DE KLEINE PRINS
In een van de chique buitenwijken van Parijs, op het quartier général van de Franse oliegroep Total, regent het al wekenlang faxen, bestemd voor voorman Thierry Desmarest. Hij leest ze nu niet meer allemaal. Maar dat de handtekening, die de président directeur général op 29 september jongstleden in Teheran zette, zoveel zou losmaken, was zelfs voor de koele Desmarest een complete verrassing, zoals hij de voorbije dagen in Le Monde toegaf.
De meerderheid van de reacties zijn nochtans vrij oprechte felicitaties voor de pragmatische Franse zakenman. Zelfs grote Amerikaanse oliebonzen kropen in hun pen en zegden openlijk hun steun toe aan de Fransman. Alleen in de oren van Bill Clinton klinkt Desmarest nu ongeveer hetzelfde als een Franse vloek.
Thierry Desmarest is het type manager voor wie de slogan “Wie niet waagt, niet wint” zijn volle betekenis heeft. Wat betekent zakendoen uiteindelijk nog als je de risicotoer niet meer op mag ? Eind september nam Desmarest misschien wel le risque de sa vie : in ruil voor 2 miljard dollar investeringsgeld mag Total zich zeven jaar lang laven aan Irans grootste gasbel, een van de grootste op deze wereldbol. Total nam, met 40 procent aandelen, het voortouw in een joint venture die nog het Russische Gazprom en het Maleisische Petronas, elk voor 30 procent, omvat.
Desmarest heeft nog geen moment spijt gehad van zijn avondje “Iraanse kaviaar”, die Total, nu al achtste op de wereldranglijst van oliegroepen, nog aan belang doet winnen. Waarnemers van de internationale energiescène geven Total ook steeds betere punten mee. Alleen de Amerikaanse politiek heeft het zo niet begrepen : je doet geen zaken met regimes die internationale terreurcampagnes sponsoren. Repliek van de PDG van de Franse oliegroep : alleen een Amerikaanse wet (de zogenaamde wet- D’Amato) legt de handel en wandel met de ayatollahs aan banden, en niet-Amerikaanse bedrijven zijn bij mijn weten niet gebonden door dit soort van voorschriften. Salut Washington, au revoir Monsieur Clinton ! Washington voelde aan dat er iets loos was en stelde eind vorige week voor om Total en Desmarest niet door sancties te treffen.
Zoals het een meester-tacticus betaamt, heeft Desmarest zijn pionnen vrij aardig uitgezet alvorens tot de gedurfde actie over te gaan. In de praktijk kwam het neer op een tweesporenbeleid. Eerste stap : amper enkele weken vooraleer naar Teheran te vliegen, deed Desmarest het grootste deel van de Amerikaanse Total-belangen van de hand. Als het Witte Huis ooit met boycot zou dreigen, bleef er alvast in de VS amper iets over om onder de duim te houden. Tweede stap : de Total-topman verzekerde zich vooraf van de nodige ruggensteun op het allerhoogste niveau. Of hoe anders noem je de openlijk beleden sympathie van de Franse president Jacques Chirac, diens premier Lionel Jospin en de voor buitenlandse handel bevoegde EU-commissaris Leon Brittan ? Met hun nihil obstat op zak, speelde Desmarest op veilig.
Thierry Desmarest krijgt nu al wekenlang de bewonderenswaardige blikken van het hele internationale oliemilieu over zich. Zijn gedurfd Iran-initiatief kan, zoveel is duidelijk, heel veel in beweging zetten. Amerikaanse oliebonzen zaten in wezen al jaren te wachten tot iemand eens de kat de bel zou aanbinden. Dat het een Fransman is, tot daar nog aan toe. Desmarest is in Iran niet aan zijn proefstuk toe. In 1995 was hij nog maar net als PDG van Total benoemd, of hij zorgde al voor een eerste, ook toen al verketterde oliedeal met Teheran, zij het dat die overeenkomst van veel kleinere omvang was. De aandeelhouders van Total kunnen enkel applaudisseren bij elke “vlucht vooruit” van Desmarest : niet alleen strategisch geeft hij het hele concurrerende deelnemersveld het nakijken, maar ook cijfermatig worden resultaten geboekt die voordien nooit haalbaar leken.
Twee jaar geleden nam Totals charismatische PDG Serge Tchuruk afscheid, toen hij besloot in te gaan op een aanbod van Alcatel Alsthom. Vandaag wordt bij Total nog nauwelijks gepraat over de destijds onder lof bedolven Tchuruk. Desmarest gaat over eenieders lippen. Vijftien jaar na zijn intrede bij Total (1980) en op de drempel van zijn vijftigste verjaardag, stootte het gewezen hoofd van de exploratie en de productie door naar het hoogste schavotje binnen de oliegroep. De topman staat bekend als, hoe kan het anders, buitengewoon competent, maar ook als vrij zwijgzaam. Een journalist van de New York Times zag de ietwat kleurloze prater die voor hem zat, plotsklaps wild enthousiast worden toen Desmarest over zijn eerste beroepservaring (exploratie-ingenieur in Nieuw-Caledonië) bij de Franse oliegroep mocht vertellen. “Op achttienduizend kilometer van uw rechtstreekse baas zitten, toen nog zonder telefoon en zonder fax, gewoonweg fantastisch,” zei Desmarest aan Youssef Ibrahim van de New York Times.
Met zijn immer grijze maatpakken, zijn flink aristocratisch voorkomen en zijn ingenieursdiploma’s van de Franse grandes écoles, is Thierry Desmarest altijd het type van de “gedroomde schoonzoon” geweest. Ook zijn directe omgeving had dat vrij vlug door. Na amper enkele jaren aanwezigheid bij Total, werd hij bedacht met veelzeggende koosnaampjes zoals de kleine prins of de centrale computer. Hij vertoont zelden emotie, vergeet niets, maar analyseert alles en is niet te beroerd om gedurfde stappen te zetten. Het Iraanse voorbeeld staat niet alleen. Zijn businessrelaties én -deals in landen zoals Birma, Vietnam of Libië maken van Desmarest, en naargelang van het kamp waarin men zetelt, zowel een verguisde als een bejubelde olieman.
Irak laat hij voorlopig links liggen, omdat er een internationaal erkende boycot bestaat tegen het land van Saddam Hoessein. “En internationale wetten respecteren we,” heet het in de mond van Desmarest. Maar niemand die eraan twijfelt dat hij ook in Bagdad al voorbereidende contacten heeft lopen. Want, om het met de woorden van de Amerikaanse staatssecretaris voor Buitenlandse Zaken, Madeleine Albright, te zeggen : “Politiek is voor de helft principes, en voor de andere helft pragmatisme.” En ook al komt het gezegde ironisch genoeg uit Amerikaanse hoek, Thierry Desmarest zal de laatste zijn om die thesis te logenstraffen.
KAREL CAMBIEN
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier