Dansen op een slappe koord
Als China zijn toegangsticket voor de Wereldhandelsorganisatie krijgt, stappen buitenlandse investeerders gezwind door de bressen in De Grote Muur. Zegt men. Een aantal Belgen liet al vroeger hun dobbelstenen rollen.
Beijing, Shanghai, Hangzhou, Guangzhou (China)
De totale markt van Nanning in de provincie Guangxi is “vier keer de Belgische”. Er vlak naast ligt de provincie Guangdong. “De markt is er twintig keer groter dan de Belgische en ook voor Suzhou is dat het geval,” argumenteert managing director Patrick Keereman van Vitamex.
De Thaise CP-groep is momenteel in China de enige belangrijke tegenspeler van Vitamex, de agro-poot uit de Seghers-groep. Maar ook Europese concurrenten betreden stapvoets het terrein. In Suzhou rijst Vitamex’ tweede joint venture in China uit de grond (een investering van 150 miljoen frank, waarin het Fonds Azië-Vlaanderen van de Vlaamse regering voor 30 miljoen frank tussenkomt). De fabriek voor premixen of voormengsels van vitamines en spoorelementen voor veevoeders, is groter dan Seghers’ eerste investering in Nanning.
In hetzelfde Suzhou rollen sedert 1996 grijperweefmachines uit Suzhou Picanol Textile Machinery Co. Ltd. In de beginfase liep het daar voor de Ieperse machinebouwer op wieltjes. Totdat zijn Chinese partner aan de overkant van de weg een kopie neerpootte, ook voor het maken van weefmachines. Weglopen met westerse technologie en business knowhow is een van de belangrijkste pijnpunten voor buitenlandse investeerders. “Het zou naïef zijn te denken dat het lidmaatschap van de Wereldhandelsorganisatie (WHO) op korte termijn meer rechtszekerheid zal brengen. Elke stap moet daarom zorgvuldig voorbereid worden, maar de concretisering moet wel pragmatisch aangepakt worden,” adviseert decaan Wilfried Vanhonacker van de China Europe International Business School (zie Trends, 26 mei 2000).
Vitamex doet in China exact dezelfde business als in Europa (het leveren van hoogwaardige concentraten), met dat verschil dat kennisontwikkeling veilig in Drongen blijft. Of ze passeert via Vitamex’ eigen sluiswachter, het Seghers Better in Life Sciences-knowhowcentrum in Hongkong, dat in rechtstreeks contact staat met Vitamex in Drongen.
Seghers’ investeringsstrategie in China is volgens Keereman stevig onderbouwd: eerst een grondige marktstudie in 1996; één jaar later een 50/50-joint venture in Nanning, maar wel met de sinds drie generaties in China ingeburgerde Edward Keller-groep uit Zwitserland; vervolgens een verkoopkantoor in Guangzhou en dan de wetenschappelijke Hongkong-antenne. Nu is er Suzhou. “Het is een huwelijk tussen sterke Vlaamse technologie en een doorwinterde Zwitserse distributeur, onder meer voor Unilever en Procter & Gamble,” aldus Keereman.
In de Hebei-provincie rond Beijing doet Seghers Genetics ook nog aan veredeling van varkens. Edward Keller Vitamex Animal Husbandery Ltd. draait in Nanning een omzet van 200 miljoen frank.
Technologie, visie en expertise,
noemt Joos Horsten de drie sleutels om het als buitenlandse KMO in China waar te maken. Horsten stippelde voor Tubes Souples, producent van aluminium-tubes in Ternat, een gelijkaardige strategie uit (zie Trends, 11 mei 2000). Nog vóór de fabriek in Xian operationeel is, heeft Tubes Souples, als toeleverancier van de lokale farma-industrie, een goed gevuld orderboek.
Voor Eonic Systems staat het succes nog niet in de sterren geschreven, maar zo goed als, denkt Ludo Van Uffelen. Het bedrijf uit Aarschot is wereldleider in de groeimarkt van ingebouwde multi-procescomputers voor allerlei apparatuur (van draagbare elektronica, zoals gsm‘s en digitale walkmans, tot controlesystemen voor satellieten). Met zijn zelf ontwikkelde geavanceerde technologie is Eonic een geprivilegieerde partner van Texas Instruments en spil van de Leuvense DSP-Valley. Deze technologiecluster ontstond rond Philips, Barco, Alcatel, Imec en een aantal spin offs.
Van Uffelen ondertekende deze maand met Shanghai Bell (Alcatel) een akkoord waaruit een Chinese kloon van de Vlaamse DSP-Valley moet kiemen. 35 Chinese ingenieurs van Shanghai Bell (Alcatel) zijn al bezig met de ontwikkeling van meerdere processoren op hun telecomsystemen. Peter Simkens, managing director van de Leuvense DSP-Valley, beseft dat ze naar de kern-knowhow van Eonic Systems en partners zullen hengelen. Maar hij vindt de timing goed: “Alle hoogtechnologische westerse bedrijven worstelen met de vraag: hoe ver kan je gaan met het blootgeven van kennis? Maar wie te lang aarzelt, verspeelt kansen aan concurrenten. Eonic heeft reeds duurzame partnerships in Japan, Zuid-Korea, India, Brazilië en uiteraard in de Verenigde Staten. Dat netwerk breiden we nu uit naar Shanghai, waar we het ook willen verdiepen.”
Virtuoso, het operating system van Eonic, zal geïntegreerd worden in de snelle ADSL-modems die Alcatel in China gaat produceren. Ludo Van Uffelen twijfelt er niet aan dat de Chinese sterrenhemel zal opflikkeren van zodra Alcatel Microelectronics in Shanghai per chip 0,25% aan royalties begint neer te tellen. Want de belangrijkste Amerikaanse, Europese, Japanse, Koreaanse en Taiwanese fabrikanten van consumentenelektronica, informatietechnologie en witgoed zitten al in China. De WHO zal dat proces versnellen. En hun Chinese concurrenten, zoals Changhong, Konka of Hailer zijn evengoed vragende partij.
Plastiflex uit Paal, één van de grootste producenten ter wereld van plooibare slangen in plastic voor bijvoorbeeld stofzuigers en andere huishoudapparaten, pikte in Guangzhou op die evolutie in met een lokale productie. En in Shenzhen, zo’n 350 kilometer verder, tegen Hongkong aan, startte Glaverbel in 1997 een fabriek voor de veredeling van extra-dun glas, dat vanuit Glaverbel Mol wordt geleverd. De lokale vraag naar glas voor LCD‘s ( Liquid Crystal Displays) die verwerkt worden in rekenmachines, horloges, gsm’s, dashboards, elektronische spelletjes en huishoudtoestellen, stijgt snel.
In China en heel Azië
eisen internationale bedrijven onderdelen van identieke kwaliteit als in Europa of de VS. Vitalo (uit de groep Trust Capital Partners), producent van thermovormen in plastic (verpakkingsmateriaal in blister voor LCD’s, chips, discdrives, medische componenten), volgde een van zijn grootste afnemers, Philips. Eerst, in 1996, naar de Filipijnen (goed voor 200 miljoen frank omzet) en sedert eind vorig jaar ook naar China (100 miljoen frank omzet). Met steun van het Azië-Vlaanderen Fonds vestigde Vitalo zich in een bounded warehouse op de Free Trade Zone van Guangzhou. “Begin 1999 deden we onze eerste prospectie, in maart 1999 kregen we onze business licence en in september begonnen we te stanzen,” zegt Wim Maes, general manager Vitalo China.
Volgende maand installeert Vitalo in Guangzhou een cleanroom omdat internationale klanten voor hun componenten uiterste precisie, zuiverheid en service eisen. Nauwelijks acht maanden na de start in Guangzhou overweegt Vitalo al een tweede vestiging in Shanghai, waar de automobielindustrie sterk staat. Bovendien moet een nieuwe Philips-fabriek in Nianjin ook beleverd worden. “We willen dicht bij de klant zitten omdat service belangrijk is. Elke week rolt er bij Philips LCD een nieuwe tool van de band en daar is telkens een specifieke verpakking voor nodig,” zegt Maes.
Voorlopig gaan verpakkingen voor Philips in Nianjin nog van Guangzhou over Hongkong naar Shanghai. Om levertijden in te korten, hoopte Maes een directe lijn te trekken tussen de vrijhandelszone in Guangzhou en die in Shanghai. “Maar elke regio in China heeft zo zijn eigen reglementen. Dit plan blijkt dus voorlopig niet te lukken. Morgen wellicht wel. Lokale autoriteiten moet je haarfijn duidelijk maken waar je naartoe wilt en hoe het project in hùn plaatje past. Dat vergt tijd, maar als het zover is, kan alles zeer snel en efficiënt gaan.” Rotsvast blijven geloven en telkens opnieuw harder proberen, is de boodschap.
ERIK BRUYLAND
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier