Klimaattop COP29 zet financiering van de strijd tegen de klimaatopwarming centraal

ORKAAN HELENE. Zaken die exceptioneel waren in het leven van onze grootouders, zullen voor ons normaal worden. © Getty Images
Benny Debruyne
Benny Debruyne Redacteur van Trends

De wereld ligt niet op schema om de doelen van het klimaatakkoord van Parijs te halen. Op de klimaattop in Bakoe, die op 11 november begint, streven de Europese diplomaten naar meer ambitieuze plannen. Het wordt vooral een financiële top, waar de deelnemende landen op zoek gaan naar nieuwe en bijkomende financieringsmiddelen.

1 Wat is het vertrekpunt?

No more hot air… please! heet het vijftiende Emissions Gap Report, een verwijzing naar meer warme lucht door de klimaatopwarming, maar ook een ludieke aansporing om beleidsmakers ertoe aan te zetten hun woorden in daden om te zetten.

Het Emissions Gap Report kijkt voor de vijftiende keer – het verscheen niet toevallig net voor de jaarlijkse klimaattop – hoe hoog de mondiale broeikasgasuitstoot is en gaat na welke beloftes landen hebben gedaan om hun emissies te verminderen. Vervolgens berekenen de wetenschappers hoeveel die gezamenlijke wereldwijde emissiereductie tekortschiet in vergelijking met het doel dat de wereld in 2015 in Parijs heeft gesteld. Dat doel was de opwarming duidelijk onder 2 graden te houden in vergelijking met de pre-industriële tijd, en te streven naar een maximum van 1,5 graden opwarming. Vandaag zitten we al aan ongeveer 1,3 graden opwarming.

“Volgens de huidige trend zullen we aan het einde van de eeuw op 3,1 graden uitkomen, maar dan zal de opwarming ook nog niet zijn gestopt. Als de landen alle beloftes nakomen die ze hebben gemaakt voor 2030 en alle onderliggende zaken die daarmee verband houden goed uitdraaien – bijvoorbeeld dat de ontwikkelingslanden de financiële ondersteuning krijgen om hun economie te veranderen – dan komen we uit rond 2,6 graden”, zegt onze landgenoot Joeri Rogelj, professsor klimaatwetenschap en -beleid aan het Imperial College London en een van de hoofdauteurs van de richtinggevende IPCC-klimaatrapporten van de Verenigde Naties.

“Enkel als we rekening houden met de beloftes op heel korte termijn, tegen 2030, en met de beloftes op heel lange termijn, een nuluitstoot tegen 2050, 2060 en 2070, dan komen we nog aan een projectie van 1,9 procent opwarming en blijven we dus net onder het doel van 2 graden. Het probleem is dat in veel gevallen het huidige beleid onvoldoende is om zelfs maar de beloftes op korte termijn waar te maken, omdat de overheden niet duidelijk zijn over hoe ze die doelen willen halen.”

2 Wat is de rol van de COP bij die doelen?

De klimaatopwarming en de gevolgen ervan zijn grensoverschrijdende problemen, die een mondiale aanpak vergen. Daarom organiseren de Verenigde Naties sinds midden jaren negentig jaarlijks een klimaatconferentie als uitvloeisel van het Klimaatverdrag dat de Verenigde Naties toen sloten. Op dit moment onderschrijven 198 landen dat verdrag. De jaarlijkse klimaatconferenties worden Conference of the Parties (COP) genoemd. De 29ste editie vindt plaats in de Azerbeidzjaanse hoofdstad Bakoe tussen 11 en 22 november. COP28 was vorig jaar te gast in Dubai. De klimaattop COP29 valt niet te verwarren met de biodiversiteitstop COP17, die op 1 november afliep in het Colombiaanse Cali.

Bekijk de nakende klimaattop in Bakoe niet als een momentopname. De klimaatdiplomaten werken het hele jaar door, en een discussie die nu misschien niets oplevert, wordt volgend jaar weer opgenomen. De klimaatonderhandelingen draaien al sinds de jaren negentig rond drie grote thema’s. Het eerste is adaptatie: hoe kunnen landen zich aanpassen aan de gevolgen van klimaatopwarming? Dat is vooral van belang voor het globale zuiden, dat in het algemeen harder door de klimaatopwarming wordt getroffen dan het noorden. Het tweede grote thema is mitigatie: hoe kunnen we de emissies zo snel mogelijk afbouwen, om in 2050 klimaatneutraal te worden? Dat is het doel van de EU-strategie Green Deal. Het derde grote thema is klimaatfinanciering. Dat thema zal in Bakoe de meest aandacht opeisen.

3 Wat wordt het nieuwe klimaatfinancieringsdoel?

Het komt erop aan financieringsstromen, die nu bijvoorbeeld nog altijd sterk gericht zijn op fossiele brandstoffen, te verleggen naar duurzame alternatieven. Tegelijk erkent iedereen het belang van de financiële ondersteuning van minder ontwikkelde landen, zodat ze hun klimaatdoelen kunnen halen. Het geld moet niet alleen van publieke fondsen komen. De COP gaat op zoek naar een brede financiële onderbouw, waarbij ook de privésector wordt gemobiliseerd.

Op de COP29 in Bakoe wordt onderhandeld over een nieuw klimaatfinancieringsdoel, dat wordt aangeduid met de term New Collective Quantified Goal (NCQG). Het vorige financieringsdoel bestond erin dat de ontwikkelde landen vanaf 2020 elk jaar 100 miljard dollar dollar publiek en privaat geld zouden vrijmaken voor klimaatadaptatie in de ontwikkelingslanden. Dat doel werd in 2022, met twee jaar vertraging, gehaald en blijft ondertussen lopen. In 2015 werd in Parijs al afgesproken dat er tegen 2025 een nieuw klimaatfinancieringsdoel zou komen, dat niet lager kan zijn dan 100 miljard dollar per jaar. Aan het huidige doel dragen 23 ontwikkelde landen bij. De bedoeling is dat meer landen bijdragen aan de nieuwe financieringsdoelstelling NCQG.

‘De veranderingen in de natuur die we nu zien, gaan vele malen sneller dan onze fauna en flora in het verleden hebben gekend’

Joeri Rogelj, Imperial College London

Naast dat nieuwe klimaatfinancieringsdoel worden de internationale koolstofmarkten wellicht het belangrijkste discussiepunt in Bakoe. Ook de verscherpte klimaatplannen per land (Nationally Determined Contributions of NDC’s) zullen ter sprake komen. Die moeten landen indienen in de aanloop naar COP30 in de Braziliaanse stad Belém volgend jaar. Europa roept de lidstaten op in die nieuwe NDC’s rekening te houden met wereldwijde doelen zoals de verdrievoudiging van de hernieuwbare-energiecapaciteit en de verdubbeling van de energie-efficiëntie tegen 2030.

4 Waarom is het zo belangrijk vast te houden aan het doel van 1,5 à 2 graden als maximale opwarming?

Een van de duidelijkste voorbeelden van de effecten van de klimaatopwarming zijn de hittegolven, die bij de huidige opwarming van 1,3 graden in frequentie en intensiteit zijn toegenomen, volgens de wetenschappelijke analyses. “Hittegolven die eind negentiende eeuw eens in de vijftig jaar voorkwamen – die onze grootouders dus één keer in hun leven meemaakten – komen nu al ongeveer vijf keer frequenter voor, één keer om de tien jaar dus”, legt klimaatwetenschapper Joeri Rogelj uit. “Als we van 1,3 naar 2 graden opwarming gaan, zullen we die hittegolven één keer om de vier jaar krijgen. Iets wat exceptioneel was in het leven van onze grootouders, zal voor ons normaal worden. Die hittegolven hebben natuurlijk gevolgen voor de gezondheid van mensen, zeker in landen waar veel mensen wonen die geen toegang hebben tot huizen met koeling. Ook onze natuurlijke ecosystemen lijden eronder. De veranderingen in de natuur die we nu zien, gaan vele malen sneller dan onze fauna en flora in het verleden hebben gekend.”

De reden waarom de opwarming van 1,5 à 2 graden zo’n belangrijke grens is, is dat de kans op kantelpunten dan toeneemt, zegt Rogelj: “Zulke kantelpunten zijn niet-lineaire, onomkeerbare veranderingen in de natuur, zoals het afsterven van het tropische regenwoud in Brazilië of het afsmelten van de ijskappen. Er zijn door die opwarming bovendien terugkoppelingen. Als de permafrost – de bevroren ondergrond – rond de Noordpool ontdooit, komen veel broeikasgassen vrij die daarin opgeslagen liggen. Eenmaal er zo’n kantelpunt bereikt is, is het moeilijk terug te keren naar de toestand waar de mens 10.000 jaar van heeft kunnen genieten.”

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content