De stroom is afgedamd
De kleine verbruiker blijft nog jaren verstoken van de voordelen van een vrije elektriciteitsmarkt. Tot grote ergernis ook van de Limburgse intercommunale Interelectra: “Wij willen onze stroom tegen marktprijs aankopen en verdelen.”
“Schandalig duur is de elektriciteit die de intercommunales moeten kopen bij Electrabel. Wij krijgen die stroom vandaag voor de helft van die prijs aangeboden van andere producenten. Die korting zouden we dan kunnen doorrekenen aan de kleine verbruiker zodat die ook van de liberalisatie kan profiteren. Let op, we willen geen actie voeren tegen Electrabel maar willen voor de elektriciteit die we aankopen een marktprijs bedingen”, zegt Jo Geebelen, algemeen directeur van Interelectra, de zuivere intercommunale (16 miljard frank omzet, 320.000 aansluitingen) die de elektriciteit naar KMO’s en gezinnen in heel Limburg en Laakdal verdeelt. Interelectra kent de marktprijs. Nabijgelegen Nederlandse, Duitse en Franse elektriciteitsproducenten lopen de deur van het hoofdkwartier in Hasselt zowat plat. In hun aktetas brengen ze lucratieve voorstellen mee. Maar Interelectra moet hen met lege handen huiswaarts sturen. Zoals nu in de federale wet is ingeschreven, kunnen intercommunales pas in 2007 vrij kiezen waar ze hun elektriciteit aankopen. Interelectra is nochtans één van de grootste klanten van Electrabel. Het kocht vorig jaar 3480 GWh uur aan, een pak meer dus dan de drempel van 100 GWh om vrij de leverancier te kunnen kiezen.
Niet alleen wettelijke obstakels verhinderen de toegang tot de vrije markt. De meeste gemengde intercommunales – de intercommunales waarin in tegenstelling tot de zuivere intercommunales ook Electrabel participeert – sloten langdurige contracten met Electrabel af. Tot 2014 hebben zij er zich toe verbonden enkel bij Electrabel aan te kloppen voor electriciteit. De intercommunales, en dus ook hun klanten, zien de lagere marktprijs dus nog jaren aan hun neus passeren. Electrabel kon de gemeenten hiertoe verleiden door hen de kans te geven aandelen van Electrabel te kopen.
Interelectra zit als zuivere intercommunale niet mee in deze constructie, wat de Limburgse CVBA ietsje meer manoeuvreerruimte laat. “Maar,” zegt Geebelen, “wij zijn zoals elke intercommunale gebonden aan reglementering en worden gecontroleerd door het Controlecomité voor de Elektriciteit en het Gas. En ja, ook Interelectra heeft een exclusief leveringscontract met Electrabel tot in 2010.” Dat is vervelend aangezien Interelectra minstens vanaf 2007 op lucratievere voorstellen zou kunnen ingaan. Geebelen plaatst echter vraagtekens bij de juridische relevantie van het contract met Electrabel. “Het werd afgesloten in een gereguleerde wereld, waar van liberalisatie nog geen sprake was. De Europese Commissie heeft de contracten tussen de gemengde intercommunales en Electrabel onderzocht en stevige aanpassingen bedongen. Ons contract is nog niet tegen het licht gehouden.” In elk geval zit Interelectra in vergelijking met de gemengde intercommunales in een comfortabeler onderhandelingspositie tegenover Electrabel. Geebelen: “Er zijn al afspraken gemaakt, maar we honoreren het contract. We willen immers niet van twee walletjes eten: langs de ene kant profiteren van de voordelen die de vrije markt biedt en langs de andere kant genieten van ons monopolie als distributeur. Onze redenering is simpel: wij mogen vrij zijn als onze klanten dat ook zijn.”
Interelectra is daarom vragende partij voor een versnelde liberalisatie van de elektriciteitsmarkt, vooral voor de KMO’s en gezinnen. Geebelen: “Ook onze klanten oefenen druk uit om sneller werk te maken van de liberalisatie dan Europa vraagt. KMO’s zien dat hun concurrenten van net over de grens een lagere energiefactuur kunnen bedingen. Wij kunnen onze klanten zelfs niet vertellen wanneer dat ook voor hen het geval zal zijn. Dat is een grote handicap. Want niet alleen Electrabel kampt met het feit dat grote bedrijven hun aankoopbeleid centraliseren en nu kiezen voor één Europese leverancier. Dat geldt ook voor de kleinere filialen van buitenlandse bedrijven. Die zijn vandaag nog verplicht bij ons aan te kopen, maar de dag dat de wet hun ketens verbreekt, zijn we die klanten kwijt. Daarom moeten wij zo snel mogelijk weten hoe de markt bij ons geliberaliseerd wordt. Dat gebeurt het liefst gefaseerd om chaos te vermijden. Maak bijvoorbeeld dit jaar de klanten tot 2 MWh vrij, volgend jaar tot 1 MWh, vervolgens tot 500 kWh, enz. Zo kunnen we de stiel leren.”
De Vlaamse regering is bevoegd
voor de distributie – het hoogspanningsnet is federale bevoegdheid – en kan dus het liberalisatietempo opdrijven. In de Vlaamse regering vindt Interelectra trouwens bekend volk terug. De bevoegde minister, Steve Stevaert, is niet alleen de liberalisatie genegen, maar was tot voorbije zomer ook voorzitter van Interelectra. Een snellere liberalisatie botst echter ook op heel wat politieke tegenstand. Het is geen geheim dat de prijzen die de intercommunales de klant mogen aanrekenen van het controlecomité ook dienen om de gemeentekas te spijzen. Vorig jaar keerde Interelectra bijvoorbeeld ruim 3 miljard frank dividend uit aan de Limburgse gemeenten. Geebelen ziet in een vrije markt echter geen doemscenario’s voor de gemeenten: “Er zal druk op de marges komen en we zullen klanten verliezen. Maar de electriciteitsdistributie zal nog altijd inkomsten genereren voor de gemeenten. Het netwerkbedrijf blijft een monopolie. Bovendien, Interelectra werkt met een eigen vermogen van 18 miljard frank, de gemeenten mogen toch een rendement eisen op die investering. Ik wil erop wijzen dat de privé-sector er evenveel dividend uit puurt.”
Interelectra bereidt zich intussen voor op de nieuwe wereld. “In de eerste plaats mikken we op efficiëntie. In termen van bijvoorbeeld aansluitingen per personeelslid kloppen we iedereen, ook als we over de grenzen kijken”, aldus Geebelen. Andere gemeenten lonken wel eens jaloers naar Interelectra. “We zijn nog niet op veroveringstocht geweest. Maar als gemeenten ons een bod vragen, zoals Leuven of Mol gedaan hebben, willen we er wel voor vechten”, vertelt Geebelen ons.
Interelectra zweert ook bij een multi-utility aanpak: dat betekent niet alleen elektriciteit maar ook gas-, kabel- (samen met Telenet) en waterdistributie aanbieden. Geebelen: “Die aanpak levert synergieeën op omdat de basiskosten dezelfde zijn. In de gasdistributie liggen mogelijkheden omdat heel wat contracten tussen Distrigas en de gemeenten vervallen. Maar langetermijncontracten sluiten we niet meer af.”
Naast het drukken van de kosten tracht Interlectra ook nieuwe inkomsten aan te boren door zich te profileren als dienstenbedrijf. Zegt Geebelen: “We bieden de bedrijven allerhande commerciële activiteiten aan zolang ze maar met energie te maken hebben: warmtekrachtkoppeling of energiebeheer. Elektriciteit opwekken doen we alleen als dat gedecentraliseerd, kleinschalig en milieuvriendelijk is.”
In België genieten de Limburgse gezinnen intussen van de goedkoopste elektriciteit. Interelectra biedt hen op het wettelijk bepaalde dagtarief 20 centiem korting per kWh aan. Zo besparen zij jaarlijks 300 miljoen frank op de elektriciteitsfactuur. Interelectra doet vandaag dus aan actieve klantenbinding. “Aan alle kanten trachten concurrenten kleine hapjes uit de taart te eten. Dan moet je je verdedigen. Dat leren we nu. Aanvallen, dat zullen we doen zodra we mogen”, reageert Geebelen.
daan killemaes
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier