De boeman spreekt
Onderzoeksrechter Jean-Claude Leys is de boeman van KB Lux en diens Belgische klanten. Hoe staat deze vriend van Pierre Chevalier en Louis Michel tegenover ondernemers? Lekt hij wel eens naar journalisten? Een gesprek.
Het onderzoek naar de zwartgeldcircuits bij Kredietbank Luxembourg ( KB Lux) en KBC loopt op zijn laatste benen. Onderzoeksrechter Jean-ClaudeLeys heeft zich de voorbije jaren ontpopt als een pitbull die de publiciteit niet schuwt. De confrontatie met de gevestigde Vlaamse bank was hard, soms zelfs persoonlijk. Leys praat met Trends honderduit over zijn beroep, zijn verleden, zijn toekomstige carrière en zijn contacten met politici. Over het KB Lux-onderzoek blijft hij – uiteraard – discreet. Hoewel.
TRENDS. In het onderzoek naar de fraude met de forfaitaire aftrek van buitenlandse belasting (FBB) werden huiszoekingen bij de meeste Belgische banken verricht. De media stonden erbij en keken ernaar, letterlijk. Wie heeft dit georkestreerd? Van wie komen dergelijke lekken?
JEAN-CLAUDE LEYS. “Ik weet het niet. Maar u raakt daar wel een belangrijk punt aan. We leven in een tijdperk waarin twee tendensen met elkaar in botsing komen. Enerzijds is absolute discretie en totale geheimhouding van het onderzoek vereist. Niets mag uitlekken. Anderzijds is een zekere transparantie wenselijk om te vermijden dat de pers verkeerd of onvolledig zou worden ingelicht. De publieke opinie kan worden misleid als de media onjuiste informatie verspreiden. Met de benoeming van een woordvoerder aan het parket is het volgens mij de tweede tendens die stilaan de bovenhand neemt. Uiteraard is het niet zijn rol om de journalisten te tippen, maar wel om de berichten die van het gerechtshof komen in het juiste daglicht te plaatsen. Dat is een goede evolutie en ik steun ze.
“We moeten echter twee basisprincipes goed in het oog houden. Het eerste is simpel: de verspreide informatie mag in geen geval het verloop van het onderzoek schaden of in gevaar brengen. Dat is vrij evident, maar het is toch goed om de aandacht er nog even op te vestigen. Het tweede is dat de beschuldigde er doorgaans belang bij heeft dat er zo weinig mogelijk over hem wordt gesproken. Dat is zijn volste recht en hij kan zich dan ook verzetten tegen het recht op informatie van de pers en dus van het brede publiek.
“Dat is het klassieke struikelblok wanneer twee legitieme rechten met elkaar in aanvaring komen. Ik vrees dat we de twee bestaande strekkingen maar moeilijk zullen kunnen verzoenen. Vandaar ook de toenemende rol van de woordvoerder van het parket, die de pro’s en contra’s kan afwegen van wat er als informatie kan worden vrijgegeven.”
TRENDS. Dat belet niet dat de lekken almaar talrijker worden, soms ten koste van de reputatie van de betrokken ondernemingen.
LEYS. “Het is inderdaad zo dat er, ondanks de principes die ik net aanhaalde, af en toe vergissingen gebeuren. Maar hoe kunnen we die vermijden? Weet u, het volstaat soms dat iemand doorfluistert dat een onderzoeksrechter voor de volgende ochtend twee of drie politiewagens heeft opgeëist of dat er bij de Binnenlandse Opsporingsbrigade een briefing is geweest in aanwezigheid van een onderzoeksrechter of een substituut, om het gerucht op gang te brengen dat er een huiszoeking op til is. Op dat ogenblik is het natuurlijk kinderspel voor een journalist die over een scanner en een motor beschikt om ons te volgen naar de plek van de huiszoeking.”
TRENDS. Wordt u soms gevolgd door journalisten?
LEYS. “Vroeger was dat geregeld het geval. Er is een hele tijd een medewerker van een journalist geweest die de opdracht had om mij bij al mijn verplaatsingen te volgen en ‘actiefoto’s’ van mij te nemen. Die schaduwpraktijken niet te na gesproken, gebeurt het ook vaak dat een lek toevallig totstandkomt. Neem bijvoorbeeld twee griffiers die in de trein, niet te ver van indiscrete oren, spreken over hun agenda van de volgende dag.”
TRENDS. Een vermaard advocaat heeft ons bevestigd dat hij drie dagen vooraf werd verwittigd van een nakende huiszoeking. Is zoiets mogelijk?
LEYS. “Dat kan gebeuren. Ik heb ook al eens een huiszoeking moeten afgelasten toen ik vernam dat men er lucht van gekregen had.”
TRENDS. Die huiszoekingen verlopen ook niet altijd van een leien dakje. U kan bijvoorbeeld op het beroepsgeheim van sommige gespecialiseerde instellingen stoten. Dat was onder meer het geval bij de Commissie voor het Bank- en Financiewezen (CBF), die nog niet zo lang geleden weigerde om u bepaalde documenten te overhandigen. Kan dit beroepsgeheim tegen u worden ingeroepen?
LEYS. “De argumenten van de CBF om te weigeren die documenten te overhandigen waren eenvoudig. Ze stoelden op het principe dat de banken die onder haar controle vallen bepaalde documenten aan de CBF moeten toesturen zodat die haar controlerende taak kan uitvoeren. De banken hebben geen keuze en moeten in vertrouwen samenwerken met de CBF. Om te vermijden dat die vertrouwensrelatie aan het wankelen wordt gebracht en haar controleopdracht er nog moeilijker op zou worden, weigert de CBF de informatie die in haar bezit is vrij te geven, ook aan een onderzoeksrechter. Ik vind daarentegen dat het beroepsgeheim waarop de CBF en andere instellingen zich beroepen, moet wijken voor een gerechtelijk onderzoek. Een onderzoeksrechter hoeft zich van die wat corporatistische belangenbehartiging niets aan te trekken. Er bestaat toch nog altijd een zekere waardehiërarchie en ik ben van oordeel dat de juridische waarheid zeker de eenvoudige raderwerkjes van een controleorganisme overstijgt. Het parket-generaal heeft zich trouwens bij mijn visie aangesloten, want het heeft me de toelating gegeven om de documenten te raadplegen die in het bezit zijn van de CBF.”
TRENDS. Tegenover een onderzoeksrechter geldt dus geen enkel beroepsgeheim?
LEYS. “Uiteraard wel. Neem bijvoorbeeld het beroepsgeheim van een advocaat. Waarom is dat? Omdat dat een bijzondere waarde heeft in onze democratie. Wanneer het beroepsgeheim van een advocaat wordt doorbroken, komen de rechten van de verdediging in het gedrang.”
TRENDS. Wanneer een onderzoeksrechter een huiszoeking bij een bank uitvoert, kan men zich toch afvragen of hij dat doet om indruk op de mensen te maken. Heel wat goed uitgeruste revisoren verliezen de weg in de jungle van de rekeningen van de banken. Maar een onderzoeksrechter?
LEYS. “U mag ons niet onderschatten. Wij hebben het voordeel over de revisoren dat we precies weten wat we zoeken. Als we twijfels hebben over deze of gene operatie, vragen we geschriften en dossiers op die daarop betrekking hebben. Nog voor we bij de bank aankomen, weten we al waar de notulen van de raad van bestuur of de processen-verbaal van het kredietcomité zich bevinden; we weten hoe de indeling van de kantoren eruitziet; we weten welke personen we moeten onderscheppen, in de bank of bij hen thuis… Dat levert vrij goede resultaten op, al moet ik toegeven dat een huiszoeking ook een kwestie van geluk is, of van onvoorzichtigheid door degene waar de huiszoeking plaatsvindt.”
TRENDS. Onvoorzichtigheid?
LEYS. “Ik sta er nog altijd van versteld wanneer ik tijdens een huiszoeking bepaalde documenten gewoon terugvind op de zetel van een onderneming, ook al is het gerechtelijk onderzoek al twee of drie jaar aan de gang. Het interessante aan een huiszoeking is echter de kettingreactie die ze kan veroorzaken. Ik noem dat crisismanagement. Je merkt bijvoorbeeld onmiddellijk naar welke sectoren of activiteiten de belangstelling van de bank uitgaat. Na een huiszoeking nemen de banken bewarende maatregelen of passen ze sommige rondzendbrieven van de CBF strikter toe. Dat crisismanagement dient ook óns onderzoek door ons te wijzen op de delicate punten waar onze huiszoeking sommige zaken aan het licht of in een stroomversnelling heeft gebracht.”
TRENDS. Bij uw onderzoek doet u ook een beroep op de diensten van de belastingadministratie. In het gerechtshof zijn er mensen die denken dat die fiscale assistenten eerder worden gebruikt om geld te recupereren bij banken of verzekeringsmaatschappijen, en veel minder om witwaspraktijken tegen te gaan omdat de witwassers per definitie belastingen betalen.
LEYS. “We zouden inderdaad vaker een beroep kunnen doen op die fiscale assistenten. Maar zij staan in dienst van het parket, dat hun agenda, hun vakantiedagen en hun opdrachten bepaalt.”
TRENDS. Het is dus de schuld van het parket dat ze onvoldoende worden ingezet?
LEYS. “Dat zeg ik niet, maar u moet weten dat het parket verantwoordelijk is voor het misdaadbeleid, en de menselijke en technische middelen zijn nu eenmaal beperkt. Het is dan ook normaal dat er keuzen worden gemaakt. Het parket kan beslissen om meer aandacht aan bepaalde dossiers te besteden en andere wat af te remmen. Het is echt een kwestie van misdaadbeleid. Dat verschilt trouwens naargelang van het juridische arrondissement, wat vaak voor problemen zorgt bij de justitiabelen.”
TRENDS. Heel wat advocaten denken dat de onderzoekers die een onderzoeksrechter erop uitstuurt, worden gemanipuleerd door de fiscus die naar informatie hengelt. Klopt dat?
LEYS. “Het woord manipuleren lijkt me wat overdreven, maar het is duidelijk dat wanneer we een strafrechtelijk dossier voorbereiden met een aanzienlijke fiscale weerslag, we ook vragen om het fiscale dossier in te kijken. De samenstelling van dat fiscale dossier is niet neutraal en kan dus in het begin de invalshoek van het onderzoek beïnvloeden.”
TRENDS. Wordt u ook door de fiscus gevraagd om inzage te geven in strafrechtelijke dossiers zodat een belastingaanslag kan worden opgemaakt?
LEYS. “Dat gebeurt vrij geregeld. Zo’n vraag wordt zelden afgewezen.”
TRENDS. En de scheiding van de machten dan?
LEYS. “Die is er. Inzage in het dossier is trouwens geen voorrecht dat enkel de fiscus zou toekomen. Wanneer bijvoorbeeld een verzekeringsmaatschappij is opgelicht, is het normaal dat ze inzage in onze dossiers vraagt. Ze kan vervolgens besluiten om het zogezegde slachtoffer een vergoeding te weigeren of de ten onrechte uitgekeerde vergoedingen terug te eisen.”
TRENDS. Het gerucht doet de rond dat uw relatie met het parket niet altijd koek en ei is. Ontkent u dat?
LEYS. “Het is niet mijn taak om kritiek te leveren op het parket als korps. Ieder doet zijn werk. Er zijn inderdaad wrijvingen geweest, onder meer een aantal jaren geleden, toen mensen met kwade bedoelingen mij wilden opzetten tegen Jean-François Godbille ( nvdr – eerste substituut bij het financiële parket van Brussel). Het was wellicht een poging om een team dat lastig kon worden uit elkaar te halen. Sindsdien hebben we ons echter verzoend en werken we weer in het volste vertrouwen samen.”
TRENDS. Sommige mensen op het parket vinden u te pragmatisch. Men verwijt u dat u uw boekje te buiten gaat en deals afsluit.
LEYS. “Ik kon het uitstekend vinden met Vincent Cambier, het gewezen hoofd van het financiële parket van Brussel. Die man is een pragmaticus met respect voor de wet. Ik probeer dat ook te zijn. Maar het is waar dat ik er niet voor terugschrik om tot aan de grenzen van de wet te gaan. Ik zal alle middelen gebruiken die de wet mij geeft om de waarheid aan het licht te brengen, natuurlijk met respect voor de algemene principes en in het bijzonder dat van de evenredigheid.”
TRENDS. Is efficiëntie tot elke prijs uw hoofddoel?
LEYS. “Helemaal niet. Mijn hoofddoel is de waarheid. Klaarheid scheppen, dat is mijn taak. Ik hou van de waarheid, want ze is voor de geest wat het licht is voor de ogen. Daarom heb ik voor dit vak gekozen.”
TRENDS. Toch bent u kandidaat voor de functie van advocaat-generaal in Bergen. Is dat dan voor het geld?
LEYS. “Helemaal niet. Geld is mijn drijfveer niet. Als je rekening houdt met het kindergeld, verdien ik zo’n 112.000 of 113.000 frank netto per maand. Als advocaat-generaal zou ik misschien 15.000 netto meer verdienen. Het is niet dat kleine verschil dat mij motiveert, ook al omdat het snel zou opgaan aan de reiskosten tussen Brussel en Bergen. Ik heb trouwens nog altijd niets gehoord over mijn eventuele benoeming tot advocaat-generaal van Bergen.”
TRENDS. Er wordt gezegd dat u die benoeming wilt om naar een ministerieel kabinet gedetacheerd te kunnen worden.
LEYS. “Het is een feit dat zittende rechters ontslag moeten nemen als ze in een ministerieel kabinet willen werken, terwijl een lid van het openbaar ministerie achteraf zonder problemen terug in zijn oorspronkelijke korps kan stappen. Afgezien daarvan heb ik erg veel belangstelling voor de bevoegdheid van de parketten-generaal op het vlak van het misdaadbeleid. En in de streek van Bergen heb ik wortels.”
TRENDS. Men zegt ook dat u graag had samengewerkt met Pierre Chevalier, de gewezen staatssecretaris voor Buitenlandse Handel. Die is in Zwitserland in verdenking gesteld in een zaak rond de verkoop van een vliegtuig. Staat dat uw vriendschap met Chevalier in de weg?
LEYS. “Ik ken het dossier van Pierre Chevalier niet. Ik weet wel dat hij mijn vriend is en dat hij goed werk heeft geleverd aan het hoofd van Buitenlandse Handel. Het is een man met uitstraling en klasse. Laten we trouwens niet vergeten dat iemand die in Zwitserland door een rechter in verdenking is gesteld, enkele dagen of weken later door dezelfde rechter van alle blaam kan worden gezuiverd. In België kan dat niet. Laten we dus even wachten voor we Chevalier veroordelen.
“Het is wel waar dat een functie bij Buitenlandse Handel mij aansprak. Het is een materie die ik goed ken en waar ik vroeger in de privé-sector ervaring mee heb opgedaan.”
TRENDS. U bent een vertrouweling van vice-premier Louis Michel. Sommige mensen denken dat u hebt voorkomen dat hij iemand tot minister benoemde die in opspraak had kunnen komen.
LEYS. “Louis Michel is een vriend en daar ben ik trots op. Maar dat betekent nog niet dat ik hem zou hebben gewaarschuwd voor een bepaalde persoon op grond van vertrouwelijke informatie die ik in mijn bezit zou hebben gehad. Dat is niet gebeurd. Ik heb natuurlijk wel mijn mening of mijn idee kunnen geven over bepaalde mensen, maar dan alleen als vriend. Daar dienen vrienden toch voor?”
TRENDS. Men zegt vaak dat de beste elementen van het financiële parket de wijk hebben genomen, onder meer naar andere instellingen die met de opsporing van financiële criminaliteit zijn belast?
LEYS. “Waardevolle mensen hebben het schip verlaten, dat is juist en dat is jammer. Het zal blijven gebeuren zolang men niet binnen een horizontale loopbaan kan werken. De beste mensen zullen in de verleiding komen om het financiële parket te verlaten voor beter betaalde functies in andere instellingen. We moeten dat oplossen, zo niet krijgen we binnenkort bijna onoverkomelijke problemen om bekwame mensen te vinden.”
TRENDS. Klopt het dat er pogingen worden ondernomen om u te destabiliseren?
LEYS. “Ja, maar het is moeilijk om die manoeuvres aan één bepaald dossier te koppelen. Wel is het duidelijk dat in België iemand die dergelijke pogingen doet geen enkel gevaar loopt. Met uitzondering van de concepten ‘belediging van een magistraat’ of ‘morele kwelling’, heeft het Belgische arsenaal van wetten weinig wapens tegen dat soort van gedrag.”
TRENDS. Weet u van wie de pogingen tot destabilisatie afkomstig zijn?
LEYS. “Persoonlijk noem ik het liever intimidatie dan destabilisatie. Voor het overige heb ik inderdaad bepaalde mensen kunnen identificeren. Het is een zaak voor het parket.”
TRENDS. Hoe gebeurde die intimidatie?
LEYS. “Op verschillende manieren. Ik heb herhaaldelijk wrakingen gekregen, dagvaardingen voor burgerlijke processen voor honderden miljoenen. Ze hebben me thuis opgebeld, ze hebben zelfs mijn banden stukgesneden. Er waren ook verbale dreigementen, en dan de lasterlijke telefoontjes van Michel Kitokis aan de pers, zelfs aan mijn kinderen ( nvdr – Kitokis is een Griekse oplichter die herhaaldelijk door het Belgische en het Franse gerecht is veroordeeld).”
TRENDS. U kreeg geen bijzondere bescherming?
LEYS. “Nee, dat heb ik geweigerd. Ik heb wel een poosje een wapen gedragen, toen mijn banden waren stukgesneden en ik werd geschaduwd.”
TRENDS. Bij het KB Lux-dossier is er sprake geweest van sporen die naar privé-detectives leidden. Kan dat?
LEYS. “Men heeft mij laten volgen, dat is waar. Maar ik bezit geen gegevens waarmee ik specifieke personen ervan kan beschuldigen dat ze mij hebben laten schaduwen.”
TRENDS. Mensen als u kunnen veel deining veroorzaken. Denkt u dat er ook interne pogingen kunnen zijn om u te destabiliseren?
LEYS. “Interne destabilisatie is natuurlijk mogelijk. Men kan bijvoorbeeld gebruikmaken van de mogelijke herbenoeming van iemand in een bepaalde functie. Als je als onderzoeksrechter neutraal bent en vooral geen moeilijkheden maakt, is de kans groot dat de mensen die je evalueren geen enkel bezwaar tegen een herbenoeming hebben. Maar ben je lastig, dan zou het kunnen dat er voorbehoud wordt gemaakt. Dat voorbehoud is des te makkelijker te formuleren omdat iemand die deining veroorzaakt onvermijdelijk fouten maakt. Zelfs wanneer een onderzoeksrechter belangrijke resultaten heeft geboekt, zullen bepaalde mensen eventuele kleine foutjes gebruiken om hem te dwarsbomen.”
TRENDS. Waarom wordt het KB Lux-dossier door een Franstalige rechter behandeld terwijl de KBC toch een Vlaamse bank is?
LEYS. “Omdat de meeste mensen die in beschuldiging worden gesteld Franstalig zijn en de documenten waarop de zaak gebaseerd is in het Frans zijn opgesteld. We tellen gewoon het aantal beschuldigden. Als de meerderheid Franstalig is, wordt het dossier door een Franstalige rechter behandeld. Meer zit daar niet achter.”
Amid Faljaoui
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier