De Superman achter Apple, iPod en nu ook…Disney
Steve Jobs is niet alleen de man achter Apple en de iPod, maar sinds kort ook de hoofdaandeelhouder van het magische Disney. Als het huwelijk tussen deze technologische visionair en de mediareus slaagt, dan bepaalt Jobs voortaan de toekomst van de media.
Koopt Mickey nu cowboy Woody op, of is het net omgekeerd? Officieel heeft Disney de Pixarstudio overgenomen voor 7,4 miljard dollar. Maar eigenlijk ging het bij die transactie om een uitwisseling van aandelen. Het komt erop neer dat Steve Jobs, oprichter en 50,6 %-eigenaar van Pixar, nu 6,5 % van de nieuwe entiteit in handen heeft. Meteen de grootste aandeelhouder dus.
Steve Jobs is echter niet zomaar een aandeelhouder. Hij waakt niet alleen over de lotsbestemming van Pixar, maar is ook de baas van Apple en goed op weg om Jack Welch van de troon te stoten als ‘s werelds meest bewonderde bedrijfsleider. Hij wordt nu een van de nieuwe bestuurders bij Disney, maar zijn ware gewicht zal die functie ongetwijfeld ver overstijgen. Vooral omdat de toenadering tussen beide entiteiten de toekomst van de media-industrie, het web en de informatica kan bepalen.
Pistool tegen de slaap
De transactie houdt Amerika nog steeds in de ban. Er zijn immers mythische bedrijven bij betrokken: Disney, het rijk van Mickey, een imperium met traditionele media dat trouwens niet alleen pretparken beheert maar ook verschillende televisieketens – zoals ABC – en Apple, de onderneming die de microcomputermarkt uit de grond heeft gestampt en een middel heeft gevonden om van muziekdownloads op internet een rendabele zaak te maken. Zijn logo – een aangebeten appel – is al even bekend als dat van Nike of Coca- Cola.
In de praktijk wordt de tekenfilmactiviteit van Disney, die voortaan trouwens Pixar and Disney Animation heet, onder handen genomen door Ed Catmull, de president van Pixar. John Lasseter, de nummer één van de vormgeving bij Pixar, komt mee over. De lijfwacht van Steve Jobs heeft nu dus de touwtjes in handen. Om de komst van hun mentor aan het hoofd van Disney voor te bereiden?
In de Verenigde Staten vragen sommige waarnemers zich inderdaad af hoeveel maanden het nog zal duren voor Steve Jobs beslag legt op de zetel van Robert Iger, de huidige baas van Disney, die zijn loopbaan ooit begon als weerman. Dat is trouwens een waarschijnlijk scenario als de financiën van ‘oom Dagobert’ niet gauw in orde komen, vindt Charles Cooper, executive editor van News. com: “Als Iger er niet in slaagt om met resultaten uit te pakken, zal de raad van bestuur dan nog de aanwezigheid van een superster-CEO kunnen negeren?”
Verschillende elementen wijzen trouwens in die richting. Robert Iger, de CEO van Disney, is nog maar net op die post aangeland. Hij volgde in oktober 2005 Michael Eisner op. De Disneygroep doet het intussen niet slecht, maar de beurskoers blijft stagneren op het niveau van tien jaar geleden. En Steve Jobs heeft eerder al bewezen dat hij in staat is om een CEO aan de kant te zetten en zijn plaats in te nemen.
Hij deed het al in 1997, toen hij na meer dan tien jaar afwezigheid terugkeerde naar Apple, op een ogenblik dat de Macintoshfabrikant op apegapen lag. Hij heeft ook al getoond dat hij bekwaam is om de beurskoers op te peppen. Met een omzet half zo groot als die van Disney – 14 miljard dollar tegenover 32 miljard dollar – kan Apple bogen op een duidelijk hogere beurskapitalisatie: 60,7 miljard dollar tegenover 48,2 miljard. Heeft Iger, door voor te stellen om Pixar over te nemen, misschien zichzelf een pistool tegen de slaap gedrukt?
‘Chicken Little’ versus ‘Finding Nemo’
Maar zelfs als eenvoudige bestuurder kan Steve Jobs Disney al veel bijbrengen. De Disneystudio’s slagen er niet langer in om grote tekenfilmsuccessen te boeken. Sinds de Lion King in 1994 (738,8 miljoen dollar aan box-officeontvangsten) zijn de Disneyproducten aan het slabakken. De studio’s zijn niet zonder moeite overgeschakeld van animatie op computers en ze krijgen te maken met geduchte concurrentie van, onder meer, DreamWorks Animation. Vorig jaar rijfde dat bedrijf nog 528 miljoen dollar zaalinkomsten binnen met Madagascar, terwijl Chicken Little Disney slechts 251 miljoen dollar opbracht.
De Pixarfilms, die door Disney worden verdeeld, halen gemakkelijk het dubbele: 631 miljoen dollar voor The Incredibles bijvoorbeeld.
Robert Iger vindt dat die achteruitgang een eersterangsprobleem vormt. En ook al maken de films niet het leeuwendeel van de Disneyverkoop uit – 7,6 miljard dollar op een totaal van 32 miljard in 2005 – ze zijn niettemin van strategisch belang voor het succes van de andere activiteiten. De pretparken, de afgeleide producten en de tv-programma’s hebben nood aan vernieuwing en moeten onophoudelijk worden aangevuld met nieuwe personages. Mickey en Donald volstaan niet langer.
Voor Pixar regelt de overname meteen een distributieprobleem. De overeenkomst met Disney werd in 2004 verbroken na een financieel meningsverschil. Er moest een andere major worden gevonden en Pixar moest daarbij helemaal opnieuw beginnen omdat Disney het eigendomsrecht behield op de filmpersonages die gedurende de looptijd van het contract waren gecreëerd. Pixar kon geen Finding Nemo 2 of Toy Story 3 maken. Iedereen is nu dus tevreden.
Winst uit internet: het kán
Steve Jobs kan Disney overigens nog heel wat meer brengen. De man heeft een duidelijke visie op de digitale toekomst en op de kruisbestuiving tussen de verschillende dragers. Zijn intrede in de raad van bestuur van Disney geeft hem een bijkomende geloofwaardigheid in traditionele mediakringen, ook al wordt hij nu al erkend als de grootste expert op het gebied van de verkoop van internetcontent om allerlei computers, tv-toestellen, gsm’s en muziekspelers te voeden.
Dat is een universum dat tegenwoordig bijzonder goed gedijt en dat de filmindustrie en de platenfirma’s maar moeilijk onder de knie krijgen. Ze halen er nauwelijks omzet uit en zien het eerder als een bedreiging en een middel om piraterij aan te moedigen. Ze hebben een defensieve houding aangenomen, terwijl Steve Jobs duidelijk vooruitloopt op de omwentelingen in de sector.
Met zijn iPod, die is uitgegroeid tot een cultproduct van een hele generatie, heeft Apple aangetoond dat het mogelijk is om geld te verdienen met de verkoop op grote schaal via het internet, door een combinatie aan te bieden van muziekspelers en een onlinewinkel, de iTunes Music Store. Die virtuele winkel werd drie jaar geleden opgestart en is nu al actief in 21 landen, waaronder België. Hij biedt 2 miljoen muziekstukken aan en controleert driekwart van de markt. Apple is de Microsoft van de onlinemuziek geworden.
In België heeft Belgacom Skynet zijn Skynet Music Club, die bevoorraad werd door OD2 (VS), al moeten opgeven. Het verwijst nu zijn klanten door naar de iTunes Music Store.
Als Steve met Madonna belt…
Als de onlinemuziekmarkt in 2005 1,1 miljard dollar waard is, tegenover 380 miljoen een jaar eerder (cijfers van de beroepsorganisatie van platenlabels IFPI), dan is dat grotendeels te danken aan Steve Jobs. Hij sloofde zich uit om alle grote artiesten die de distributie over het internet vijandig gezind waren te overtuigen. De jongste in de rij is Madonna.
Jobs kreeg bovendien van de platenfirma’s gedaan dat ze zich minder restrictief opstellen in verband met de kopieën die de muziekliefhebbers maken van werken die ze van het web hebben gehaald. Jobs heeft ook een eenvormig tarief per muziekstuk voor elkaar gekregen: 0,99 dollar (83 eurocent). De nieuwe dienst verpletterde al snel alle concurrenten.
Van muziek werd het experiment als snel uitgebreid naar andere content, onder meer radio en video. Een voorbeeld: tv-feuilletons van – wat dacht u – Disney.
Amper had Iger zijn functie opgenomen in oktober 2005, of hij gaf al de toelating om reeksen als Lost of Desperate Housewives te commercialiseren tegen 1,99 dollar per stuk, zodat ze konden bekeken worden op het nieuwe iPod-topgamma, dat een videoscherm bevat en voor 329 dollar over de toonbank gaat. Ook andere bedrijven zijn intussen over de streep getrokken: NBC volgde met zijn successeries, waaronder The Office.
Wellicht zal de visionaire kant van Jobs – zoals bij de iPod – gekoppeld aan het gewicht van Disney leiden tot standaarden die de rest van de sector verplicht zal moeten volgen. De dag dat het akkoord tussen Disney en Pixar werd ondertekend, begon de onlinestore van Apple al oude tekenfilms te verkopen uit de beginjaren van Mickey. Het lijdt dan ook geen twijfel dat de Hollywoodstudio’s, die op catalogussen zitten waarvan ze niet weten hoe ze die rendabel kunnen maken, al snel zullen volgen om bijkomende inkomsten te puren uit hun content.
In de toekomst zullen de films van Disney al beschikbaar worden om van het net te worden gedownload op de dag dat ze worden uitgebracht. Iger is naar verluidt een fervent voorstander van die evolutie.
De Apple-buzz achterna
Ook al is hij intussen multimiljonair, Jobs is en blijft een geboren ondernemer. Hij houdt zich bezig met de kleinste details, ‘snuift’ elke aankomende innovatie en heeft een buitengewoon gevoel voor marketing. Zo slaagde hij erin om – ook al waren er al mp3-spelers op de markt – zijn iPod ingang te doen vinden dankzij een uitgekiend design en doeltreffende reclamecampagnes.
Jobs is immers een kei in communicatie. Hij slaagt erin om een bijna permanente mediabelangstelling voor zijn bedrijven op te wekken. Dat is ook een van de redenen waarom het best mogelijk is dat op een mooie dag een Applescherm in het midden van uw woonkamer zal prijken. U zult daar dan afgeleiden van Disney-tv-series – speciaal geproduceerd voor het web – kunnen bekijken, vakantiefoto’s en -video’s afspelen en tegelijkertijd naar gedownloade muziek luisteren. U zult uw iPhone met ingebouwd scherm kunnen gebruiken om de blog over uw favoriete sportfiguur na te lezen.
Intussen zult u uw analoge videorecorder en zijn digitale broertje, de dvd-speler, uw stereoketen en cd-rekken al lang overboord hebben gegooid.
Gelooft u het niet? Afspraak in 2010!
Robert van Apeldoorn
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier