Begroting is belangrijker dan DHL
De auteur is hoofdeconoom bij vermogensbeheerder Petercam.
Reacties: visienoels@trends.be
Ik vraag me af hoeveel ministers, staatssecretarissen, kabinetschefs en parlementariërs momenteel volledig benomen worden door het DHL-dossier. Te zien aan het dringen rond de camera’s na de zoveelste nachtelijke beraadslaging, zijn het er misschien meer dan er op dat moment pakjes op Zaventem worden verzet. Eigenaardig dat ministers zelf steeds langere werkweken en onbetaalde overuren presteren, maar zoiets streng afkeuren voor de andere werknemers van dit leuke land. Het is trouwens ook gebleken dat langere werktijden in de politieke sector niet ten koste zijn gegaan van het aantal bestuursjobs. Regeren is een van die zeldzame groeisectoren in ons land. Helaas biedt het model weinig kans op export (zelfs niet per luchtpost).
Bijna had ik me laten vangen om iets over DHL te schrijven in deze column. Over de te kleine toegevoegde waarde van luchttransport om de nachtrust van een hoogwaardig dienstencentrum met potentieel zoals Brussel wakker te houden. Over de manier waarop de spaghetti van Belgische bevoegdheden elke economische beslissing onmogelijk maakt. Terzijde had ik eventueel willen suggereren om de bloed- en urineproeven die onze olympische atleten moeten ondergaan, toe te passen op onze marathonpolitici, die hun eigen nachtrust in elk geval niet zo belangrijk vinden.
Het lawaai van DHL-commentaren heeft echter al genoeg andere en belangrijker gebeurtenissen overstemd, zoals de opmaak van de Belgische begroting.
Winstwaarschuwing van NV België. Weinigen hebben inderdaad opgemerkt dat de begrotingsbesprekingen intussen zijn uitgesteld. Het is zoals een bedrijf dat de publicatie van zijn resultaten uitstelt, omdat men intern nog discussieert of er een frisdrankenautomaat in de kantine moet komen.
Een begroting is belangrijk voor álle Belgen. Het is de hoeksteen en toetssteen voor elk management, of het nu van een bedrijf of een land is. Meestal worden resultaten uitgesteld omdat er iets mis is en dat is blijkbaar hier het geval. De cijfers die circuleren over het gat in de begroting zouden in beurstermen als een flinke winstwaarschuwing worden beschouwd, met een forse daling van de koers van de NV België tot gevolg.
Laten we namelijk niet vergeten dat ons management een bepaald begrotingstraject had uitgestippeld bij de intrede in de Economische en Monetaire Unie ( EMU). België maakte zijn financiële beloften op het niveau van de primaire balans (het overheidstekort of -overschot zonder de rentelasten). We hadden immers een grote overheidsschuld (vandaag nog steeds 100,7 % van het bruto binnenlands product, of dertig procentpunten meer dan euroland), waarop rentelasten moeten worden betaald. Door de intrede in de euro ging de rente sterk dalen en die rentemeevallers wou men juist opsparen om langetermijndoelstellingen te behalen. Dat moest aan de ene kant een versnelde afbouw van onze overheidsschuld garanderen, een belofte die we moesten maken om aan de euro te mogen meedoen. Aan de andere kant was het vasthouden van een gezond primair overschot de beste manier om een buffer aan te leggen voor de toekomstige vergrijzingskosten. Beide huwelijksbeloften bleven echter vrij snel aan de kerkdeur kleven.
Nadruk op andere cijfers. De CEO en CFO van ons land zijn de voorbije jaren andere cijfers in de begroting gaan benadrukken. In plaats van het primaire surplus wordt er naar het tekort gewezen. Iedereen weet dat de norm daarvoor in euroland 3 % van het BBP bedraagt en daar presteren we inderdaad goed. Zoals de onderstaande grafiek toont, is er echter een groot verschil tussen de evolutie van het totale tekort en dat van het primaire surplus. Het overheidstekort werd een klein surplus en zal volgens de recentste berekeningen van de Nationale Bank in 2005 opnieuw een deficit worden van 1 % van het BBP. Er is echter een duidelijke verslechtering geweest van de primaire balans (vóór rentelasten) en dat is net het gedeelte waar de overheid vat op heeft. Zonder ingrijpen krimpt het primaire saldo met ongeveer 4,2 % van het BBP tussen 2001 en 2005. Zonder de rentemeevallers, die voor een schuldbeladen staat als de onze belangrijk zijn, doet België het dus opnieuw slechter dan het gemiddelde van euroland. Daar bleef de achteruitgang in dezelfde periode tot 2 % beperkt. Daarbij komt dat het primaire surplus het niveau haalt van 1993, vóór de saneringsoperatie van het Globaal Plan.
Tips voor de top. Onze beleidsvoerders hebben uiteraard geen tijd om veel tekst te lezen in deze drukke dagen. Daarom hou ik het op drie eenvoudige tips voor onze top:
1. Begin met de begroting, doe de rest later.
2. Zorg dat het primaire surplus zonder eenmalige operaties opnieuw boven 5,5 % van het BBP uitkomt. Dat is een inspanning van 6,5 miljard euro.
3. Ga op tijd slapen (en uw chauffeur ook).
Geert Noels
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier