DE PIONIER
Jos Bouckaert is een oudstrijder voor meer technologie in Vlaanderen. Zijn loopbaan staat model voor de vernieuwing en de internationalisering van de Vlaamse bedrijven. Vandaag leidt hij Vinifera in Napa Valley, het wijngebied van Californië. Vinifera is een dochter van de biotechnologiegroep Agritope uit Oregon, deels met Vlaamse aandeelhouders (onder meer Aimé Desimpel). Jos Bouckaert bewerkstelligde mede de verandering in één generatie van een agrarisch en middenstands-Vlaanderen naar een gemoderniseerde economie met boeiende hightech-klemtonen. Vinifera gebruikt plantengenetica om druivelaars te enten op bloeiende draagstokken. Normaal gebeurt dat op wilde druivelaars in winterslaap. De techniek van Vinifera zou een betere doorstroming geven en zo sterkere planten voortbrengen. Wat Jos Bouckaert doet in Californië, deed hij jarenlang in eigen land. Het dichten van de kloof tussen onderzoek en commerciële exploitatie van Vlaamse onderzoeksresultaten is niet alleen het werk van FTI Technoland.
Een greep uit de erelijst van Jos Bouckaert leert dat hij een hand had in de oprichting van Leuven Measurement Systems, Icos, Innogenetics en Plant Genetic Systems. Zelf beschouwt hij de start van Plant Genetic Systems (PGS) begin jaren tachtig als een sleutelmoment. “Het was de eerste keer dat mensen van de overheid, de privé-sector en het academische milieu zich rond hetzelfde project schaarden.” Hij verwijst naar zijn samenwerking met Gaston Geens, Gerard Van Acker van de investeringsmaatschappij Gimv, de privé-sector met Guy Ullens van (toen nog) Tiense Suiker en Walter Van den Avenne, voorzitter van het VEV (en bedrijfsleider van veevoeders Van den Avenne), en de professoren Mark Van Montagu en Jozef Schell. “Het was uitzonderlijk dat we een bedrag van 8 miljoen dollar startkapitaal konden sprokkelen,” vertelt hij. “In die tijd bestond in België nog maar weinig continuïteit tussen onderzoek en industrie.”
Jos Bouckaert is een man met originele ideeën; ideaal om een gloednieuwe zaak uit de grond te stampen, maar niet geroepen om jarenlang een onderneming door weer en wind te leiden. “Je hebt in het leven twee soorten mensen,” onderstreept hij. “Zij die een auto maken en zij die ermee rijden. Ik heb moeten vaststellen dat ik vooral tot de eerste soort behoor.” In de jaren zeventig was hij nauw betrokken bij pogingen om de afstand tussen onderzoekers en bedrijven te verkleinen. Jos Bouckaert studeerde rechten aan de KU Leuven en haalde een Master ofBusiness Administration in de Verenigde Staten. Eind jaren zestig werd hij verantwoordelijk voor de uitbouw van de Leuvense wetenschappelijke campus. Drie jaar na die eerste job trok hij naar het kabinet van minister voor Wetenschapsbeleid Theo Lefèvre. Daar zette hij zijn schouders onder het laboratoriumbeleid en was de architect van de geconcerteerde actie, die aan baanbrekende laboratoria een extra subsidie toekende. Deze maatregel stak de grondvesten voor de ontwikkeling van onder meer Imec, Genentech, Innogenetics, Icos, PGS en LMS.
In opdracht van Theo Lefèvre maakte hij met een team professoren een rapport over de transfer van onderzoekskennis naar researchparken met jonge bedrijven in de VS. Dat leidde in Leuven tot de oprichting van het researchpark van Haasrode (zie ook blz. 42). Naar Amerikaans voorbeeld stichtte de KU Leuven bovendien in 1973 Leuven Research & Development, afgekort tot LRD en herdoopt tot KU Leuven Research & Development. Deze cel had – en heeft – tot taak octrooien te nemen en de start van spin-offs van de KU Leuven te vergemakkelijken. Bouckaert verruilde het kabinet voor de leiding van LRD.
Nadat LRD zich goed ontwikkelde en andere universiteiten op hetzelfde spoor bleken te zitten, richtte de industrie met de steun van de Gimv het overkoepelende Innovi op, dat de taak van LRD overnam voor alle Vlaamse Universiteiten. Bouckaert stapte over van LRD naar Innovi.
De ommezwaai kwam er in 1982. Hij was toen samen met Gerard Van Acker van de Gimv bedrijvig met de oprichting van PGS: “Toen rijpte het idee om zelf één van mijn kinderen te leiden. Zo werd ik de eerste directeur van PGS.”
Intussen verruilde deze West-Vlaamse doordouwer de vaderlandse grond voor de Californische zon. De sprong naar de States kwam er min of meer toevallig. PGS uit Gent was verwant met het Amerikaanse AGS, een biotechnologiebedrijf waar de professoren Schell en Van Montagu in de adviesraad zetelden. PGS ontwikkelde behoorlijk, AGS belandde in financiële moeilijkheden. Eén van de gemeenschappelijke investeerders, het Zweedse zaadbedrijf Hilleshög (intussen overgenomen door Sandoz) vroeg aan Jos Bouckaert om het op Nasdaq genoteerde AGS recht te trekken. “Aanvankelijk was het de bedoeling om slechts voor drie maanden naar Californië te gaan. Dan volgde een verlenging met een vol jaar.”
Intussen kwam Walter de Logi bij PGS in beeld; Bouckaert besloot om voltijds in Amerika te blijven en koos voor AGS. In 1990 fuseerde het met Dinap, een spin-off van soepgigant Campbell Soup uit New Jersey. Hij bracht het tot vice-voorzitter van de nieuwe company en bleef de leiding hebben over de Californische eenheid. In die functie was hij ook verantwoordelijk voor het opzetten van nieuwe ontwikkelingen in Europa. Zo richtte hij Florigene op in Nederland, een bedrijf dat gentechnologie toepast op de bloementeelt.
In 1992 maakte Bouckaert een bokkensprong en werd topman van de Brusselse distributeur van kinderkleding Dujardin, een familiezaak met levensgrote opvolgingsproblemen: “AGS stond heel dicht bij het produceren van afgewerkte producten. Ik voelde dat mijn rol was uitgespeeld en dat er iemand nodig was met ervaring in de uitbouw van distributie.”
De terugkeer naar België was van korte duur. In 1993 werd Bouckaert CEO van Vinifera. De eerste leveringen dateren van 1996 en in 1998 behaalde het bedrijf 2,8 miljoen dollar omzet. Voor 1999 verwacht Bouckaert 4,5 miljoen dollar. Momenteel bestrijkt Vinifera zo’n 10% van de Californische markt, doel is 20 tot 30% marktaandeel. In 1999 zal het bedrijf voor het eerst een positieve cashflow halen. “Dat is twee jaar later dan voorzien,” bekent Bouckaert, “maar de ontwikkeling tot een volwaardig productiebedrijf duurde langer dan verwacht.” “Vinifera is voorlopig mijn eindhalte,” zegt hij. “Op mijn ouderdom ( nvdr – 59 jaar) is het drukke pad dat ik tot op heden volgde niet meer doenbaar. Ik wil dit bedrijf blijven leiden en tussen dit en twee jaar naar de beurs brengen.”
ROELAND BYL
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier