Dit is geen ficsie
Een tien jaar oud Belgisch bedrijf met 650 personeelsleden dat voor maar liefst 38 miljard frank wordt overgenomen door Amerikanen? Het lijkt een sprookje, en toch is dit geen fictie: de acquisitie van het Zaventemse Fics door Security First uit Atlanta toont wel goed aan dat banken een ontzettend belangrijk actieterrein zullen worden voor de ontwikkeling van elektronische handel.
“Het beste moet nog komen.” Michel Akkermans, 37 jaar, stichter en bestuurder van Fics, gespecialiseerd in informatica voor de banksector, blijft er opvallend nuchter bij. Nochtans zorgde hij vorige maand voor een niet onaardige stunt toen hij aankondigde dat zijn bedrijf zou worden overgenomen door het Amerikaanse Security First Technologies (Atlanta). De overnamesom bedraagt 1,08 miljard dollar in cash, of meer dan 38 miljard frank. Door de acquisitie wordt de nieuwe structuur wereldleider op de gloednieuwe, maar erg versnipperde markt van Internet-bankieren. Akkermans zelf wordt voorzitter van het nieuwe geheel.
Om een idee te geven van de waarde van de transactie geven we u graag de volgende vergelijking: verleden jaar kocht de Franse staalreus Usinor het Waalse Cockerill Sambre voor zo’n 50 miljard frank. Fics heeft 650 mensen in dienst; Cockerill Sambre 22.000. Fics zag het levenslicht in 1989; de geboorte van de staalfabrikant dateert van vorige eeuw. Vanwaar dan de onevenredigheid van het overnamebedrag? Het antwoord is eenvoudig: Fics spitst zich toe op Internet, een terrein dat erg in de mode is en zo’n groeipotentieel heeft dat de waarde van de bedrijven die in de sector actief zijn, in astronomische cijfers wordt uitgedrukt. In 1996 verkocht het Zaventemse bedrijf zijn eerste banksysteem voor Internet. De eerste klant was Royal Bank of Scotland. Er zouden nog tal van – vooral buitenlandse – ondernemingen volgen. “In Australië doen vijf van de belangrijkste bankinstellingen een beroep op ons,” aldus Akkermans.
De eerste bank op het Web
Security First haalde in 1995 uit met een première: de lancering van Security First Network Bank (SFNB), de eerste bank op Internet. De oprichter van SFNB, James Mahan, wou aantonen dat het Web aan de basis lag van een grote verandering in de relatie met de cliënt en dat in de toekomst Internet zelfs een essentieel kanaal zou worden voor rekeningenbeheer. Geleidelijk raakte elektronisch bankieren ingeburgerd, en dus moest SFNB een keuze maken: het kon cyberbankier blijven, maar het kon bijvoorbeeld ook Internet-programma’s en aanverwante diensten leveren aan financiële instellingen. Zich op beide activiteiten concentreren zou tot conflicten leiden. Het is immers onvoorzichtig om de eigen cliënten concurrentie aan te doen.
En dus verkocht SFNB in 1998 haar elektronische bank voor 20 miljoen dollar (860 miljoen frank) aan de Royal Bank of Canada, waarna het zich omvormde tot Security First Technologies, kortweg S1. Het bedrijf beheert geen enkele rekening meer, maar verkoopt programma’s en diensten. Een van zijn klanten is Citibank, één van ‘s werelds grootste depositobanken.
De elektronische bank
is geen nieuw fenomeen. Ze dankt een groot deel van haar ontwikkeling aan de komst van de pc en de modem. In België beschikt elke financiële instelling over een eigen softwarepakket waarmee de cliënten hun rekening(en) vanaf een pc kunnen beheren. In het algemeen draait die software op Dos of Windows. Die beweging begon in de jaren tachtig.
Fics (Financial Information Consulting Services) heeft tot doel dat soort van instrumenten aan te leveren aan banken die niet alles zelf wensen te doen. Na een carrière in de banksector – hij werkte op de informaticadienst van de Morgan Guaranty Trust in Brussel – richt Michel Akkermans, ingenieur en econoom van opleiding, Fics op. Hij stelt een elektronisch-bankierenprogramma voor pc voor (eerst in Dos, vervolgens in Windows). Parallel daarmee legt het bedrijf zich ook toe op een financieel rapporteringsprogramma.
In 1995 doet Internet zijn intrede en investeert Fics om programma’s voor dit nieuwe kanaal te ontwikkelen. De onderneming richt zich niet alleen naar ondernemingen ( corporate), maar ook naar particulieren. Fics’ eerste klant, de Royal Bank of Scotland, bestelt een systeem waarmee het grote publiek kan worden bereikt. Fics verkoopt zijn systeem vooral in het buitenland: aan de BNP (Frankrijk), in Australië, aan ABN Amro (Nederland), aan Robeco (Luxemburg). In België levert het bedrijf software aan Artesia en aan Cortal, een filiaal van de Paribas-groep.
Overschrijven zonder dat het geld kost
“We zijn nog maar toe aan de eerste generatie producten,” zegt Michel Akkermans. “De meeste banken doen vandaag nog aan brochureware. Ze publiceren hun gedrukte documenten op Internet, bieden vereenvoudigde verrichtingen aan, zoals het raadplegen van de rekening, nationale overschrijvingen, soms beperkte beursverrichtingen.”
Fics beschouwt die functies slechts als het aperitief, als een verplaatsing van de basisverrichtingen die aan het loket worden uitgevoerd. In de toekomst zou de relatie bank-cliënt het voorwerp kunnen zijn van een meer verregaande vernieuwing. Om een grotere waaier van functies aan te bieden, werkt Fics met de computertaal Java. Daaraan zijn verschillende voordelen verbonden. Bij elektronisch bankieren zoals we dat vandaag kennen, kan de gebruiker een verrichting pas uitvoeren als hij met Internet verbonden is. Met Java kan hij zijn verrichtingen off line opstellen, zoals in de traditionele programma’s voor elektronisch bankieren, en alleen voor de uitwisseling van gegevens met de financiële instelling een verbinding tot stand brengen. Zo kan een particulier zijn overschrijvingen opstellen zonder dat het hem geld kost; een onderneming kan op dezelfde manier elke maand de betaling van de lonen coderen. Het verschil met de bestaande programma’s is de mogelijkheid om de software zoveel keer als gewenst bij te werken en de ‘overdraagbaarheid’.
De GSM als bankterminal
Totnogtoe waren de bestaande programma’s moeilijk bij te werken. Alle gebruikers moeten fysieke ondersteuning, een diskette of een cd-rom krijgen en die vervolgens installeren. Dat vergt tijd en energie, en dus worden niet vaak wijzigingen aangebracht. Met Java kan het programma verscheidene keren per jaar – of zelfs per maand of per week – worden aangepast. Zodra de gebruiker verbonden is met de site van de bank en de dienst met betrekking tot de elektronische verrichting vraagt, ontvangt hij de toegevoegde of gewijzigde modules. Het afhalen duurt enkele minuten, maar vereist geen configuratiewijzigingen. De ‘overdraagbaarheid’ van Java betekent dat eenzelfde programma draait op alle computers die die taal aanvaarden: niet alleen pc’s, maar ook de Macintosh of de Unix-computer.
Fics heeft twee ‘families’ van banken op het Internet ontwikkeld: één voor particulieren ( Retail Internet banking) en één voor ondernemingen ( Corporate Internet banking). Daarnaast werkt het bedrijf ook aan extensies voor de nabije toekomst, zoals de toegang tot de bank via andere kanalen dan de mini-computer. Zo legt de onderneming zich toe op de GSM, waarbij het kleine venster als bankterminal zou kunnen fungeren, of de PDA (personal digital assistant), type Psion of Palm Pilot (zakformaat), en zelfs op de televisie ( Web TV). Ander nieuw instrument is de Proton-kaart, die niet alleen als elektronische portemonnee, maar ook als getrouwheidskaart en identificatiemiddel fungeert.
Een dergelijke evolutie
kost geld. Fics is een privé-onderneming die onder controle van Michel Akkermans en het personeel staat en kapitaalinjecties heeft gekregen: 12 miljoen dollar (456 miljoen frank) van het Amerikaanse bedrijf General Atlantic Partners in 1995 en 350 miljoen frank van de Vlaamse Investeringsmaatschappij Gimv in december 1998.
