DOMO-CIRKEL IS ROND. De rattenvanger uit België

De Duitse tapijtenfabrikant Besmer was de voorbije jaren synoniem geworden van “vergane glorie”. Maar hierin komt met de overname van Besmer door de Domo Groep verandering. “We zullen de verloren tijd inhalen, ” zegt Domo-zaakvoerder Jan De Clerck. En Domo kan via Besmer nu voor het eerst een kompleet assortiment vloerbekleding aanbieden.

Locatie : Hannover.

Voor Dirk Degrauwe, managing director van de Domo Groep, kan het niet snel genoeg Domotex 1996 zijn. De “tapijtenbeurs” in Hannover, hét uithangbord van de sektor, vindt plaats van 7 tot 10 januari eerstkomend. De Domo Groep (uit de stal van het vroegere Beaulieu) serveert de beursgangers straks een dubbele primeur. Vooreerst zal Domo er zijn nieuwste aanwinst, de Duitse tapijtfabrikant Besmer, in een nieuwe verpakking voorstellen. En twee : “Garenproducent” Fabelta zal er zichzelf voor het eerst aan de wereldmarkt voorstellen als potentiële leverancier van grondstoffen. Dat laatste betekent een hele ommezwaai : Fabelta was tot op vandaag alleen bevoorrader van de eigen Domo Groep.

TURNAROUND.

Oldendorf is, zeker ook naar Duitse maatstaven, niets meer dan een gehucht. Twintigduizend zielen die zich een beetje alleen voelen op de wereld, want weinig of geen industrie en nul frank inkomsten uit toerisme. Van zo’n desolaat gevoel hebben de burgers van het vlakbij gelegen Hameln geen last. Daar komen jaarlijks tot twee miljoen nieuwsgierigen een eerbetoon brengen aan de wereldberoemde rattenvanger. De “rattenvanger” van Besmer komt voor de gelegenheid uit het Vlaamse land en in de persoon van Domo-zaakvoerder Jan De Clerck. Als er in Oldendorf nog van enige industriële aktiviteit sprake is, dan wordt Besmer uit de hoed getoverd. Besmer en zijn haut de gamme-tapijten : in Duitsland weet het milieu het van origine familiale bedrijf (van de heren Bessert en Mertens, vandaar Besmer) naar waarde te schatten. Maar Besmer was, zeker de voorbije jaren, ook synoniem van vergane glorie. Nog wel kwaliteit in huis, maar onder de vleugels van de Franse moedermaatschappij Sommer-Allibert (sinds 1989) ook wat ingedommeld op de markt. Jan De Clerck heeft er op 17 oktober jongstleden, in een open gesprek met de Duitse pers en met het werknemersbestand, geen twijfel over laten bestaan : hij wil à la recherche du temps perdu. De quote van Dirk Degrauwe, dat Besmer (nu 80 miljoen DM omzet) tegen 1998 het dubbele (160 miljoen DM) moet realizeren, werd door het gespecializeerde Duitse vakblad Eurodecor breed uitgesmeerd.

Er zijn geen honderd wegen om een turnaround te realizeren. Aan de basis wil de Domo Groep zijn ook binnenskamers toegepaste principes van total quality management in de streek van Hannover overzetten. Op het terrein zelf sleutelen drie Domo-mensen al sinds de dag van de overname mee aan beterschap. Het zijn plant manager Noël Ramon, projektmanager Luc Claus en auditor Erik Aelvoet. Zegt Luc Claus, terend op enkele maanden ervaring : “Deze fabriek heeft veel troeven, en vooral veel know-how in huis. Maar het machineapparaat is verouderd én onderbezet. Pal na onze intrede investeerden we meteen in twee nieuwe, meer performante, machines. Het hele park, nu 24 toestellen, moet de komende jaren vervangen worden. Op de voorbije Itma-beurs in Milaan, staken we ons licht op. En de onderbezetting vangen we, althans in een eerste faze, op door opdrachten uit te voeren voor derden die soms met precies het omgekeerde probleem kampen. In een later stadium moet Besmer in principe helemaal voor zichzelf draaien. “

Domo wil zijn nieuwe dochter Besmer op verschillende vlakken kruisbestuiven. De Duitse pers had het over management by facts. De algehele modernizering van het apparaat, het op het hoogste niveau tillen van het eindprodukt, het aanzwengelen van het aanbod en, last but notleast, het toepassen van een vertikaal geïntegreerd beleid, zijn de vier meest absolute speerpunten. Wat dat laatste betreft, houdt Domo al twee forse troeven achter de hand. De grondstoffen, de garens, worden ook bij Besmer al voor een deel geleverd vanuit het eigen huis. De eigen toeleveranciers heten Fabelta uit Zwijnaarde en Neuchem uit Leipzig. De derden zijn groepen als Du Pont de Nemours of Rhône-Poulenc (via haar filiaal Novalis). Zegt Dirk Degrauwe : “Met Fabelta en Neuchem willen we ons mee profileren in de garensektor. Onze dochters zijn er niet langer alleen voor de Domo Groep, maar voor de hele markt. Dat vergt een kwalitatieve aanpak, anders begin je er beter niet aan. Maar we zijn er klaar voor. “

KOMPLEMENTARITEIT.

Besmer was en is een tegenspeler van een aantal Vlaamse tapijtfabrikanten die zichzelf en hun produkt hoog positioneren, zoals Louis De Poortere, Balta en Lano. De Domo-ambitie om Besmer sterker dan voordien in kaart te brengen oogt mooi, maar uiteindelijk bepaalt alleen de markt wie scoort. Dirk Degrauwe : “Besmer is vooral een speler op de eigen thuismarkt. 80 procent van de produktie is bestemd voor Duitsland. Daar vallen we vooral terug op de grootdistributeurs, op de kleinhandel en op de zogenoemde kontraktmarkt (auto-industrie, horeca, utiliteitsgebouwen). Het probleem van Besmer was niet dat het als dusdanig in vraag werd gesteld. Besmer kende op de markt vooral een probleem van verkoopdynamiek. Op die gebieden bezit de Domo Groep heel wat know-how. De verscheidenheid in het produktenpalet en de snellere rotaties van de “reeksen” moeten Besmer stuwen. Idem dito wat de 20 procent export betreft. Domo heeft een wereldwijd netwerk en dat zullen de Duitsers straks ook geweten hebben. “

Besmer past in meer dan één opzicht goed en wel in het Domo-organogram. Komplementariteit is een woord op zijn plaats. Volgens Dirk Degrauwe biedt de Domo-groep nu voor het eerst een kompleet assortiment aan. “De hele vloerbekledingsindustrie kan haar assortiment voor 99 procent bij hen betrekken, ” heet het in de glimmende bedrijfsbrochure. Domo (Sint-Niklaas) biedt het hele assortiment getuft tapijt, Vici Carpets (Duinkerke) staat voor geweven polypropyleentapijt dat verkocht wordt in de vorm van karpetten of als kamerbreed tapijt, Eurantex (Oudenaarde) tekent voor getuft kamerbreed tapijt en voor naaldvilttapijt en Fabelta Scaldyl (Zwijnaarde) verkoopt “cushion floor”. En Besmer zorgt voor het toetje in de top.

De slotsom : geen kwade balans voor de Beaulieu-dochter ? Repliek van Dirk Degrauwe, scherp : “Beaulieu, Beaulieu, daar hebben we niets meer mee te maken. Dat is voltooid verleden tijd. Wij zijn Domo en niets anders. Punt. “

KAREL CAMBIEN

DIRK DEGRAUWE EN LUC CLAUS (DOMO GROEP) Hoe zorg je voor een nieuw elan ?