondernemingen moeten erkennen dat burn-outs een groot probleem zijn. Ze kunnen er beter voor zorgen dat collega’s snel de symptomen leren herkennen.’ Dat zegt Trends-redacteur Benny Debruyne.

Werkgevers en werknemers wijzen elkaar nog te vaak met de vinger als het over burn-outs gaat. Werkgevers vinden dan dat het alleen de verantwoordelijkheid van de werknemer is om te zorgen dat zijn werk-levenbalans goed zit. Werknemers wijzen op de te scherpe deadlines of doelen die ze krijgen opgelegd, en de taken die ze erbij moeten nemen van ex-collega’s die niet zijn vervangen.

Maar elkaar de schuld geven is tijdverlies. Bedrijven kunnen beter erkennen dat er door een samenloop van omstandigheden een probleem met burn-outs is gegroeid. Burn-outs leiden niet alleen tot absenteïsme, maar ook tot mindere prestaties van mensen die er dreigen onderdoor te gaan. Mensen die fysiek minder in vorm zijn en mentaal minder scherp staan, kunnen de prestaties van een bedrijf schaden.

Ondernemingen moeten daarom erkennen dat burn-outs een groot probleem zijn. Ze kunnen er beter voor zorgen dat collega’s snel de symptomen leren herkennen. Want wie een burn-out dreigt te krijgen, verkeert in een ontkenningsfase en haalt nog alles uit de kast tot hij crasht. Een lang herstel en een moeilijke integratie zijn zowel voor de werknemer als de werkgever veel slechter dan preventie.

Een eenmalig evenement of een leuke teambuilding zijn verre van voldoende om burn-outs te voorkomen. Om structureel aan preventie te doen, moeten overheden en bedrijven bekijken hoe ze het werk beter kunnen organiseren. Dat een doordachte arbeidsorganisatie en aandacht voor welzijn cruciaal zijn voor goede prestaties, weten start-ups al lang. Grote bedrijven zullen steeds meer met die jonge groeibedrijven moeten wedijveren om talentvolle mensen in te lijven. Wie dan bekendstaat om de vele burn-outs in zijn bedrijf, verliest nogal wat van zijn aantrekkingskracht.