De waterroute
De Fabricom Groep verstevigt haar positie op het gebied van waterbehandeling. Naast Engeland (Brackett Green), Duitsland (Geiger) en het Verre Oosten (Enviroasia) opent de Tractebel-dochter nu een nieuwe voorpost in India. Dochter Biotim sprint naar de kop van het Belgische peloton. De strijd voor het behoud van deze Vlaamse dolfijn, die door de Franse walvis Degrémont (Lyonnaise) dreigt te worden opgeslokt, is losgebarsten.
Chennai (Indië), Manilla (Filipijnen), Colchester (Engeland), Karslruhe (Duitsland).
Eindelijk stonden de sterren goed. Na maandenlang onderhandelen sloot Biotim dochter van de Fabricom Groep op 13 november 1997 een50/50-joint venture af met Polutech, haar Indiase ex-licentiehouder. Dit filiaal van de Murugappa Group een familieholding met een geconsolideerde omzet van 29 miljard frank en 25.000 werknemers wereldwijd bouwt al vijftien jaar afvalwaterzuiveringsstations. Volgens M.A. Allagappan, CEO van de groep, bedraagt het marktpotentieel in India dit jaar 2 miljard frank, exclusief rioleringen en ander toebehoren. Minder dan het contract dat overgrootmoeder Suez/Lyonnaise des Eaux vorige week afsloot in Milwaukee (VS) 11 miljard frank inclusief exploitatie , maar toch niet te versmaden.
In het zog van premier Jean-Luc Dehaene (CVP) trok Frank Simoens, algemeen directeur van Biotim én dubbelganger van Guy Verhofstadt (VLD) naar het land van Gandhi. Simoens : “Dit is een belangrijke stap voor onze waterbehandelingsmaatschappij. Naast Duitsland, Engeland en de Filipijnen, vestigen we nu een vierde voorpost in India. We hebben onze buik vol van licentiehouders. Voortaan bewerken we de markt zelf. Vandaag staan we sterk genoeg om de rest van de wereld te veroveren. Biotim beheerst de volledige lijn van de waterbehandeling, alle technieken voor zowel huishoudens als industrie (slib, drink-, afval-, proces- en gerecycleerd water). Op internationaal vlak behoren we samen met Paques en Biothane tot de top-drie inzake anaërobe waterzuivering ( nvdr micro-organismen, die zonder zuurstof kunnen leven). Ook liggen nieuwe overnames in het verschiet.”
Sinds zijn oprichting
in 1984 plaatste Biotim in totaal 334 waterzuiveringsinstallaties over heel de aardbol, waarvan 136 of 40 % in België. Tussen haakjes : Degrémont Benelux realiseerde de afgelopen 20 jaar 325 projecten. Samen vertegenwoordigden deze stations een totale waarde van meer dan 10 miljard frank. Hiertoe behoort de grootste anaërobe installatie ter wereld : Thai Alcohol (1,3 miljoen inwonersequivalenten). Een greep uit de recente opdrachten : Solvay Tavaux (Frankrijk), Ivago, Tessenderlo Chemie, Ceres Fruit Growers (Zuid-Afrika), Levi Strauss R&D Center, Solvay Martorell (Spanje), Solvay Jemeppe sur Sambre en Cockerill Mechanical Industry (Turkije). Het bedrijf maakt zich nu klaar voor het binnenlands contract van de 21ste eeuw : de bouw en exploitatie van het superzuiveringsstation Brussel Noord (15 miljard frank).
Diversificatie
De Fabricom Groep realiseerde in 1997 met 18.000 werknemers een geconsolideerde omzet van 60 miljard frank (zie cijfertabel). Begin dit decennium diversifieerde deze 100 %-dochter van Tractebel naar milieu : Watco (vaste afval) en Biotim (vloeistoffen + slib). Met succes. Op nog geen tien jaar tijd groeide het aandeel van de eco-activiteiten tot één derde van de totale portefeuille.
Albert Rolin, gedelegeerd bestuurder van de Fabricom Groep : “Sinds haar oprichting in 1946 groeide de groep stapsgewijs uit tot een internationale speler in technische installaties en collectieve diensten. Begonnen als elektrische installateur in de petroleumsector diversifieerde Fabricom in de jaren zeventig naar een constructeur van pijpleidingen. Vervolgens breidden we onze activiteiten uit naar automatisering (controle). Daarna volgde airconditioning sinds de overname van Sulzer Infra einde 1997 zijn we in deze sector nu nummer één, zowel in België als in Frankrijk en het beheer van gebouwen. Twee decennia geleden sleepten we de exploitatie van de verbrandingsovens van Luxemburg en Neder-over-Heembeek in de wacht. Zo raakten we in de milieubusiness terecht. De overname van Biotim in 1987 betekende ons startschot in de waterbusiness.”
Treedt het bedrijf
daarmee niet in concurrentie met Tractebel Engineering (TE), dat afgelopen herfst samen met Aquafin nog een contract binnenhaalde voor de bouw van een waterzuiveringstation in Ruda Slaska, Polen (zie Trends, 9 oktober 1997) ? Rolin : “Als ingenieursbureau van de nutsgroep maakt TE vooral grote studies. Het levert evenwel maar zelden sleutel-op-de-deur, en zeker niet in België. Soms tekenen zij wel eens de waterplannen voor mega-installaties, zoals het koelsysteem in nucleaire centrales. Fabricom daarentegen opereert eerder als een constructeur, die totaaloplossingen aan de cliënteel biedt. Bovendien kennen wij zeer goed de kmo-markt. Onze groep bestaat uit meer dan vijftig kleine werkmaatschappijen of zetels, die gewoon zijn diensten te leveren aan lokale bedrijven. Dat is een totaal andere manier van werken dan die miljardenprojecten van TE. Bij ons wordt elke frank vijf keer omgedraaid vooraleer hij wordt uitgegeven. Deze aanpak verklaart het succes van Watco in de afvalsector. Op enkele jaren tijd klom deze Fabricom-dochter een amalgaam van meer dan 100 familiale bedrijven (zie Trends, 17 oktober 1994) naar de koploperspositie in België.”
Volgens de meest recente cijfers (jaarrekeningen 1996) bekleedt Biotim inclusief Engeland en Duitsland met een omzet van 554 miljoen frank slechts de derde plaats op de Belgische markt van de waterbehandelaars, ná SEE (905 miljoen frank), Degrémont Benelux (890 miljoen frank), maar vóór Seghers Water (487 miljoen frank). Dankzij Aquafin, de boom in het Verre Oosten en zijn doorbraak in India schiet Biotim nu fel vooruit : naar schatting een omzet van 700 à 750 miljoen frank in 1997 en 69 werknemers. Geconsolideerd staat de Fabricom Groep met een totale portefeuille van meer dan 2,5 miljard frank in de waterbehandeling ruim aan kop van het Belgisch peloton. Naar verwachting halen Degrémont Benelux en Seghers Water dit jaar respectievelijk 900 en 850 miljoen frank. Wegens aanslepende verliezen trekt SEE, dochter van Société Générale des Eaux, zich geleidelijk aan terug uit de Belgische markt.
Naar het Oosten
Biotim, sterk in anaërobe zuivering van industriële verontreinigende stoffen, werpt zich begin jaren ’90 op het huishoudelijk afvalwater. Sinds de geboorte van Aquafin in 1991 realiseert de Fabricom-dochter de elektromechanica voor niet minder dan negen installaties van het Vlaams semi-overheidsbedrijf, goed voor een totaal van 300 miljoen frank (inclusief renovaties en slibverwerking).
In 1995 richt Biotim in Gosselies een Waalse zetel op. Daardoor kan het meedingen op de lucratieve markt van de lokale intercommunales (een totaal budget van 4 miljard frank per jaar voor de inzameling en zuivering van het water), waar alleen met wedstrijdaanbestedingen ( turn key) wordt gewerkt. Ook de plaatselijke industrie is intussen aan een inhaalbeweging toe. Zo slaagt het team van Simoens erin een aantal mooie contracten in de wacht te slepen : Robertville, Doornik, Solvay, Besnier, Eurogal.
Rolin : “Deze sterke positie in eigen land is een basisvoorwaarde voor de internationale expansie. Zonder de nodige Belgische referenties maak je over de grenzen geen kans. Vandaag heeft Biotim voldoende body om ook in het buitenland te kunnen doorbreken. Hierbij denken wij aan Groot-Brittannië, Azië en India.”
Naast overnames
in Engeland en Duitsland (zie kader : Europese bastions) en een partnership met Enviroasia in de Filipijnen, kiest Biotim nu tot verwondering van velen voor een joint venture in India als springplank naar de nieuwe markten in het buitenland. Na vijftig jaar onafhankelijkheid telt dit land niet minder dan 320 miljoen mensen onder de armoedegrens. Sinds 1991 wordt weliswaar de geleide economie stap voor stap teruggedrongen, maar van enige doorbraak is nog geen sprake. Simoens : “Hoewel de economische groei van de grootste democratie ter wereld bijna 1 miljard inwoners achter loopt op de andere Zuidoost-Aziatische landen, verwachten wij op lange termijn veel van deze regio. Daarom willen wij tijdig op de markt aanwezig zijn. Bovendien zal de milieudruk de overheid en de privé-sector verplichten veel in waterzuivering te investeren.”
Als gevolg van het algemeen milieubewustzijn en een globalisering van de economie bloeit de waterzuiveringsmarkt open. Simoens : “Voor voedingsbedrijven ligt dé toekomst in de anaërobe waterzuivering. Deze techniek vergt geen brandstof, maar wekt integendeel zélf energie op in de vorm van biogas. Dat is niet alleen voordelig voor de portemonnee, maar ook goed voor het milieu. In het Verre Oosten weten ze dat al langer. Daar maken de brouwerijen massaal gebruik van bacteriën, die de organische stoffen afbreken in afwezigheid van zuurstof. Deze metode is weliswaar duurder, maar veel efficiënter.”
Licentie-overeenkomst
Ook Jean-Pierre Ombregt, gedelegeerd bestuurder van Enviroasia (zie kader : De peetvader), gelooft in India : “Sinds de economische hervormingen in 1991 worden investeringen opnieuw aangemoedigd en mag men buitenlandse producten gebruiken. Samen met mijn Maleisische partner Green and Smart waarvan de bedrijfsleider uit India komt heb ik een joint venture opgericht om de lokale markt te bewerken.”
Maar hier komt de stichter in aanvaring met de nieuwe eigenaars van Biotim. Zowel Fabricom als Enviroasia zijn nu operationeel op de Indiase markt. Er komen dus gaten in de oude licentie-overeenkomst, die Ombregt de toelating geeft mits goedkeuring door de moeder buiten het Verre Oosten te gaan. Voorlopig ziet de gedelegeerd bestuurder van Enviroasia geen graten. De markt van 1 miljard inwoners is groot genoeg. Maar op termijn kan er wel een kink in de kabel komen. Zo misten beide groepen vorige herfst een belangrijk contract in Brazilië, omdat ze van elkaar niet wisten dat de andere ook voor de aanbesteding van de Brahma-brouwerij in Sao Paulo had ingeschreven. Tot overmaat van ramp ging de Vlaamse concurrent Seghers Water, kwelduivel van Tractebel met de bestelling lopen.
Ombregt : “Geen enkele partij heeft echter voordeel bij een breuk. Enerzijds pas ik de Biotim-technologie toe. Anderzijds koop ik bijna alle uitrusting in België. Jaarlijks vloeit meer dan 200 miljoen frank terug naar mijn vroeger vaderland. Zo voert Structoreg (Antwerpen) de stabiliteitstudies uit, komen de fakkels van bij DWS (Wommelgem), haal ik mijn beluchters bij Aquasystems (Halle) en worden de pompen besteld bij Eeckels (Zele)”. Maar net als Fabricom wil Enviroasia ook verder expanderen. Daarom onderhandelen beide ondernemingen over een aanpassing van de licentie-overeenkomst, die normaal in 2001 afloopt. Ombregt : “Zo plannen we een gezamenlijk initiatief om de Amerikaanse markt binnen te dringen ( nvdr als antwoord op de acquisitiepolitiek van US Filters). Intussen is Suez met Lyonnaise des Eaux gefusioneerd. Mochten Biotim en Degrémont ooit samensmelten, neem ik onmiddellijk mijn vrijheid”.
ERIC POMPEN
FRANK SIMOENS (BIOTIM) Vandaag staan we sterk genoeg om de rest van de wereld te veroveren.
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier