‘Centrale banken willen het feest niet verstoren’

De aandelen- en obligatiemarkten kijken met argusogen naar het wereldwijde economische herstel. De westerse centrale banken lijken niet bereid spelbrekers te zijn.

Volgens Piet Lammens, marktstrateeg bij KBC, zijn twee belangrijke trends bepalend voor de financiële markten: de ontgoochelende economische groei en het beleid van de centrale banken. “Zowel in de Verenigde Staten als in Europa is de economische groei de voorbije kwartalen onder de verwachtingen gebleven”, zegt Lammens. “De Amerikaanse economie hervat zich na de strenge winter, maar de Federal Reserve (Fed) heeft haar groeivooruitzichten voor dit jaar verlaagd naar iets meer dan 2 procent. Dat is niet spectaculair.”

Toch verwachten Lammens en zijn collega’s dat de VS in de tweede jaarhelft de groei optrekken tot 3 procent. De huizenmarkt herstelt, de bedrijven staan er goed voor, de gezinnen hebben hun schulden voldoende afgebouwd en ook de Amerikaanse politiek is niet langer de storende factor die ze een jaar geleden nog was.

Pas op de plaats

Terwijl de Amerikaanse economie weer op dreef komt, maakt de rest van de wereld pas op de plaats. Het langverwachte herstel van de eurozone valt voorlopig mager uit en de groei is onregelmatig verdeeld tussen de landen. Ook in Azië — in China en Japan — is er volgens Lammens nog geen sprake van een duurzaam herstel. Toch zijn de groeilanden er beter aan toe dan vorig jaar. “Veel opkomende landen hebben na de klap van vorig jaar inspanningen gedaan om hun afhankelijkheid van buitenlands kapitaal te verminderen. Die maatregelen krijgen effect en de groei komt langzaam terug”, aldus Lammens.

Dat biedt mogelijkheden voor beleggers om te investeren in obligaties en eventueel in aandelen van groeilanden. “In China is de aandelenmarkt aan het uitbodemen. Dat is een goed instapmoment. India is duurder door de verkiezingen.” Volgens Lammens kunnen exportlanden als Korea en Taiwan profiteren van de sterkere wereldwijde groei. Maleisië en Indonesië bieden ook perspectieven, maar ze zijn niet goedkoop meer.

Centrale banken

Fed-voorzitster Janet Yellen deed de markten eerder dit jaar schrikken, toen ze hintte dat haar instelling de monetaire stimuleringsmaatregelen versneld zou afbouwen. Die fout wil ze geen twee keer maken. “Hoewel de inflatie in de VS richting 2 procent oploopt, heeft Yellen deze maand laten weten dat haar instelling geen spelbreker wil zijn”, aldus Lammens.

Voorlopig zal er weinig veranderen aan het nulrentebeleid van de Fed. Hetzelfde verwacht Lammens in Europa en Japan, waar de inflatie geen probleem is en de centrale banken mogelijk nog extra maatregelen nemen. Dat is goed nieuws voor de aandelenmarkten, die de voorbije jaren hebben geprofiteerd van het goedkope geldbeleid van de westerse centrale banken. Lammens verwacht deze zomer dan ook geen onaangename verrassingen, al kunnen de lage handelsvolumes tijdens de vakantie bruuske bewegingen teweegbrengen. Dat zijn volgens hem momenten om te profiteren van de markten.

Europese aandelen

“Aandelen zijn relatief duur geworden, maar we zien voorlopig geen reden om halsoverkop te verkopen. Bovendien is het dividendrendement nog altijd aantrekkelijk”, aldus Lammens. Zijn voorkeur gaat vandaag uit naar cyclische aandelen, dividendbetalers en bedrijven die eigen aandelen inkopen.

Begin dit jaar waren Lammens en zijn collega’s overwogen in Europese aandelen tegenover Amerikaanse, omdat ze verwachten dat de winst van de Europese bedrijven dit jaar sneller groeit. De Amerikaanse bedrijfswinsten stonden al op een recordniveau tegenover het bruto binnenlands product. “Die snellere winstgroei is er in Europa niet gekomen, en de iets zwakkere euro zal de komende kwartalen maar weinig hulp bieden”, geeft Lammens toe. Vandaag hebben ze die overweging neerwaarts bijgesteld.

Zeepbel in obligaties

Voor de obligatiemarkten is de ultralage rente goed nieuws. “De zeepbel in obligaties kan nog wat meer worden opgeblazen”, zegt Lammens. “Dat betekent dat beleggers hun obligaties nog niet hoeven te verkopen.” Maar vandaag nog obligaties kopen, is volgens Lammens een garantie op verliezen, zeker voor wie kiest voor obligaties met een looptijd van vijf à tien jaar. Kortere looptijden bieden geen aantrekkelijke vergoeding meer. Hij waarschuwt ook om de kredietwaardigheid van de uitgevers niet uit het oog te verliezen. “In hun zoektocht naar rendement eindigen beleggers steeds meer bij bedrijven met een zeer lage kredietwaardigheid (BB of B-kredietrating), maar dat is een grote vergissing”, aldus Lammens. “Het risico dat een belegger neemt, moet altijd in de lijn van zijn risicoprofiel liggen.”

Lammens ziet nog potentieel in obligaties uit de groeilanden, waar de beleggers langzaamaan naar terugkeren. “Die obligaties hebben nog stijgingspotentieel, maar beleggers beperken zich het beste tot overheidsobligaties of bedrijfsobligaties van de hoogste kwaliteit.”

Spelbrekers

In het najaar worden de resultaten van de stresstests bekend waar de Europese Centrale Bank (ECB) de banken aan onderwerpt. Volgens Lammens zal dat geen grote impact hebben op de financiële markten. “De banken hebben veel tijd gehad om zich voor te bereiden. Er zijn de voorbije maanden bijvoorbeeld heel wat kapitaalverhogingen geweest.”

Volgens Lammens kunnen er correcties optreden in de koersen van Italiaanse of Spaanse overheidsobligaties, maar van een echte eurocrisis is er voorlopig geen sprake meer. “De ECB heeft voor de eurolanden tijd gekocht om hervormingen door te voeren die de groei kunnen aanzwengelen.” Op termijn zit het grote risico volgens Lammens in het uitblijven van groei en deflatie. “Zonder groei en inflatie wordt het voor de eurolanden met hoge schulden moeilijk hun schulden onder controle te krijgen.” Daardoor zou de eurozone opnieuw in het oog van de storm komen.

En dan zijn er Oekraïne en Irak. “Zulke relatief kleine geopolitieke conflicten zijn in de geschiedenis zelden bepalend geweest voor de markten. Ze komen maar sporadisch voor en hebben een tijdelijke impact.” De Russische economie blijft het aanslepende conflict in Oekraïne voelen, maar de Russische markten en de roebel hebben het voorbije kwartaal goed gepresteerd. De crisis in Irak kan wel een belangrijke impact hebben op de olieprijs. Een aanhoudend hoge olieprijs kan grote gevolgen hebben voor het fragiele economische herstel.

MATHIAS NUTTIN

“De conflicten in Oekraïne en Irak zijn niet bepalend voor de financiële markten”

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content