Eeuweling BelCham beleeft tweede jeugd in start-upmodus
De Belgisch-Amerikaanse Kamer van Koophandel BelCham viert op 11 oktober met een groot feest in New York haar honderdjarige bestaan. De afgelopen jaren vervelde de organisatie tot een dynamische verbindingshub voor Amerikaanse en Europese ondernemers.
Dat BelCham na honderd jaar in de Verenigde Staten zich de Amerikaanse mentaliteit helemaal eigen heeft gemaakt, blijkt uit de naam voor hun feest met vierhonderd gasten. Met New Yorkse flair noemt BelCham dat jubileum het Feest van de Eeuw. In 1919 was een bezoek aan de Verenigde Staten van Koning Albert I en koningin Elizabeth de aanleiding om de Kamer van Koophandel op te richten. De bedoeling was de Belgisch-Amerikaanse handel een duw te geven na de Eerste Wereldoorlog.
In de loop der jaren werd de sterk op grote bedrijven gerichte organisatie een vergane glorie. Tot eerst bankier Olivier Smekens en vervolgens advocate Bieke Claes de vzw de eenentwintigste eeuw in trokken. Vooral onder impuls van Claes werd BelCham verjongd. De organisatie begon zich ook op snelgroeiende technologiebedrijven – de zogenaamde scale-ups – te richten en bouwde een gediversifieerd dienstenpakket uit met coworkingruimtes in New York en San Francisco. Na zes jaar verliet Bieke Claes BelCham in 2018, maar Valerie en Laurence Van den Keybus – zus en broer – zetten het werk met evenveel ondernemerschap voort. Ze leiden BelCham als een wendbare start-up, die snel inspeelt op de noden van Amerikaanse en Europese ondernemers.
Ondanks de ‘Bel’ van België in de naam, ziet BelCham zijn opdracht veel ruimer. “België zit in ons DNA, maar we hanteren nu een trans-Atlantische aanpak”, zegt Laurence Van den Keybus. “België ligt in het hart van Europa en de diensten die we aanbieden aan Belgische studenten en ondernemers, kunnen we ook aanbieden aan andere ondernemers.”
Triple-A-strategie
BelCham werkt met diverse inkomstenstromen. De zowat vijfhonderd leden betalen een bijdrage, maar ondertussen zijn de inkomsten uit het J1-visumprogramma belangrijker. De Verenigde Staten hebben een uitgebreid gamma visaformules. De Amerikaanse autoriteiten erkennen BelCham als tussenpersoon voor een J1-visa voor stagiairs die maximaal anderhalf jaar in de Verenigde Staten werken. Ook de coworkingruimtes in New York en San Francisco genereren inkomsten, net als de organisatie van economische missies voor delegaties uit België. BelCham zet ook sterk in op partnerschappen als het Summer Catalyst Program met de KU Leuven. De KU Leuven zendt veelbelovende teams naar de Verenigde Staten voor een intensief programma van vier weken om hen te helpen groeien.
Voor grote projecten doet BelCham geen beroep op die inkomsten, maar zet het een fundraisingcampagne op. Die donaties financierden onder meer het Atelier, de incubator en coworkingruimte van BelCham die in 2014 werd opgericht. “Tweehonderd Europese bedrijven passeerden zo via ons om de Amerikaanse markt te exploreren”, zegt Valerie Van den Keybus. “We helpen hen met de eerste vragen over hoe een bedrijf op te richten in de Verenigde Staten, met strategische brainstormoefeningen of vragen rond salesstrategie.” BelCham kan daarvoor bogen op een netwerk van Amerikaanse experts, die Belgische ondernemers advies kunnen geven.
Naast het Aterlier heeft BelCham ook een Academy. “Met de Academy proberen we op een gestructureerde manier kennis te delen”, zegt Valerie Van den Keybus. “We werken steeds meer met programma’s op maat, waarbij we de inhoud aanpassen aan de sector. We zetten ook in op onlinecontent, die we we delen met onze community.”
De derde A van de triple-A-strategie van BelCham heet Assembly. Dat verwijst naar de vele evenementen die de vzw organiseert. Een nieuw voorbeeld daarvan is het eerste Future Forum, dat op 10 oktober plaatsvond. Op dat forum worden CEO’s van grote bedrijven samengebracht om te bespreken hoe ze kunnen samenwerken om gemeenschappelijke uitdagingen het hoofd te bieden.
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier