Beschermd tegen schuldeisers
Zelfstandigen in hoofdberoep kunnen hun privéwoning beschermen tegen professionele schuldeisers. Daarvoor moeten ze een verklaring van onbeslagbaarheid afleggen bij een notaris en die laten registreren.
De economie beleeft moeilijke tijden. De banken eisen steeds meer waarborgen als ze leningen verstrekken. Een zelfstandige activiteit houdt daardoor meer dan ooit persoonlijke risico’s in. Professionele schuld-eisers, zoals leveranciers, banken, de fiscus en de RSZ, kunnen persoonlijke goederen van de zelfstandige — ook zijn gezinswoning — via een gerechtelijke beslissing in beslag laten nemen.
Om zich daartegen te beschermen kan de zelfstandige zijn beroepsactiviteit uitoefenen in een vennootschap met rechtspersoonlijkheid, zoals een nv of een bvba. Zo creëert hij een scheiding tussen het vermogen van de vennootschap en dat van de bedrijfsleider of de aandeelhouder. Maar niet iedere zelfstandige kan of wil een vennootschap oprichten, al was het maar vanwege de kosten en de administratie die daarmee gepaard gaan.
Sinds 2007 is een wet van kracht die de privéwoning van zelfstandigen beschermt, om hun beroepsrisico enigszins te beperken. In het juridische jargon wordt gesproken over de ‘onbeslagbaarheid’ van de woning.
Zelfstandigen in hoofdberoep
De wet van 2007 beschermt alleen de privéwoning — dat wil zeggen: de woning waar de zelfstandige met zijn gezin het grootste deel van het jaar verblijft. Dat hoeft dus niet noodzakelijk zijn domicilieadres te zijn. Goed om te weten is dat de zelfstandige niet de eigenaar van de woning moet zijn om de bescherming te kunnen genieten. Het volstaat dat hij een recht van opstal of een recht op het vruchtgebruik of de erfpacht heeft. Andere woningen, appartementen of bouwgronden die hij bezit, kunnen door zijn schuldeisers wel worden aangeslagen.
Niet alle zelfstandigen kunnen aanspraak maken op die regeling. Het moet gaan om natuurlijke personen die hun zelfstandige activiteit in hoofdberoep uitoefenen, zoals handelaars, vrije beroepers en bestuurders en bedrijfsleiders van vennootschappen. Zelfstandigen die met pensioen zijn of hun activiteit in bijberoep uitoefenen, vallen erbuiten.
De verklaring van onbeslagbaarheid
De privéwoning van een voltijdse zelfstandige is niet vanzelf beschermd, hij moet daarvoor een verklaring van onbeslagbaarheid afleggen bij een notaris. Daarin moet een gedetailleerde beschrijving staan van de woning en van de rechten die de zelfstandige op de woning bezit. Bij een gemengd gebruik moet hij duidelijk vermelden hoe groot de beroepsoppervlakte is (zie kader Wonen en werken).
De verklaring wordt ingeschreven in het daartoe bestemde register op het hypotheekkantoor van het arrondissement waar de woning is gelegen. Als de zelfstandige getrouwd is, mag de notaris die verklaring enkel verlijden als hij de toestemming van de huwelijkspartner heeft. De operatie kost ongeveer 1000 euro: 500 euro honorarium voor de notaris en 500 euro registratierechten voor de inschrijving.
Zodra die verklaring is geregistreerd, kunnen schuldeisers geen beslag meer leggen op de woning. Maar er is een voorbehoud. De wet stelt dat de verklaring enkel tegenstelbaar is bij schuldvorderingen die zijn ontstaan na de inschrijving in het register. Een zelfstandige kan zijn privéwoning dus niet beschermen tegen vorderingen van schuldeisers die dateren van voor de registratie.
Niet voor alle schulden
De bescherming geldt alleen voor beroepsschulden, zoals contractuele schulden tegenover leveranciers en schulden aan banken, de RSZ of de btw-administratie. Privéschulden of gemengde schulden, die zowel professioneel als privé zijn, vallen daar dus buiten. De wet biedt ook geen bescherming tegen schulden die door een misdrijf zijn ontstaan.
Beschermd na de verkoop
Ook als de privéwoning wordt verkocht, blijft de bescherming bestaan. In dat geval is de verkoopsom onbeslagbaar, op voorwaarde dat de zelfstandige het bedrag binnen het jaar herbelegt in een nieuwe hoofdverblijfplaats. Tijdens die periode wordt de verkoopsom bewaard door de notaris die de verkoopakte van de woning heeft verleden. Ook de nieuwe woning wordt onbeslagbaar, zodra er een nieuwe verklaring met de vermelding van de herbelegging wordt ingeschreven in het register op het hypotheekkantoor. De onbeslagbaarheid kan niet worden overgedragen als de schuldeisers kunnen aantonen dat de zelfstandige zijn kredietwaardigheid opzettelijk heeft verminderd.
Het einde van de bescherming
De bescherming eindigt als de zelfstandige bij zijn notaris vrijwillig afstand doet van zijn verklaring van onbeslagbaarheid. Die opzegging geldt tegenover alle schuldeisers. Als de zelfstandige werknemer of ambtenaar wordt, verliest hij de bescherming voor de schulden die hij aangaat nadat hij van statuut is veranderd. Ook na het overlijden van de zelfstandige valt de bescherming weg.
JOHAN STEENACKERS
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier