Een Gazel met twee hoofden
Is het te hoog gegrepen om van Brussel en omstreken een hightechgebied te maken naar het voorbeeld van Silicon Valley of Route 128 in de Verenigde Staten? De voorwaarden zijn nochtans aanwezig om een Brusselse-ringeffect te creëren. Dat is een wat trivialere benaming voor het concept Brussel, euro-metroplex van de Gentse professor mobiliteit en ruimtelijke planning Georges Allaert. Allaert ziet de ring rond Brussel als een magneet om diensten en industrie in dit land te verankeren (zie blz. 54).
“Netwerkindustrieën zijn van cruciaal belang voor de uitbouw van België tot een knooppunt in de wereldomvattende netwerken van transnationale ondernemingen,” schreven Koen De Backer en LeoSleuwaegen van de KU Leuven onlangs in de Financieel-Economische Tijd. De Brusselse ring is zo’n knooppunt. Agoria, de federatie van technologiebedrijven, schetst de eerste contouren van een Brusselse-ringeffect in wat ze de Digitale Zennevallei noemt: de Belgische cluster van bedrijven uit de sector van de informatie- en communicatietechnologie deint vanuit Brussel uit naar Antwerpen en Nijvel. Het is een spontane ontwikkeling, maar ook andere bedrijfstakken zouden een sterk uitstralingseffect (kunnen) hebben als ondernemers, onderzoekscentra, universiteiten en beleidsmakers van Allaerts theoretische concept een wervend project zouden maken. Alleen zo konden Route 128 en Silicon Valley open bloeien.
Flanders Technology was zo’n visionair project. Daaruit sproot in de jaren tachtig de Dirv-actie voort, de Derde Industriële Revolutie in Vlaanderen van wijlen Gaston Geens. Dirv ontketende een dynamiek met sterke bloeiers ( Imec,Barco, Sidmar) en mislukte hoogvliegers ( Lernout & Hauspie, Xeikon). Flanders Technology werd gedragen door ondernemend Vlaanderen, de politiek en Jan met de pet, tot in de klas-lokalen toe. Die schwung is eruit, de hightechhype is uitgeblust. We staan weer met beide voeten op de grond, geconfronteerd met de sluiting van Philips Hasselt en BC Components, de verhuis van industriële productie naar China en omstreken. De technologische opwaardering staat immers ook aan de andere kant van de wereld niet stil. Hoe blijven wij, behalve onze fiscaliteit bijschavend en onze regeldrift intomend, aantrekkelijk? Door proactief troeven te consolideren die ze ons niet kunnen afpakken: onze centrale ligging in de Europese Gouden Driehoek.
Geruzie over geluidsnormen en vliegroutes rond Zaventem, over een voorstedelijk expresnet rond Brussel of de locatie van een tweede HST-terminal en andere ‘communautair’ geladen dossiers, zetten een domper op gedurfde, visionaire plannen met een tijdshorizon van tien tot twintig jaar. In Vlaamse beleidskringen, ook bij de Waalse evenknie van de Sociaal-Economische raad voorVlaanderen, en steeds meer in Brussel groeit gelukkig het besef dat een concurrentiestrategie op lange termijn geen enkel gewest ten goede komt.
Over de politieke afbakening van het Brussels Hoofdstedelijk Gewest heen moet een constructieve dialoog mogelijk zijn. Als internationaal beslissingscentrum is Brussel een Gazel met twee hoofden, een motor en anker voor de hele Vlaamse en Waalse economie.
Erik Bruyland
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier