Daar valt over te praten

Robert Van Apeldoorn redacteur Trends-Tendances

De discussiegroepen op Internet zijn serieuzer en nuttiger dan u op het eerste gezicht zou denken. Op voorwaarde dat u zelf op ontdekkingstocht gaat.

Zin om met de lezers van The Wall Street Journal een boom op te zetten over president Bill Clinton? Geen probleem. Het blad heeft een discussiegroep op zijn Internet-site www.wsj.com. Begin dit jaar hadden al ruim 700 abonnees hun woordje geplaatst over Bill. “Ik word ziek van dit alles. Nee, ik ben niet van mening dat we moeten proberen de president af te zetten,” schrijft een lezer. “Laten we hem wandelen sturen, hij is een immoreel mens,” reageert een ander.

Op die manier herstelt The Wall Street Journal de lezersbrievenrubriek in ere en worden er thema’s opgeworpen die variëren van de justitiële problemen van Microsoft tot persoonlijke financiële kwesties. De krant maakt gebruik van een specifieke functie van het Internet die niet alleen de meest levendige en boeiende, maar ook één van de minst bekende is: nieuwsgroepen, alias newsgroups.

Ad valvas

Waarover gaat het? Over prikborden rond een bepaald onderwerp. Tienduizenden onderwerpen. Iedereen kan de berichten lezen, die volgens binnenkomst worden geklasseerd. De bezoeker heeft de keuze: het bericht louter lezen, erop antwoorden of er commentaar op geven of zelf een kwestie opwerpen. De discussie voltrekt zich niet in real time. In bepaalde gevallen is het mogelijk om, net als voor e-mail, een bestand in bijlage te verzenden: tekst, beeld of geluid. Soms worden de groepen in het gareel gehouden door een animator, die reclameboodschappen of berichten die niets met het onderwerp te maken hebben eruit gooit.

Een paar aanstootgevende anekdotes hebben de reputatie van deze forums bezoedeld, omdat sommige mensen ze gebruikten om pornografische plaatjes te verspreiden. Maar net als de telefoon en de auto kan Internet zowel schadelijk zijn als uitstekende diensten verlenen. Een aantal specialisten, van verloskundigen tot industriële verzekeraars, vindt er een zeer waardevol, grensoverschrijdend discussieforum in.

De eerste stappen

Het forum van The Wall Street Journal richt zich alleen tot de ruim 265.000 on line-abonnees, maar veel andere discussiegroepen zijn vrij toegankelijk, met alle voordelen én nadelen vandien. De groepen die grote thema’s aansnijden, trekken een groot publiek – en dat zijn dan ook de groepen waarin de meesten hun eerste stappen zetten. Het spreekt voor zich dat die discussies al snel gaan vervelen. Op de Belgische “general interest site”, met het adres soc.culture.belgium, waren eind december een paar vragen inzake de demografie van het land terug te vinden, die door een Amerikaan werden gesteld. Maar iets verder, temidden van een berg beledigingen over en weer, werden ietwat twijfelachtiger berichten aangetroffen. Wat te denken bijvoorbeeld van een advertentie waarin “jonge blonde vrouwen worden gezocht om hun anatomie uit de doeken te doen voor marketingcampagnes”? Of van een berichtje met als titel “Nieuw hedonisme”, waarin wordt uitgelegd hoe een orgasme te versterken. Voor het recept waren twee koppels en een paar naalden vereist: “De vier personen worden onderling met elkaar verbonden via slangetjes in de voornaamste aderen van de armen”.

Dit soort flauwekul brengt een heleboel mensen van streek. Voor zinvolle informatie moet u terecht bij discussiegroepen die over een veel specifieker onderwerp gaan. Er bestaan bijvoorbeeld uiterst gespecialiseerde groepen voor elk type computer en elk type programma. De makers van software, zoals Microsoft, houden zelf discussieforums om hun klanten te helpen. Die maken deel uit van de klantendienst.

Over kanker gesproken

De ex-baas van Intel, Andy Grove, legde aan het tijdschrift Fortune uit dat hij via de on line-discussiegroepen mensen had gevonden die, net als hij, door prostaatkanker waren getroffen. Hij had de forums gebruikt om een beter beeld te krijgen van behandelingen die de artsen voorstelden.

Technisch bestaan er twee grote families van nieuwsgroepen. De eerste groep, die aan belang wint, is toegankelijk via het Web: gespecialiseerde discussiesites zoals die over management die in Frankrijk is opgezet door EDF-GDF (im.edfgdf.fr/im/html/fr/Welcome.htm).

De populaire browsers, Netscape Navigator en Microsoft Explorer, dienen in de eerste plaats om websites te raadplegen en werken dus prima voor deze discussieforums. Maar zij bevatten ook een eenvoudig programma om de traditionele nieuwsgroepen, waarover je gewoonlijk hoort, te lezen. Deze nieuwsgroepen werken niet via het Web, maar via een ouder onderdeel van het Internet, Usenet. Er zijn op het Net ook gespecialiseerde Usenetprogramma’s te vinden, zoals Free Agent.

Geen catalogus, maar…

Een centrale catalogus van discussiegroepen bestaat niet. Wie zich voor het eerst aan de Usenet-forums waagt, moet doorheen een opsomming van de groepen die bij de Internet-aanbieder beschikbaar zijn. Deze laatste archiveert bepaalde groepen die zijn abonnees raadplegen en werkt deze bij. De overvloed dwingt tot een keuze: omdat er zoveel forums zijn, zenden aanbieders ze nooit allemaal door.

Op de aangeboden groepen kan u zich abonneren, zodat de berichten bij elke verbinding met uw Internet service provider worden bijgewerkt. De selectie zal dan worden gekopieerd naar de microcomputer van de gebruiker.

Discussieforums hebben een adres dat doet denken aan dat van websites. De groep soc.culture.belgium bijvoorbeeld verwijst naar een general interest-groep (samenleving) over België. Er bestaan soortgelijke groepen voor talloze landen (soc.culture.french, soc.culture.italy enzovoort). De titels van die adressen zijn min of meer genormaliseerd. Degene die met fr beginnen, zijn in het Frans, die met it zijn in het Italiaans enzovoort. Woorden als rec, sci of biz verwijzen naar respectievelijk vrije tijd en ontspanning, wetenschappen en het bedrijfsleven.

Het wonder Dejanews

Via websites is het gemakkelijker om toegang te krijgen tot groepen van het type Usenet. Het meest bekende systeem is Dejanews (www.dejanews.com), een krachtige converter, die de berichten van groepen archiveert en indexeert en omzet in webpagina’s. Door daar het woord “Sabena” in te typen, kun je zien hoe de Belgen zich eind december bekloegen over het speciale tarief tussen de VS en Brussel (en niet omgekeerd). De reacties kwamen zowel uit het algemene Belgische forum als uit gespecialiseerde groepen in het reiswezen (rec.travel.europe).

Dejanews verschaft ook wat informatie over elke discussiegroep. Het is er helemaal niet nodig om een abonnement te nemen op deze of gene discussiegroep. Als u eenmaal de gewenste groep heeft gevonden, begint u deze te verkennen, punt. In Dejanews kan u alle groepen tegelijk doorzoeken op een sleutelwoord. U kan ook groepen per categorie raadplegen met de browse groups-functie. Of u kan werken via de interest finder, waar u een belangstellingsveld aangeeft. Hoewel Dejanews het Engels als voertaal gebruikt, kunnen er zonder problemen vragen in andere talen worden gesteld.

De limieten

Toch is Dejanews wat zwakjes als het om het opvolgen van niet-Angelsaksische groepen gaat. In België volgt hij een vijftiental forums, terwijl er veel meer zijn. Wie niet tevreden is met wat hij op Dejanews vindt, moet zijn selectie maar vervolledigen via het Usenet-kanaal en het nieuwsgroepenprogramma van zijn Navigator of Explorer.

Zoals u kan verwachten, belanden er nogal wat “reclameboodschappen” in de nieuwsgroepen. Hier is het zaak de bluts met de buil te nemen en te kijken naar wat er dan wel echt besproken wordt. Er is overigens niets dat u ertoe verplicht om te reageren op een bericht in de nieuwsgroep…

ROBERT VAN APELDOORN

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content