De verborgen schat van L&H
Sinds de opening van Flanders Language Valley is het aandeel van Lernout & Hauspie Speech Products als een raket omhooggeschoten. De shortsellers – die hoopten op een daling – hebben hun verlies geslikt en hun posities afgebouwd. En L&H heeft nog meer in petto. De komende aandelensplitsing maakt de taalspecialist nog aantrekkelijker en de verzelfstandiging van drie activiteiten schept kansen voor nieuwe groei. Maar hoe gaat het met die eerste spin-off, Sail Labs?
München (Duitsland).
Een jaar geleden splitste Lernout & Hauspie Speech Products zijn ‘langetermijn’-onderzoeksafdeling af naar een aparte firma, Sail Labs. Het werd niet met zoveel woorden gezegd, maar daarmee werd ook zowat de hele knowhow in machinevertaling van Lernout & Hauspie Speech Products afgestoten.
Sail Labs telde op dat moment meer dan 120 ontwikkelaars en linguïsten. Het jaarverslag vermeldt ook niet de prijs, want die was symbolisch: 1 dollar.
“En die dollar heb ik betaald ook,” lacht de sleutelfiguur in dit op het eerste gezicht bizarre verhaal, Peer van Driesten (41), een ingenieur in aëronautica en avionics die eigenlijk Möntenich heet, maar die de naam van zijn toenmalige Nederlandse echtgenote overnam. Peer van Driesten startte na zijn studies een consultancybedrijfje, Bourges & Partner (Van Driesten was de partner), dat in 1993 een Berlijnse afdeling van Rohde & Schwarz overnam die Slavische vertaaltoepassingen ontwikkelde op basis van Metal, een machinevertaalsysteem van de groep Siemens Nixdorf. De nieuwe firma, Gesellschaft für Multilinguale Systeme(GMS), groeide voorspoedig – tot Siemens twee jaar later besloot om met Metal te stoppen.
“Onze basis verdween,” zegt Van Driesten, die intussen zijn partner Rolf Bourges had uitgekocht. GMS nam dan maar Metal van Siemens over, samen met het personeel en de klantenportefeuille, waaronder SAP. “Siemens wou van zijn verantwoordelijkheden af en ik was zo gek ze over te nemen,” grinnikt Peer van Driesten.
De overname bracht GMS van Berlijn terug naar München, waar het nog altijd huist in een rustige buurt bij de Ostbahnhof. “In minder dan een jaar hebben wij Metal toen herschreven voor het pc-platform – 50.000 uren werk,” zegt Van Driesten. De nieuwe pc-producten waren klaar voor CeBit in 1996. GMS liet ze onder de naam T-1 vermarkten door Langenscheidt, een belangrijke Duitse uitgever van woordenboeken.
“Wij probeerden te overleven zoals een kleine firma dat doet, met een hoop dingen,” zegt Peer van Driesten. En zo kwam GMS begin 1997 in contact met Lernout & Hauspie Speech Products, dat in 1996 al het grote vertaalbureau Mendez Translations had overgenomen en op zoek was om zijn portefeuille uit te breiden naar het begrijpen van natuurlijke taal, dus ook naar machinevertaling. Een samenwerking, gericht op internetvertaling, werd op CeBit 1997 aangekondigd.
“Maar na Cebit kwam Jo Lernout naar me toe en stelde me voor om GMS en zijn technologie integraal over te nemen. We waren toen met 50 mensen in Berlijn, München en Barcelona, en het was zeer moeilijk voor ons om geld te vinden om te groeien ( nvdr – GMS had een negatief werkkapitaal). En het bod was niet om er lang weerstand aan te bieden,” grinnikt Peer van Driesten.
L&H betaalde
25 miljoen mark voor GMS, waarvan 7 miljoen in de vorm van bijna 340.000 aandelen – een pakket waarvan de waarde in Belgische frank nu in tien cijfers wordt geschreven. “Het was geen slechte zaak,” lacht Peer van Driesten, die er fijntjes op wijst dat de overeenkomst hem verbood om zijn aandelen snel te verkopen. “Anders zou ik nu niet in staat zijn om Sail Labs te runnen. Is dat duidelijk?” knipoogt hij.
In mei 1997 werd GMS omgedoopt tot L&H Language Technology. Het werd de vierde divisie van de groep, nog altijd onder Peer van Driesten. “We bleven een afzonderlijke firma,” zegt hij. Zijn team werd ingeschakeld in een project dat niet door L&H zelf, maar door Brussels Translation Group NV (BTG) werd gefinancierd: de ontwikkeling van een internetvertaalmachine, iTranslator.
Achter BTG zat een Luxemburgse vennootschap, Cevennes SA, die ook al in een ander onderzoeksfinancieringsvehikel van L&H was opgedoken, het Dictation Consortium.
De rol van dergelijke externe financiers was in die tijd niet onbelangrijk voor L&H. Volgens het herziene jaarverslag namen Dictation Consortium en Brussels Translation Group in 1997 respectievelijk 19% en 15% van de omzet van L&H voor hun rekening (met Microsoft goed voor nog eens 13%). Brussels Translation Group zorgde voor liefst 84% van L&H’s inkomsten uit ‘ Language Technologies‘ – wat betekent dat het voormalige GMS nagenoeg volledig van zijn werk aan de iTranslator leefde. “BTG was een project van 35-40 miljoen dollar, dus we waren heel blij dat we het konden doen,” zegt Van Driesten.
“We waren succesvol,” aldus Van Driesten. De iTranslator werd officieel op dertien maanden afgewerkt, sneller dan de tweejarige, complexe overeenkomst met BTG uit maart 1997 voorzag. Na afloop van dat contract, in juni 1999, nam L&H de Brussels Translation Group trouwens over voor omgerekend ongeveer 2,27 miljard frank, waarvan een deel door overname van schuld. BTG zelf had over die 27 maanden voor 1,262 miljard frank aan licentie- en ontwikkelingskosten gefinancierd. De aandeelhouders van BTG haalden een return van meer dan 64% op jaarbasis op hun kapitaal van 600 miljoen frank.
Maar we dwalen af. Na de voltooiing van de iTranslator zat de divisie van Peer van Driesten – 310 mensen en 50 miljoen dollar omzet eind 1998 – zonder grote projecten. Bij de ontwikkelaars en researchers, die links en rechts ingeschakeld werden om support te doen, ontstond een malaise. “Eind ’98 begon de discussie binnen L&H om de technologie in nieuwe bedrijfsgebieden te introduceren en om meer geld in langetermijnresearch te stoppen,” zegt Peer van Driesten. De idee van een onderzoeksspin-off kreeg vorm. Een dag nadat L&H aankondigde dat de iTranslator was afgewerkt (en dat hij voortaan bij de vertaaldienstendivisie van Florita Mendez hoorde) werd Sail Labs opgericht. Tegelijk bracht L&H zijn aantal divisies van vier terug naar drie.
Wie in de divisie
van Peer van Driesten werkte, kreeg de keuze: overstappen naar Sail Labs of bij L&H blijven. “De keuze was vrij, maar je moest dan wel naar Ieper gaan werken,” zegt iemand uit wat nu de Antwerpse vestiging van Sail Labs is.
Het was de eerste keer dat de Sail-afkorting, wat staat voor Speech, Artificial Intelligence and Language, werd gebruikt. Sail Labs moest L&H in staat stellen “om zijn leiderschapspositie op lange termijn te behouden door verhoogde O&O-investeringen te ondersteunen” en zou “agressief strategische O&O-opportuniteiten op lange termijn najagen” heette het. L&H zou een minderheidsparticipatie nemen in Sail Labs. Een “consortium van privé-investeerders waarmee wordt onderhandeld” zou voor de rest van de financiering zorgen. Herinnert Peer van Driesten zich: “Er was haast bij. Daarom werd de holding in Ieper opgericht.” L&H wou de 120-of zo personeelsleden zo snel mogelijk uit de boeken hebben. “Nasdaq aanvaardt hooguit dat er 15, 16 of 17 percent van de omzet in langetermijnresearch gaat. Maar dat is niet genoeg om op alle terreinen aan de top te blijven. Je moet andere manieren vinden om dat te doen,” legt Van Driesten uit.
Peer van Driesten betaalde dus zijn symbolische dollar voor Sail Labs. “Ik heb de firma niet teruggekocht, ik heb ze teruggekregen,” lacht hij. Als tegenprestatie kreeg L&H een niet-exclusief gebruiks- en voorkooprecht op alle technologie van Sail Labs. Bovendien moet L&H die technologie minstens één maand vroeger te zien krijgen dan derde partijen. En wat minder bekend is, als L&H beslist om zijn rechten niet uit te oefenen, dan kan het nog altijd voor rekening van Microsoft over een licentie op Sail Labs-technologie onderhandelen. Daarover is een akkoord met Microsoft getekend. “Het is een behoorlijk substantieel licentiecontract, compleet met arbitrageovereenkomsten, echt een taai stuk papier,” onderstreept Van Driesten.
De overeenkomst
gaf Sail Labs op zijn beurt het recht om de technologie van L&H te gebruiken en – onder voorwaarden – door te verkopen. De twee partijen betalen elkaar royalty’s op de verkoop van hun technologie. “Volgens marktvoorwaarden – wat dat ook mag betekenen. Dat moet onderhandeld worden. Maar we zullen vechten voor onze centen,” zegt Van Driesten.
In de transactie zaten nog twee restricties, noteert het jaarverslag 1998 van L&H. Enerzijds mocht Sail Labs twee jaar lang geen concurrerende producten uitbrengen waarin L&H-technologie verwerkt zat en was er een aandeelhoudersovereenkomst die Sail Labs verbood om aandelen te verkopen aan concurrenten van L&H. Anderzijds moest er bij kapitaalverhogingen eerst bij L&H worden aangeklopt en bovendien had L&H het recht om op elk moment honderd percent van de firma over te nemen – maar niet minder – “volgens een prijsformule die bedoeld was om de eerlijke marktwaarde (van Sail Labs) te benaderen”.
Daarmee stond Sail Labs dus op eigen benen, dertien maanden geleden. Het eerste wat de deur uitging, was de notie waarvoor de firma officieel was opgericht. Van Driesten: “Toen het stof was neergeslagen, gingen we bij elkaar zitten en zeiden: langetermijnonderzoek? Momentje”. De “agressieve strategische research” werd onderzoek over hooguit twee jaar. “Twee jaar is al een behoorlijk lange termijn voor ons. L&H rekent per kwartaal, dus dit is luxe,” grinnikt Van Driesten.
Enig realisme was wenselijk. Sail Labs raakte gewoon niet gefinancierd zoals voorzien. De holding, die al kort na zijn oprichting bij de Sail Labs-afdeling van Rudy Montigny in Antwerpen werd ondergebracht, verhoogde in april 1999 wel zijn kapitaal met 34 miljoen frank tot 36,5 miljoen, maar dat was ruim onvoldoende.
Het geld was bovendien grotendeels afkomstig van de medewerkers, waarvan er liefst 139 – zowat allemaal dus – intekenden voor bedragen tussen 40.000 en 5,4 miljoen frank. “We waren niet verplicht om het te doen. Het leek ons gewoon een kans om relatief goedkoop in te stappen,” zegt een personeelslid. L&H zelf stortte 5,35 miljoen frank en kwam daarmee aan een belang in de holding van 16,02%.
Peer van Driesten vliegt economy en sakkert dat Sabena soms de vroege vlucht naar Brussel afgelast, waarna businessclasspassagiers de voorrang krijgen voor de volgende vlucht. Sail Labs haalde volgens Van Driesten 80 miljoen frank omzet in 1999 – “voor het overgrote deel buiten L&H” – en mikt op 320 tot 400 miljoen frank dit jaar. Daartegenover staat een payroll van nu een 190-tal medewerkers, waarvan 170 linguïsten en ingenieurs. Reken maar dat Sail Labs 650 tot 700 miljoen per jaar moet vinden om break-even te draaien.
“Wat we nodig hebben aan investeringen voor onze ontwikkelingsplannen is 1,4 à 1,45 miljard frank. Dat moet ons in conditie brengen,” zegt Van Driesten. In juni vorig jaar vertelde hij dat het geld er in oktober zou zijn. Nu geeft hij toe dat dat niet is gelukt. Hoe houdt Sail Labs het vol? Van Driesten, in een nieuwe lachbui: “Wel, u moet een onderscheid maken tussen wat de aandeelhouders in het bedrijf stoppen en wat ik erin stop. De medewerkers ( nvdr – volgens Peer van Driesten overkoepelt Sail Labs Holding de werkmaatschappijen in München, Berlijn, Wenen, Antwerpen en Barcelona, wat maakt dat het personeel op papier de firma controleert) hebben hun aandelen iets goedkoper gekocht dan ik. Ik moest waarschijnlijk tien keer zoveel betalen.” En dan ernstig: “Sail Labs heeft momenteel 12 tot 13 miljoen euro (480-520 miljoen frank) aansprakelijk vermogen. Ongeveer twintig percent komt van L&H. De rest komt min of meer van mij.”
Ondanks de ervaring
en beloften van Sail Labs zijn investeerders moeilijk te overtuigen. “Op het eerste gezicht heeft L&H maar een bescheiden belang in de firma, maar ze willen wel een voorkooprecht. Dat is zeer moeilijk te slijten,” zegt Van Driesten. “Want wie waarborgt dat L&H werkelijk onze producten koopt? Wij kunnen dan nog wel naar de markt gaan, maar dat is moeilijk. En waarom zou een belegger in Sail Labs investeren en niet rechtstreeks in L&H? Er waren zoveel vragen.”
Zonder de sluier op te lichten, zegt Peer van Driesten dat de verhouding met L&H in de nabije toekomst wordt uitgeklaard. “We hebben een nieuwe structuur gevonden die verduidelijkt dat L&H een sterk engagement heeft tegenover Sail Labs,” zegt hij cryptisch. “Die wordt in de komende weken voorgesteld. Als dat is gebeurd, staan drie investeerders klaar om in te stappen.” En, verwijzend naar de nieuwe spinoffstrategie van L&H, dat zelfstandige afdelingen voor telefonie, gezondheidszorg en ‘internet en globalisering’ wil opzetten: “Wij waren eerst.”
Woordvoerder Ellen Spooren van L&H ontkent dat haar bedrijf Sail Labs opnieuw helemaal zal overnemen.
Bruno Leijnse
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier