De tablet verovert de huiskamer
Al is de aangekondigde blitzdoorbraak uitgebleven, langzaam maar zeker verovert de tabletcomputer de markt. De kans dat het weer bergaf gaat, is klein. De komst van een ‘ernstige’ iPad-concurrent onder Android, de beschikbaarheid van content die aansluit bij de traditionele media en de ontwikkeling van m-commerce beloven het bloeiende segment nog een extra boost te geven.
27 juli 2010: de iPad doet zijn intrede in België. We waren eraan gewend geraakt dat Apple naar buiten kwam met echt revolutionaire – en vooral onweerstaanbare – innovaties. Nu viel er meer twijfel te bespeuren: zouden de tablets de markt overspoelen, zoals het internet en de smartphones een paar jaar eerder hadden gedaan? “De tablet vormt een nieuwe productcategorie”, zegt Alexandre Vandermeersch, CEO van Dialog Solutions, dat samen met ANT Research en Isobar een kwantitatief en kwalitatief onderzoek uitvoerde naar het gebruik van tabletcomputers in België. “Het is normaal dat de marktpenetratie trager verloopt dan bij een upgrade van een bestaand product. Maar de groei is onmiskenbaar, zo bewijzen de resultaten van ons onderzoek. Op termijn zal de tablet vermoedelijk uitgroeien tot een massaproduct.”
De early adopters zijn aan zet
“Vandaag heeft naar schatting 4 procent van de Belgische bevolking een tabletcomputer, goed voor zowat 180.000 exemplaren”, zegt Matthieu Vercruysse, digital strategic planning manager bij Isobar. “Dat is nog vrij marginaal, maar uit ons onderzoek blijkt dat 7 procent van de ondervraagde personen in de nabije toekomst een tablet wil kopen, 4 procent overweegt het op middellange termijn en 40 procent denkt ooit zo een toestel in huis te halen.”
“Als we die cijfers vergelijken met de ‘normale’ levenscyclus van een innoverend product, zien we dat we in de tweede fase zijn beland, legt Vandermeersch uit: de ‘pioniers’ – de mensen die een nieuw product meer uit nieuwsgierigheid kopen dan voor het nut, doorgaans geschat op 5 procent van de bevolking – zijn al over de streep getrokken en lijken tevreden over hun aanschaf. De 10 tot 15 procent early adopters zullen nu ongetwijfeld snel volgen. Daarna komt de massa: de 40 procent geïnteresseerden uit ons onderzoek.”
De obstakels: prijzig en niet-compatibel
De prijs vormt onbetwistbaar een rem op de aankoop van een tablet. “Het merendeel van de ondervraagden wil voor dat soort toestel niet meer dan 400 euro uitgeven”, zegt Vercruysse. Maar de iPad, die ongeveer 80 procent van de Belgische tabletmarkt uitmaakt, kost tussen 479 euro (wifi, 16GB) en 799 euro (wifi+3G, 62GB). Van het handvol goedkopere modellen dat al op de markt is, staan de functies en het gebruiksgemak nog niet op het niveau van de iPad. Vandaar dat de consument zich vrij afwachtend opstelt. “Wellicht raakt het prijsprobleem stilaan van de baan als er meer keuze komt en als abonnementsformules met gratis bijgeleverde tablet – zoals de recente actie van Belgacom met de Samsung Galaxy Tab – populairder worden.”
Tegenstanders zien ook een rem in het feit dat het besturingssysteem van Apple niet compatibel is met Flash. Ze wachten vol ongeduld op de komst van een goede tablet die op Android draait. “Te veel dingen werken niet of niet goed op de iPad”, vindt een waarnemer. “Het besturingssysteem van Apple is meer gemaakt om content te lezen dan om er te creëren. Vooral professioneel vormt dat een obstakel.”
Een vaste plaats op de salontafel
De resultaten van het onderzoek zijn duidelijk: de tablet is vooral een vrije-tijdstoestel. “De meest genoemde toepassingen zijn websites raadplegen – voornamelijk via zoekmotoren -, mediacontent lezen en e-mails behandelen”, zegt Vercruysse. En het kan vreemd lijken, maar tabletbezitters gebruiken het hebbeding vooral thuis. “Hun formaat speelt ongetwijfeld een rol, maar paradoxaal genoeg hebben kleinere tablets het moeilijk om door te breken. Een goede beeldkwaliteit en aantrekkelijk vormgegeven content zijn dus belangrijke criteria voor de consument. Hij beschouwt de tablet vooral als een toestel dat je gebruikt voor de gezelligheid en het contact. ” Opmerkelijk: de meeste ondervraagden geven aan dat ze hun tablet vooral in de woonkamer gebruiken, voor de tv. “Een duidelijk bewijs dat mobiele content een aanvulling is op de traditionele media”, stelt Vandermeersch. De surfer zoekt geen mobiel alternatief voor zijn gebruikelijke informatiebronnen, maar aanvullende informatie. “Vtm heeft dat goed begrepen. Toen Idool op televisie liep, ontwikkelde de zender een applicatie met een korte biografie van de deelnemers van vorige edities, playlists enzovoort”, geeft Vercruysse als voorbeeld. Dat hybride gedrag zou merken moeten aanzetten om hun mobiele aanwezigheid te versterken. “De CEO van Google liet onlangs weten dat acht op de tien merken niet klaar zijn voor het mobiele tijdperk. Jammer, want als iemand met belangstelling naar een reclamespot heeft gekeken op tv, maar hij vindt het merk niet terug op zijn tablet of smartphone, grijpt de adverteerder uiteraard naast zijn doelstelling. In die context zijn ook de digital mums – huismoeders die zeer actief zijn op het internet – een niet te verwaarlozen doelgroep”, weet Vandermeersch.
Hoe onmisbaar zijn apps?
Over het gebruik van applicaties brengt het onderzoek twee grote trends aan het licht. Eén: apps worden niet massaal gedownload, en als het wel gebeurt, blijven ze soms ongebruikt. Twee: in principe kennen de gebruikers wel het verschil tussen een applicatie en de browser van hun tablet, maar ze switchen van het ene naar het andere zonder het goed te beseffen. “Zolang applicaties niet populairder worden, zal het betalende model – de verhoopte redder van de pers – niet doorzetten”, aldus Vandermeersch. De komst van HTML 5 – gebruiksvriendelijker en met functies die dicht aanleunen bij die van applicaties – zal die trend misschien nog versterken. Tenzij adverteerders en uitgevers gaan investeren in m-commerce en echt innoverende, interactieve applicaties ontwikkelen, waarmee je mobiele aankopen kunt doen. Gezien de vele nog onbenutte mogelijkheden van tablets en mobiele websites, is dat heel goed denkbaar.”
Deze resultaten komen uit een kwantitatief onderzoek dat op 2797 interviews gebaseerd is en uit een kwalitatief onderzoek op een panel van 62 tabletgebruikers.
CAMILLE VAN VYVE
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier