Compagnie De Mangerie
Luxebrasserie is tien jaar in de mode.
In juli bestaat de Compagnie De Mangerie tien jaar. Sinds een decennium is de Ekerse luxebrasserie een geliefkoosde plek voor welgestelden uit de villawijken van Brasschaat en Kapellen. Compagnie De Mangerie is een initiatief van Dirk Verpooten. Nadat hij afstudeerde aan de hotelschool, opende hij Cuvée Hoeve in Brecht. Vervolgens handelde Verpooten in schoenen en textiel, en stak hij geld in autowasserijen en vastgoed. Ook kocht hij een oud huis in koloniale stijl aan de Kapelsesteenweg in Ekeren met 6000 vierkante meter grond en een vervallen loods. Deze industriële hangar werd radikaal verbouwd tot restaurant naar Amerikaans model. Het onmiddellijke succes werd toegeschreven aan de vermakelijke inrichting en ook en vooral aan de kwaliteit van de keuken. Als chef-kok werd namelijk Johan Van Raes gerekruteerd, de kok die acht jaar lang aan de overkant van de straat het sterrenrestaurant Villasdal uitbaatte. Drie jaar geleden verhuisde Compagnie De Mangerie van het industriële gebouw naar de mooie koloniale villa voor aan de straat.
De inrichting is een mengeling van een Amerikaanse ‘New England-stijl’ en een ‘Out of Africa’- sfeer, en doet ook denken aan het clubhuis van een deftige golfclub. Rond ons zaten gefortuneerde Nederlanders en Belgen. De bediening is in handen van jong personeel, keurig gekleed in colberts, witte hemden en strik onder de kin. Helaas waren de jongelui die ons bedienden nonchalant en niet altijd even vriendelijk. Er is een gevarieerde menukaart met evenwichtige, hedendaagse, zuiders getinte bereidingen, en er is een wereldwijnkaart met een bescheiden keuze kwaliteitswijnen per glas.
Wij kozen twee voorgerechten: lentesla met asperges, gerookte paling, gepocheerd ei en een dressing met yoghurt en aceto balsamico (14,50 euro) en carpaccio van sint-jakobsschelpdieren, op smaak gebracht met olijfolie, limoen, grof zeezout en gegarneerd met een sla van knolselder, veldsla en raketsla (21,50 euro). Beide voorgerechten wisten te behagen, hoewel de sint-jakobsschelpdieren van Canadese origine waren en daardoor weinig smaak hadden. Bovendien had de kok van dienst te kwistig met grof zout gestrooid. Hoofdgerechten waren: in olijfolie gebakken grietbot, een royaal stuk vis van goede kwaliteit, voorzien van gouden bakkorst en vergezeld van gestoofde spinazie en een rinse wittewijnsaus met emulsie van waterkers (25 euro). Ook was er vakkundig gebraden en zorgvuldig versneden jonge duif in bruine baksaus met dominante jeneverbessen, seizoengroenten en in olijfolie gebakken Roseval-aardappels (23,50 euro). Wij vroegen seizoenfruit met frambozencoulis, pistache-ijs en slagroom (7,20 euro). Omdat er na meer dan een half uur niets verscheen, vroegen wij waar onze bestelling bleef. Die was “blijven hangen tussen eetzaal en keuken”. Toen het nagerecht uiteindelijk kwam, was er geen geklopte room bij: die werd ingezet toen ons bord leeg was. Wij dronken die avond wijnen per glas, die van prima kwaliteit waren. Ook hier vergat men bestelde glazen te leveren en werd een gekozen witte wijn ongevraagd veranderd omdat de wijn niet meer in voorraad was. “Kluchtzakkers” noemde onze buurman het bedienend personeel weemoedig. Hij kon het weten: naast ons zat niemand minder dan de hoogbejaarde commissaris van het eens zo beroemde restaurant Vateli aan het Antwerpse Kipdorpvest.
Pieter van Doveren
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier