Een nieuwe managementhype gewikt en gewogen

Het boek Reinventing Organizations van Frederic Laloux is het meest invloedrijke managementboek dat ooit door een Belg geschreven is. Als tienduizenden managers het zo inspirerend vinden, wie ben ik dan om er schamper over te doen? Als honderden miljoenen mensen de Koran een onfeilbaar boek vinden, dan moet Bart De Wever dat ook maar vinden. Of toch niet?
De auteur heeft een voorliefde voor onbewezen theorieën die in zijn kraam passen. Het begint al op de allereerste pagina. We hebben drie breinen! In werkelijkheid – en dat geeft de auteur goed aan – hebben we ook een beperkt aantal neuronen in de buurt van ons hart en een beperkt aantal neuronen in onze buik. Maar hij begeleidt de lezer ongemerkt in een knappe redenering. Als de klassieke geneeskunde blind was voor die drie breinen, voor ‘gedecentaliseerd denkvermogen’, dan is de klassieke organisatietheorie misschien ook blind. Maar… een ‘brein’, laat staan ‘intelligentie’ of ‘een geest’, is nog wel wat anders dan een aantal neuronen. In een motor zit water. Maar het is niet omdat je wat water aantreft in je lunchbox, dat er een motor in zit. De geneeskunde was helemaal niet blind voor die neuronen, ze weigerde gewoon ze breinen te noemen.
En managementwetenschap was helemaal niet blind voor het nieuwe. Al tientallen jaren probeert ze de zelfsturende kracht een plaats te geven in de managementmix. Net zoals reclame geen marketing, maar daar een onderdeel van is, is zelfsturing geen management, maar een van de belangrijke krachten erin.
De auteur kiest zijn ‘bewijzen’ graag in een newage-achtige, zweverige context en is, academisch gesproken, niet bepaald in sterk gezelschap. Een voorwoord (in de Engelse editie) door Ken Wilber, de creationist onder de managementwetenschappers? Zulke vrienden kun je beter mijden. Als ik honderd Amerikaanse predikanten van megakerken zou citeren, zou u oordelen dat mijn argumenten voor de evolutieleer niet wetenschappelijk zijn. Frederic Laloux lijkt erg geboeid door het briljant-zweverige van Peter Senge en Margaret Wheatley, die vanaf 1990 de wereld veroverden met een analoge boodschap rond de nieuwe fysica en de lerende organisatie. Hij is duidelijk minder geboeid door de grote klassieke denkers rond organisaties. Wat zou u denken van een boek over de nieuwste visie op de evolutieleer, waarin Darwin niet wordt genoemd; die was immers blind voor de waarheid van de nieuwe visie.
De succesvoorbeelden zijn goed gekozen en kunnen u zeker inspireren. Maar succesverhalen vragen om controlegroepen. Zonder moet je zeer kritisch kijken naar de studies die je beweringen onderbouwen. Daar bewijst het boek dat het meer ideologie is dan substantie. Net nu duiken bijvoorbeeld analyses en waarschuwingen op dat we te ver zijn gegaan met ‘samenwerken’, een van de pijlers van het boek. We moeten misschien leren mensen meer gewoon met rust te laten en ze de kans te geven in de diepte te werken.
Het boek raakt een uiterst gevoelige snaar. Dat is een uitzonderlijke eigenschap. Frederic Laloux is er zelfs in geslaagd de sceptische, doodnuchtere Vlamingen te begeleiden op zijn boeiende, sterk idealistische pad. Gelukkig zet hij zijn supertalent in voor positieve, idealistische, inspirerende beelden. Ik huiver bij het idee wat er zou gebeuren als zo’n man zijn unieke talent zou inzetten voor een toxisch of decadent gedachtegoed.
Behalve de waarheid zijn er nog vele andere dingen die mensen kunnen boeien en inspireren: verhalen, tekeningen, gedichten, halve en hele leugens, studies, argumenten, pseudo-argumenten, vurige wensen. De auteur stelt ons echter niet in staat die te onderscheiden. Hij is daar niet alleen mee, weinigen kunnen of willen dat in managementboeken. Dat zegt dus heel weinig over de auteur. Het zegt wel heel veel over het statuut van dit vakgebied. Veel mensen vragen mij waarom ik zo’n vreemde titel aan mijn laatste boek heb gegeven: Bye Bye Management. Nu begrijpt u waarschijnlijk beter waarom.
De auteur is professor-emeritus aan de Vlerick Business School.
MARC BUELENS
Gelukkig zet Laloux zijn supertalent in voor positieve, idealistische, inspirerende beelden.
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier