De klimaatverandering speelt de koffietelers in Brazilië parten. Om het hoofd te bieden aan die uitdagende omstandigheden zetten steeds meer boeren de stap naar regeneratieve landbouw. Ze krijgen daarbij de steun van koffiemerken als Nespresso. “Om andere resultaten te krijgen, moet je andere dingen doen.”
Koffie wordt vaak als een banale commodity beschouwd. Toch is koffie niet zomaar koffie. Net zoals bij wijn zijn de terroir en het klimaat belangrijk voor de smaak. Koffie is de boon van een bes die groeit aan een boom. Die vrucht wordt na de oogst gefermenteerd en gedroogd tot een groene boon, en geëxporteerd. Het is pas de koffiehandelaar die de boon zal branden tot de bruine boon die we kennen.
Koffieplanten groeien in de tropische en subtropische delen van de koffiegordel, 30 graden boven en onder de evenaar. Bekende producerende landen zijn Colombia en Ethiopië, met als koploper Brazilië. Het merendeel van de teelt wordt aangekocht via traders en belandt in blends van grote koffiemerken. De koffie moet altijd hetzelfde smaken en dus gaan grote internationale spelers op zoek naar koffies die telkens dezelfde smaak evenaren. Hoe groter het volume wordt, hoe meer massaproductie er nodig is en hoe meer de prijs onder druk kan komen.
Met single-origin-koffies benadrukken merken dat de smaak verschilt per land. Zo heeft koffie uit Brazilië doorgaans een romige, volle body met toetsen van chocolade en noten, en is Ethiopische koffie veel floraler met uitgesproken zuren. En net als bij wijn proeft elke koffie anders per regio en zelfs per plantage. “Grote merken als Nespresso moeten consistentie bieden”, vertelt Julie de Ferron, public relations director bij Nespresso Global. “Voor de single origins blenden we de koffie per land, voor andere koffierecepten blenden we over de landsgrenzen heen. We werken alleen samen met koffieboeren van wie het teelproces beantwoordt aan drie parameters: kwaliteit, duurzaamheid en traceerbaarheid. Daarom koopt Nespresso geen koffie op de wereldmarkt en hebben we samen met Rainforest Alliance het AAA Sustainable Quality-programma opgezet. Zo kunnen we een partnerschap opbouwen met de telers.” Het merk startte dat programma op in 2003 met 300 boeren in Costa Rica. Op dit moment staat de teller op 168.500 boeren. 95 procent van de telers met wie Nespresso wereldwijd samenwerkt, neemt deel aan dat programma.
Andere acties
Brazilië telt naar schatting tussen 220.000 en 300.000 plantages, waarvan Nespresso met 1.300 samenwerkt. In de regio Cerrado Mineiro in Minas Gerais, de belangrijkste provincie voor koffieteelt in Brazilië, bezoeken we twee plantages, die zo’n 40 procent van hun productie verkopen aan Nespresso. Marcelo Urtado en zijn vrouw Paula Curiacos begonnen in 2016 hun koffieplantage Três Meninas met een oppervlakte van 50 hectare. Urtado heeft meer dan 130 jaar koffieteelt in de aders, maar zijn voorouders en hij zijn al vier keer verhuisd naar een andere regio om koffie te telen. “De klimaatverandering doet ons voortdurend van locatie veranderen”, vertelt hij.
‘Ik wil het geheugen van de bodem herstellen. Probeer je de bodem voor te stellen als je maag. Hoe chemischer, hoe belastender’
Die voortdurende zoektocht naar vruchtbaar land deden Urtado en Curiacos ook beseffen dat een andere manier van koffieteelt zich opdrong. “Om andere resultaten te krijgen, moet je andere dingen doen”, vertelt Paula Curiacos. “Toen we hier aankwamen, troffen we een conventionele boerderij aan met alleen maar gras. Er was jarenlang met pesticiden gewerkt, de biodiversiteit was klein en de bodem arm. We hebben beslist dat de natuur onze grootste aandeelhouder moest zijn. Dat bracht ons als vanzelf bij regeneratieve landbouw. We zijn begonnen met het redden van de grond en deden daarvoor een beroep op de wetenschappelijke kennis die we voordien hadden vergaard.” Het koppel leerde elkaar kennen aan de universiteit van São Paulo. Marcelo specialiseerde zich in milieutechnologie, Paula is landbouwingenieur. Ze woonden eerst een tijdje op Urtado’s familieboerderij, maar al gauw ontstond een dispuut tussen de generaties. “Mijn vader werkte erg traditioneel. Hij liet het onkruid al wel staan tussen de koffiebomen, maar begreep de rest van onze ideeën niet.”
Dat klinkt Marcelo Montanari van de koffieplantage Montanari, met een oppervlakte van 200 hectare, bekend in de oren. Hij is de vierde generatie van een familie koffietelers. “Mijn betovergrootouders verhuisden uit Italië naar hier. Zij voelden nog de sporen van de toen net beëindigde slavernij. Hard werken en uitvoeren was toen normaal. Boeren dachten vooral op korte termijn.” Hij pakte het anders aan en doet al tien jaar – zonder zich bewust te zijn van de term – aan regeneratieve landbouw. Zo maakt Montanari zijn eigen natuurlijke bestrijdingsmiddelen en meststoffen. In een gigantisch waterreservoir borrelt het van de micro-organismen en de enzymen. “Die voegen we toe aan de grond, zodat het er opnieuw krioelt van het leven.”
Daarnaast maakt Montanari zijn eigen compost met onder meer koffiepulp, koeienmest en plantaardig afval. “Ik wil het geheugen van de bodem herstellen. Probeer je de bodem voor te stellen als je maag. Hoe chemischer, hoe belastender.” Montanari gebruikt slechts 25 procent synthetische meststoffen. Die zijn nodig om het tekort aan nitrogeen te compenseren. “Door natuurlijker te werken heb ik mijn totale bemesting verminderd met een kwart. Het idee daarachter is dat je de plant versterkt door zijn natuurlijke immuunsysteem te verhogen in plaats van alles wat slecht én goed is op de plant kapot te spuiten.”
Temperatuurverschil
Het is september, de winter loopt op zijn einde in Brazilië. Toch is het kurkdroog. “Het regent hier almaar minder en de temperaturen schieten de hoogte in”, legt Paula Curiacos uit. “Water langer vasthouden is één manier om die omstandigheden het hoofd te bieden”, vult Marcelo Montanari aan. “Maar we moeten ook proberen weerbaardere planten te kweken. Niet door genetische manipulatie, wel door slim te kruisen. En door meer bomen aan te planten, die ook zorgen voor schaduw. Zo zetten wij in op mahoniebomen, die erg groot worden en minder in concurrentie gaan met de koffieplanten om nutriënten uit de bodem te halen. Nadien leveren ze waardevol hout op.” Ook Três Meninas plant grote bomen voor schaduw. “Sommige collega’s begrijpen niet dat we op die ruimte geen koffieplanten zetten. Zij zien niet in dat zich dat later dubbel en dik terugbetaalt, onder meer doordat er minder irrigatie nodig is”, vertelt Curiacos.
Een koffieplantage stelt tot tien keer meer mensen te werk dan een sojaplantage van een vergelijkbare oppervlakte en creëert tot vijf keer meer financiële return.
De boeren houden de bodem onder meer vochtig met bodembedekkers die water absorberen en vasthouden, waardoor er ook minder kans is op aardverschuivingen. Zowel op de plantage van Montanari als Três Meninas spotten we tussen alle koffieplanten verdorde plantjes en bladeren. “We laten ze liggen en planten in het voorjaar nieuwe aan”, legt Montanari uit. “Elke plant heeft andere eigenschappen en functies. De ene kan 250 kilo nitrogeen per hectare uit de bodem halen, de andere vangt potasium. Je kiest zelf de plantenmix die je nodig hebt op basis van de diagnose die je maakt van de bodem. Dat kan verschillen per seizoen. En er zijn nog andere voordelen. Zo trek je verschillende micro-organismen aan – denk aan bacteriën en schimmels die nieuwe nutriënten in de bodem brengen, en vogels en insecten. De voeding die de plant krijgt, proef je uiteindelijk in de koffie.”
‘Regeneratieve landbouw is een spier die je moet trainen en die je leert na te denken over de bodem, de voeding en het klimaat’
Als ik met mijn vingers in de grond woel tussen de rijen met koffieplanten en daarbuiten, is het temperatuurverschil groot. Zelfs onder de nu verdorde bodembedekkers is het amper 27 graden, tegenover 42 graden buiten de rijen koffiebomen. “Door al die begroeiing ziet het er in de zomer erg wild uit en het is soms lastig om je voeten neer te zetten, maar daarom draag je hoge laarzen. Dat is meteen ook handig tegen slangen (lacht). Dankzij het microklimaat dat we zo creëren, kun je efficiënter en sneller werken, waardoor het ook financieel interessanter wordt”, legt Paula Curiacos uit.
Meer opbrengst
Toch durven veel boeren de stap naar regeneratieve landbouw niet te zetten vanwege de kosten. Ironisch, want de productiviteit van beide boerderijen ligt 55 procent hoger dan het gemiddelde in Brazilië. “Uiteraard kost het je eerst tijd en geld”, licht Marcelo Urtado toe. “Maar je verandert niet van vandaag op morgen. We zien vaker bodembedekkers opduiken, maar een volledige mentaliteitsverandering vraagt tijd. Regeneratieve landbouw is een spier die je moet trainen en die je leert na te denken over de bodem, de voeding en het klimaat. Door onze wetenschappelijke achtergrond steken we veel tijd in onderzoek en samenwerkingen met universiteiten. Die kennis willen we graag delen.”
Naast de economische en klimatologische impact speelt de koffieteelt ook een sociale rol. De teelt is een bron van inkomsten voor 180.000 à 220.000 Braziliaanse families. Opvallend: een koffieplantage stelt tot tien keer meer mensen te werk dan een sojaplantage van een vergelijkbare oppervlakte en creëert een tot vijf keer hogere financiële return. Daarnaast zorgt de teelt ook voor een omgekeerde vlucht van de stad naar het platteland. De koffieboeren produceren niet alleen de bonen, ze laten ze ook fermenteren – al dan niet met schil er nog aan – en drogen. Dat laatste gebeurt bij Três Meninas zowel op beton als op Afrikaanse bedden. “Sommige consumenten hebben een romantisch beeld van die bedden, maar eigenlijk zijn die vooral belangrijk als het vochtig is, want dan kan de lucht onderaan de koffieboon”, licht Curiacos toe. De manier van verwerken bepaalt Três Meninas in functie van de bonen en de wensen van de klant.
En de toekomst? Die is voorbestemd aan de vrouwen van de familie. Zowel bij Três Meninas – de naam ‘drie meisjes’ verwijst naar Paula en de twee dochters Malu en Fernanda – als bij Montanari staat de volgende generatie al klaar, en die is vrouwelijk. Dat is niet vanzelfsprekend, weet Paula Curiacos uit ervaring: “Ik heb ooit letterlijk de vraag gekregen: ‘Wat is jouw meerwaarde tegenover een man? Want als je hetzelfde kunt, neem ik liever een man aan.’” Ook Marcelo Montanari begrijpt dat: “Toen ik op de landbouwschool zat, was van de tachtig studenten slechts één vrouw. Vandaag bestaat de klas van mijn dochter voor de helft uit vrouwen. Ik ben dan ook heel trots dat Marianna de aanvoerder is van de organisatie National Commission of Women in Agribusiness.”
‘Van netto-uitstoter naar netto-absorbeerder’
Bedrijven als Nespresso liggen vaak onder vuur vanwege de capsules. Maar 39 procent van de ecologische voetafdruk van koffie komt van de koffieteelt. Het is dus bij de boeren dat er nog veel marge te halen valt. “Via ons AAA Sustainable Quality-programma begeleiden we boeren om over te stappen naar regeneratieve landbouw. Zo willen we tegen 2050 evolueren van een netto-uitstoter naar een netto-absorbeerder. Het is niet alleen de bedoeling dat de telers hun uitstoot verlagen, maar dat ze ook hun capaciteit verhogen om koolstof op te slaan in de bodem en in bomen”, vertelt Julie de Ferron van Nespresso. Om boeren te motiveren om te blijven participeren aan AAA-programma, betaalt Nespresso voor die koffie een hogere prijs dan de wereldmarktprijs.
En de capsules dan? Dankzij een partnerschap tussen Nespresso, Nestlé, JDE Peet’s, Delhaize en Fost Plus mogen alle capsules sinds 1 januari 2023 bij het pmd-afval. In september 2024 lanceerde het Zwitserse koffiemerk een proefproject met capsules op basis van papier, die je thuis kunt composteren. Nespresso blijft onderzoek doen naar de beste manier om duurzaam te zijn, zonder dat de koffie inboet aan smaak. Het bedrijf is B Corp-gecertificeerd en behaalde een score van 84,3/200. 80 is het minimum, 100 is heel uitzonderlijk.