En toen kwam S1
Dat alles volstond niet; Fics maakte zich dan ook klaar om naar de beurs te trekken: de groeibeurzen Nasdaq in de VS en Easdaq in Europa. Michel Akkermans had het voorgevoel dat het proces moest worden versneld wilde zijn bedrijf snel marktleider worden. Aangezien de Amerikaanse beurs een voorliefde heeft voor Internet-aandelen, lag het geld er bij wijze van spreken voor het rapen.
Maar S1 reageerde snel. Nadat de bestuurders van het bedrijf hadden vernomen dat Fics weldra aandelen ter beurze zou introduceren, namen ze contact op met Michel Akkermans. “Ze hebben ons gebeld begin april, op een zondag. De woensdag daarop waren ze in Brussel. We hebben gedurende zes weken onderhandeld.” Met een omzet van 24,2 miljoen dollar (920 miljoen frank) is de in Atlanta gevestigde onderneming kleiner dan Fics, waarvan de verkoopresultaten voor 1998 2 miljard frank bedragen. Maar S1 biedt het voordeel dat het al op de Amerikaanse Nasdaq-beurs genoteerd staat en profiteert van het feit dat Internet-aandelen goed in de markt liggen (de beurskapitalisatie bedraagt 2 miljard dollar, of 76 miljard frank).
Terzelfder tijd heeft S1 Edify, een Californische concurrent, overgenomen en een akkoord gesloten met Intuit, het Amerikaanse nummer 1 op het vlak van software voor personal finance. Die overeenkomst bepaalt dat Intuit een participatie van 6% in S1 verwerft en dat S1 Intuit-producten zal mogen gebruiken in zijn diensten met betrekking tot het elektronisch bankieren op Internet.
De transactie
werd met gemengde gevoelens onthaald. De koers van het S1-aandeel is aanzienlijk gedaald, wat wijst op een zeker wantrouwen van de aandeelhouders ten opzichte van de overname. Maar volgens de analisten ziet de toekomst er goed uit. Forrester Research (Boston) is van mening dat de nieuwe groep “duidelijk het nummer één is op het vlak van on line financiële diensten.” Doelstelling van de transactie? S1 is van plan om het principe van de financiële poort te ontwikkelen. Het begrip poort verwijst naar sites van het Yahoo!-type, die tal van diensten groeperen. De financiële poort van S1 zal een ruim scala van diensten bevatten. Die poort maakt het mogelijk de marketing te verpersoonlijken. “Als de zichtrekening een bepaald bedrag overschrijdt, zal de bank op haar site speciale beleggingsformules kunnen voorstellen. Het aanbod kan variëren, afhankelijk van de ‘bezorgdheid’ van het moment: huwelijk, geboorte van een kind, inschrijving aan de universiteit.” Michel Akkermans omschrijft dat aanbod als de tweede golf van Internet-bankieren: een ruime en verpersoonlijkte dienst, bedoeld om de trouw van de cliënt te verzekeren. “Neem nu de Yahoo!-poort. Die is één kilometer lang en één centimeter breed. Wij willen poorten leveren waarvan zowel de lengte als de breedte één kilometer bedraagt.” Door de overeenkomst met Intuit zullen er nieuwe functies bijkomen, zoals het on line invullen van de belastingaangifte, of zelfs het beheer van de boekhouding van kmo’s. “Eerst zal Amerika aan de beurt komen. Ik zal moeten zien hoe het concept kan worden aangepast voor Europa.” Michel Akkermans denkt zelfs aan uitbreidingen naar elektronische handel. De poort zou boeken- of cd- en dvd-winkels kunnen bevatten, of bij elke bestelling zou de zichtrekening onmiddellijk kunnen worden gedebiteerd. Het zou een alternatief zijn voor de kredietkaart – en een bron van commissielonen. Die uitgebreide site zal ook, zoals elke poort, basisinformatie bevatten, zoals weer- of sportberichten. De formule zou kunnen worden aangeboden aan de corporate-sector, de kmo’s en de particulieren. Alles zal een kwestie van verpersoonlijking zijn. S1 biedt zelfs de mogelijkheid die dienst te beheren op zijn eigen computers. Amerikaanse banken geven er de voorkeur aan een groot deel van het Internet-bankieren uit te besteden. Michel Akkermans zal alles in het werk stellen om die geavanceerde vorm van onderaanneming naar Europa te brengen.
Robert van Apeldoorn
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier