BELASTING OP TWEEDE VERBLIJVEN AAN DE KUST ONDER VUUR
Een recent vonnis van de rechtbank van eerste aanleg van Brugge verklaart de belasting op tweede verblijven van de stad Oostende in strijd met het grondwettelijke gelijkheidsbeginsel. Daarmee volgt Oostende het voorbeeld van Koksijde.
Bijna alle kustgemeentes heffen een belasting op tweede verblijf en halen daarvoor diverse redenen aan. Zo verantwoordt de gemeente Koksijde die heffing met het argument dat de eigenaars van een tweede verblijf geen gemeentelijke opcentiemen op de personenbelasting afdragen — Koksijde is een van de weinige gemeenten die 0 procent gemeentebelasting toepassen –en toch meeprofiteren van de gemeentelijke nutsvoorzieningen zoals de ophaling van vuilnis, de bibliotheek en de politie. Oostende gebruikt dan weer het motief dat de vaste inwoners al via de dotatie van het Gemeentefonds geacht worden bij te dragen in de gemeentelijke uitgaven, terwijl dat voor eigenaars van tweede verblijven niet het geval zou zijn.
Oostende volgt Koksijde
Een eigenaar van een tweede verblijf in Oostende ging niet akkoord met de belasting op tweede verblijven en bracht de zaak voor de rechtbank van eerste aanleg van West-Vlaanderen, afdeling Brugge. De rechtbank zei in haar vonnis van 24 juni 2015 dat de belasting van de stad Oostende in strijd is met het gelijkheidsbeginsel. De rechtbank volgt de stelling van de belastingplichtige dat niet-inwoners door de tweedeverblijfbelasting veel meer betalen dan het overgrote deel van de inwoners via de personenbelasting betaalt, en dat terwijl de niet-inwoners wel al op gelijke wijze bijdragen via de opcentiemen op de onroerende voorheffing, ook al maken ze minder gebruik van de faciliteiten.
Daarmee sluit de rechtbank van Brugge zich aan bij de arresten de het hof van beroep in Gent en het Hof van Cassatie, die zich hebben uitgesproken over de belasting op tweede verblijven in Kok-sijde. Het verschil is dat Koksijde geen aanvullende gemeentebelasting op de personenbelasting toepast, terwijl Oostende dat wel doet.
Belangrijke precedenten
Het is duidelijk dat de belasting van kustgemeenten op tweede verblijven meer en meer strijdig wordt verklaard met het grondwettelijke gelijkheidsbeginsel. Bent u eigenaar van een tweede verblijf in een gemeente die geen aanvullende gemeentebelasting op de personenbelasting toepast zoals dat het geval is in Koksijde, De Panne en Knokke, dan kunt u de arresten van het Hof van Cassatie van 3 september 2015 gebruiken om een bezwaar in te dienen tegen de tweedeverblijfbelasting in die gemeenten. Bent u eigenaar van een tweede verblijf in de andere kustgemeenten die wel een aanvullende gemeentebelasting op de personenbelasting toepassen, dan kunt u zich beroepen op het vonnis van de rechtbank in Brugge van 24 juni 2015 tegen de stad Oostende om een bezwaar in te dienen.
Het is altijd belangrijk de gemeentelijke belastingreglementen na te kijken in verband met de reden die kustgemeenten aanhalen om de belasting op tweede verblijven toe te passen. Enkel als er een onwettig onderscheid wordt gemaakt tussen de eigen inwoners en de niet-inwoners-eigenaars van een tweede verblijf, is er kans op succes. Laat u hierbij begeleiden door een jurist of een advocaat met kennis van zaken.
JOHAN STEENACKERS
Gemeenten mogen geen onderscheid maken tussen eigen inwoners en eigenaars van tweede verblijven.
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier