Belgisch farmahuwelijk uitgesteld
De Belgische farma-industrie is op jacht. Solvay maakte begin vorige week bekend dat het gaat samenwerken met BMS. Interessant, maar het overnamebod dat UCB lanceerde op de Britse biotechpionier Celltech zet alles in de schaduw. Het verhoopte huwelijk tussen UCB en Solvay komt er dus niet.
In de top-50 van grootste farmaondernemingen staat Solvay Pharma (omzet: 1,8 miljard euro; onderzoeksuitgaven: 270 miljoen euro) ergens rond de 34ste plaats. UCB Pharma (omzet: 1,5 miljard euro; onderzoeksuitgaven: 210 miljoen euro) valt daar net onder. Maar de Belgische geneesmiddelenproducenten werken aan hun imago. Beide groepen hebben een hybride karakter en halen meer dan de helft van hun omzet uit chemieactiviteiten. De totale omzet van Solvay in 2003 bedroeg 7,5 miljard euro en die van UCB 2,9 miljard euro. Als het op winst aankomt, is het bij allebei echter de farmatak die de eerste viool speelt. Logisch dat beide concerns hun aandacht voor farma voortdurend aanscherpen.
De overname van Celltech is een mijlpaal in de geschiedenis van UCB. De Brusselse groep mag dan vorig jaar twijfel hebben gezaaid toen het zijn che-miepoot versterkte met de overname van Solutia, het management heeft altijd de kritiek weerlegd als zou UCB de lucratieve farma de rug toe keren. De groep met baron Georges Jacobs aan het hoofd, benadrukte altijd dat de farmatak de prioriteit bleef. “We kunnen profiteren van het hefboomeffect van de chemie of te gepasten tijde kunnen we de chemiepoot verkopen,” klonk het toen. Vandaag lijkt het management zijn beloftes na te komen: ruim 2,2 miljard euro legt UCB op tafel voor de overname van de Britse biotechpionier Celltech. Volgens analisten is dit definitief de geloofsbelijdenis aan de farma. “Het is zelfs te verwachten dat de tak fijnchemie op een dag in de etalage komt te staan,” zegt Cristophe Van Vaeck bij KBC Securities.
Lege pijplijn?
Speculatief? Wellicht wel, maar speculatie rond UCB is niet onlogisch. Het jongste decennium gold de multinatio-nal als een van de grootste successen op de Brusselse beurs. Het succes is voor een groot stuk te danken aan het fenomenale succes van Zyrtec. Dat antiallergiemiddel haalt wereldwijd een verkoop van 1,65 miljard euro, waarvan slechts 670 miljoen euro als omzet geconsolideerd wordt op de balans van UCB. De rest zijn royalty’s op verkopen van het middel door marketingpartner Pfizer, die dus op groepsniveau de marge ondersteunen. Zyrtec hoort tot het selecte groepje van absolute blockbusters. Ter vergelijking: Androgel, het grootste product bij Solvay, is goed voor een omzet van 250 miljoen dollar.
Hoewel de gemiddelde belegger nog steeds de lofzang van Zyrtec zingt, zit het product aan het einde van zijn levenscyclus. In 2007 vervalt immers het octrooi. Gevolg: er is opvolging nodig, want Zyrtec is de belangrijkste motor van de winst bij UCB. Die zou kunnen komen van Keppra, een middel tegen epilepsieaanvallen dat goed is voor 314 miljoen euro omzet. De omzet van Keppra stijgt de jongste jaren snel, maar in 2009 vervalt ook die octrooibescherming. Daarbuiten is de pijplijn volgens waarnemers leger dan het management wil laten uitschijnen. “Eigenlijk heeft UCB met Celltech de pijplijn gekocht die het nodig had,” beweert een analist.
Het sleutelproduct in de overname is CDP870, dat als ontstekingsremmer voor reumatische aandoeningen zou werken. Het middel zit al in een vergevorderd stadium van ontwikkeling (Fase III) en heeft blockbusterpotentieel (meer dan 1 miljard dollar). Voor dit product had het Britse Celltech al een akkoord met Pharmacia gesloten voor de verdere ontwikkeling. Toen Pharmacia vorig jaar werd overgenomen door Pfizer, kwam het contract echter opnieuw op de onderhandelingstafel. Die heronderhandelingen pakten verkeerd uit en Celltech moest op zoek naar een nieuwe licentiepartner. Gelukkig voor UCB, lijkt het wel.
Maar er zijn natuurlijk nog risico’s aan CDP870. Zo is het product nog niet marktrijp en zijn er al drie gelijkaardige producten tegen artritis op de markt. Met andere woorden: het zal veel kosten om daar tegenop te boksen. Maar details tonen hoe groot de verwachtingen zijn. Dat Göran Ando, chief executive officer (CEO) van Celltech, overstapte van Pharmacia waar hij als hoofd van O&O deze alliantie uitkoos, is een goed teken. Bovendien zag ook Roch Doliveux, directeur-generaal van de farmatak bij UCB, brood in de overname en hij heeft ervaring met een gelijkaardig product tegen artritis bij zijn vorige werkgever Schering Plough.
Naast het sterproduct heeft Celltech ook een aantal kankermoleculen in een vroeg stadium van ontwikkeling. “Op die manier is ook de therapeutische actieradius verbreed,” zegt van Vaeck. “Zo komt kankerbestrijding naast epilepsie en allergie in het portfolio. Volgens mij is dit een goede merger. Het is daarbij cruciaal dat ook het team van Celltech aan boord blijft.”
Geen droomhuwelijk
Het Belgische superhuwelijk tussen Solvay en UCB lijkt met de deal definitief naar het rijk der fabelen verwezen. Al jaren doet het verhaal van een eventuele merger tussen de twee de ronde. Dat zou niet geheel onlogisch zijn, omdat de familiale aandeelhouders gedeeltelijk dezelfde zijn. Maar dat droombeeld van een grote Belgische farmaspeler lijkt nu voorgoed opgeborgen. “UCB heeft zijn grote overname gedaan,” zegt Van Vaeck. “Het feit dat Solvay niet de bruid was, toont dat er redenen waren om die toenadering niet te doen.”
Bovendien was ook Solvay de jongste weken erg actief. Eerder dit jaar bracht het concern zijn farmatak onder in een Luxemburgse vennootschap. Dat moet het sluiten van deals vergemakkelijken, luidde toen de redenering. Concreet wordt een aandelenoperatie een pak eenvoudiger nu Solvay Pharma een zelfstandige entiteit is. Hoewel het wat omzet betreft groter is dan UCB, speelt de groep met hoofdkwartier in Etterbeek in een ander segment. Eigenlijk richt Solvay zich niet op de megablockbusters, maar juist op specifieke niches. Bovendien sloot het onlangs een aantal samenwerkingsakkoorden met heel grote farmaconcerns. Zo betaalde BMS alvast 10 miljoen dollar voor een licentie op SLV319, een pril product dat nog volop ontwikkeld wordt en potentieel heeft als middel tegen zwaarlijvigheid. Bij het bereiken van tussentijdse milestones zal BMS de ontwikkeling van het product verder financieren.
Die deal vat de positie van Solvay samen. De groep onder leiding van Aloïs Michielsen had eigenlijk het omgekeerde probleem van UCB: best wel een brede pijplijn, maar niet de centen om al die middelen zelf te ontwikkelen. Daarom zocht het naar een partner. En dat doet het eigenlijk nog steeds. Hoewel waarnemers de recente allianties met BMS en Wyeth juist interpreteren als een signaal dat Solvay Pharma nog best een tijdje een solokoers wil varen.
Roeland Byl
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier