Brainport Eindhoven, het hightechhart van Nederland: Van ASML-chipmachines tot operatierobots van Philips
Brainport springt haasje-over met Amsterdam om de titel van snelst groeiende economische regio van het land. Door die groei is het gebied rond Eindhoven het belangrijkste cluster na Amsterdam, Rotterdam en Utrecht. In weinig gebieden in Nederland verdienen inwoners gemiddeld zo veel als in de Brainport: 58.000 euro per jaar. Waar komt die groei precies vandaan? Voor het antwoord bezochten we de vier grootste maakbedrijven in de regio: ASML, DAF, VDL en Philips.
Dat Eindhoven anders is dan andere Nederlandse steden, zie je al aan de straatkunst. Meestal verkondigen graffiti-artiesten een subversieve boodschap op de buitenmuren. Zo niet in Eindhoven. Daar bestaat straatkunst simpelweg uit een afbeelding van een broodrooster, een gloeilamp of een uitvergroot lichtknopje.
Decennialang werd Eindhoven gedomineerd door één bedrijf: Philips. In de jaren negentig kreeg de stad het zwaar. Niet alleen deed zich bij Philips een kaalslag voor, ook ging de vrachtwagenbouwer DAF failliet. Eindhoven en de omliggende regio Zuidoost-Brabant waren in die tijd economisch niet zo bijzonder. Het inkomen lag er precies op het Nederlandse gemiddelde. Maar Brainport Eindhoven, zoals de regio nu door het leven gaat, kwam ongekend krachtig terug. De term ‘Brainport’ is enigszins misleidend: hier wordt niet alleen met het hoofd gewerkt, er wordt vooral veel gemáákt. Zoals de meest ingenieuze chipmachines ter wereld.
250 vrachtwagens per dag
Zo’n 50.000 trucks per jaar produceert DAF in Eindhoven. “Toen we in de jaren negentig failliet gingen, waren we de kleinste speler in Europa”, zegt DAF-directeur Harald Seidel. Maar drie jaar na de herstart nam de Amerikaanse branchegenoot Paccar DAF over en zette de weg omhoog in. “De groei daarna is spectaculair geweest. Nu zijn we een topdriespeler.” Het bedrijf heeft in de regio 7.000 mensen in dienst. Om die enorme hoeveelheid vrachtwagens te kunnen leveren, moet DAF er elke dag zo’n 250 bouwen. Dat doet het in fabrieken op een terrein van 100 hectare aan de oostelijke rand van Eindhoven. De cabines en de wielassen maakt DAF in België en een oplegger moet je elders kopen, maar verder maakt het bedrijf álles in Eindhoven.
Toen we in de jaren negentig failliet gingen, waren we de kleinste speler in Europa. Nu zijn we een topdriespeler.’
Harald Deidel, directeur bij DAF
Des te opmerkelijker als je bedenkt dat vrijwel al die trucks uniek zijn, zegt Seidel. De ene klant wil naar Zuid-Europa rijden met zware goederen en heeft dus veel motorvermogen nodig, de andere wil alleen maar piepschuim vervoeren en kan het af met een lichter model. In de transportbranche zijn de marges laag, dus moeten trucks zoveel mogelijk op maat worden gemaakt.
Medische apparatuur
Ten noorden van Eindhoven ziet de maakindustrie er heel anders uit. Omringd door groen, en met ook veel groen op de 40 hectare grote campus, produceert Philips medische apparatuur in Best. Hoewel Philips zijn hoofdkantoor in de jaren negentig verplaatste naar Amsterdam en daarna steeds meer productie afstootte, bleef die maakindustrie behouden. Met 3.600 werknemers is Best de belangrijkste productie- en innovatielocatie van Philips, dat zich nu volledig richt op de gezondheidszorg en daarin wereldwijd een van de grootste spelers is. Het paradepaardje is de Azurion, een operatiesysteem waarmee artsen via de lies van patiënten de bloedvaten in kunnen, om bijvoorbeeld een aneurysma in het hoofd te stabiliseren of een biopt te nemen. Met de Azurions worden elk jaar miljoenen patiënten over de hele wereld behandeld, zegt Philips. Op de pakbonnen van net geproduceerde Azurions staan bestemmingen in Duitsland, Amerika en Japan.
Anders dan bij DAF worden bij Philips in Best vrijwel alle onderdelen aangeleverd. Een groot deel komt wel uit de regio. Voor wie complexe apparaten wil maken met onderdelen van derden, is de regio Eindhoven een snoepwinkel. Een Azurion heeft software nodig, hardware, chips en een ligbed – in principe allemaal te vinden in de regio.
Spin in het web
In de Brainport is de Eindhovense VDL Groep de spin in het web. Het industriële conglomeraat zorgt er niet alleen voor dat Philips een hoger niveau kan bereiken met zijn medische apparaten, het doet datzelfde voor tal van andere bedrijven. Het leverde bijvoorbeeld de elektrische motor voor de eerste generatie elektrische vrachtwagens van DAF. Maar het huzarenstukje is de samenwerking met ASML.
‘Toen we Philips ETG overnamen, werkten er 400 mensen, nu 1.100 en binnen een paar jaar waarschijnlijk 1.600.’
Wil-jan Schutte, ETG Eindhoven-directeur
De Veldhovense chipmachinefabrikant trekt de meeste eer naar zich toe voor de chipmachines die het maakt. Maar een flink deel van het werk is uitbesteed aan bedrijven in de Brainportregio. “80 procent van de onderdelen in onze machines, kopen wij zelf in”, zegt ASML-bestuurder Wayne Allan. “Vorig jaar kochten wij voor 12,4 miljard euro apparatuur in, voor 40 procent uit Nederland. En de helft daarvan komt uit de Brainportregio.”
Een van de partijen waar ASML op leunt, is VDL Groep. Dat bedrijf is vooral bekend van de auto’s die het maakt in Born (VDL Nedcar) en van zijn bussen. Maar een groot deel van de omzet haalt VDL uit werk in opdracht van derden. Dat geldt vooral voor dochter VDL ETG (Enabling Technologies Group). Die moet klanten als ASML en Philips in staat stellen de eigen producten naar een hoger niveau te tillen. VDL nam deze voormalige Philips Machinefabrieken over in 2006. “Toen we Philips ETG overnamen, werkten er 400 mensen, nu 1.100 en binnen een paar jaar waarschijnlijk 1.600”, zegt ETG Eindhoven-directeur Wil-jan Schutte, terwijl hij naast een wafer handler staat, een onderdeel van ASML’s meest geavanceerde EUV-chipmachine. De wafer handler wordt door VDL ontwikkeld en geproduceerd.
De wereld van de chipproductie is de afgelopen decennia zo ingewikkeld geworden, dat nog maar een paar partijen die aankunnen. Veel chipmakers, zoals het Eindhovense NXP, zijn vooral chipontwerpers geworden en besteden het productiewerk uit aan partijen als TSMC, het Taiwanese bedrijf dat het hart vormt van de chipindustrie. TSMC leunt op zijn beurt weer sterk op ASML.
Hechte samenwerking
Tien jaar geleden konden ASML-machines nog 3,3 miljoen transistors per vierkante millimeter printen, nu zijn dat er al 45 miljoen. Geen chipmachinefabrikant ter wereld kan tippen aan de machines van ASML. Leidt dat niet tot gemakzucht? ASML-bestuurder Allan moet lachen. “Nee, zo voelt het niet. Wij voelen een enorme druk om te blijven presteren. Het voelt alsof we de enige huisarts in het dorp zijn.” Zijn klanten staan te springen om nog meer en nog betere ASML-machines. “Wij zijn de enige ter wereld die dit op dit niveau kunnen. Als wij het niet doen, doet niemand het.” Allan zegt dan ook zonder veel twijfel: “Tot 2030 verwachten we mogelijk te verdriedubbelen in omzet en te verdubbelen in personeel.”
Het voelt alsof we de enige huisarts in het dorp zijn. Wij zijn de enige ter wereld die dit op dit niveau kunnen. Als wij het niet doen, doet niemand het.’
Wayne Allan, ASML-directeur
Een deel van die groei moet uit de Brainportregio komen. Volgens Allan is een deel van het succes van Brainport juist te danken aan die donkere jaren negentig. “Er is hier een hechte samenwerking. Bedrijven in de regio wisten toen dat ze hier samen een succes van moesten maken.”
Schutte van VDL bereidt zich al voor op die groei van ASML. VDL maakt niet alleen de wafer handler voor ASML, maar ook het vessel, het omhulsel van het hart van de EUV-machine, waar een combinatie van een ultragladde collector, een laserstraal en minuscule tindruppels zorgen voor het unieke EUV-licht. Zo’n vessel wordt gemaakt uit een massief blok aluminium van grofweg 1 kubieke meter, dat urenlang wordt bewerkt en uitgehold in een machine zo groot als een zeecontainer. Maar dat zal niet volstaan voor de nog preciezere chipmachines waar ASML aan werkt. Schutte loopt naar een nog vrijwel lege hal waar een dubbel zo grote freesmachine staat, op schokdempers die vele meters de grond ingaan. Het staat allemaal al klaar, voor als ASML zover is om de nieuwe machine te produceren. “Je moet altijd bezig zijn met wat de markt over vijf jaar nodig heeft.”
Ten goede veranderd
Wat in de Brainportregio gebeurt, is uniek, zegt ASML-bestuurder Allan. De Amerikaan kwam in 2018 naar Veldhoven. “Ik dacht dat ik een wereldburger was. Ik heb aan de west- en de oostkust van de Verenigde Staten gewoond, in Singapore, Japan en Taiwan. Maar toen ik hier kwam, was er toch een cultuurschok. De directheid hier! Iedereen geeft zijn mening. Door de platte hiërarchie komen de beste ideeën bovendrijven. Iedereen daagt elkaar uit.”
Allan is daarom ook zeer optimistisch over de toekomst van ASML en de Brainport. “Nederland kan extreem trots zijn op deze regio”, zegt hij. “Hier wordt gewerkt aan de allernieuwste technologie die cruciaal is voor kunstmatige intelligentie, de gezondheidszorg en de energietransitie. De wereld is ten goede veranderd door wat hier wordt gemaakt.”
Hoeveel Belgen werken in Eindhoven?
Dat zijn er niet zoveel, afgaand op het aantal pendelaars vanuit buitenland. Pendelaars vanuit België maken slechts 0,5 procent uit van het aantal werknemers in Eindhoven, aldus cijfers van Arbeidsmarktinzicht, het arbeidsmarktplatform voor de regio Brainport Eindhoven. Nog eens een halve procent van het totale aantal werknemers pendelt vanuit Duitsland. Bekijken we de hele regio Zuidoost-Noord-Brabant, dan stijgt het percentage Belgische pendelaars naar 1,76 procent. De voorgaande cijfers dateren van 2016. De gemeente Eindhoven heeft cijfers van 2021, maar niet over pendelaars, wel over het aantal inwoners met niet-Nederlandse nationaliteit. Op 1 januari 2021 telde Eindhoven 235.679 inwoners. Daarvan waren er 2.543, of 1,1 procent, van Belgische herkomst. De ‘Duitstalige landen’ leverden in 2,2 procent van de inwoners, of 5.296. In de voorbije tien jaar kalfden beide groepen lichtjes af. In 2010 waren de Belgen nog met 2.682, de inwoners uit de Duitstalige landen met 5.911. Tot de snelste groeiers behoren mensen uit het Midden- en Oost-Europa, goed voor 5,5 procent van het aantal Eindhovenaars. In dezelfde periode steeg het aantal Zuid-Aziaten tot 2,7 procent. Zo wordt Eindhoven in snel tempo een internationale stad. Begin 2021 was nog maar 61,5 procent van de inwoners van Nederlandse afkomst.
De erfenis van Philips
Philips is niet meer dominant in Eindhoven. Toch zitten op menige economische activiteit in de stad nog altijd de vingerafdrukken van de in 1891 opgerichte gloeilampenfabrikant. Vanuit de gloeidraden in lampen rolde het bedrijf in de röntgenbuizen, en daarmee in de gezondheidszorg. De lichtspecialisatie leidde ook tot het maken van lasers. Die kwamen niet alleen van pas bij cd-spelers, maar ook bij de productie van microchips. In 1984 richtte Philips samen met ASM International een joint venture op, ASML, die gespecialiseerd was in lithografie: lichtprojectie.
In 2003 stelde Philips zijn innovatieterrein open voor andere bedrijven onder de naam High Tech Campus. Onder meer chipproducent NXP, de Philips-dochter die in 2006 werd losgeweekt, heeft daar nu zijn hoofdkantoor. In 2016 nam Philips afscheid van de gloeilampen. Het nieuwe zelfstandige bedrijf werd Signify. In 1953 begon een medewerker van de Philips Machinefabrieken voor zichzelf: Pieter van der Leegte. Zijn zoon Wim bouwde VDL (Van der Leegte) uit tot industrieel conglomeraat en nam in 2006, 53 jaar nadat zijn vader was vertrokken bij Philips, de oude Philips Machinefabrieken over (nu VDL ETG).
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier