Bedrijf met 80 procent gehandicapten
Een onderneming voor tuinonderhoud, een pluimveekwekerij, moestuinen, een tuincentrum, een kruidenierswinkel, een bakkerij, een taverne… In de Ferme Nos Pilifs gebeurt er van alles. Al ruim 25 jaar werkt Benoît Ceysens met een duidelijke visie aan zijn project: mindervaliden aan een leuke baan helpen.
Wie in het kielzog van Benoît Ceysens de Ferme Nos Pilifs in het Brusselse bezoekt, voelt meteen de vastberadenheid en het engagement waarmee deze man een team van meer dan 120 gehandicapten leidt. “Hier wil ik een gebouw optrekken dat beter geschikt is om scholen te verwelkomen”, zegt hij, wijzend op een oud gebouw in plaatstaal. “En daar testen we een elektrisch voertuig dat onze tuiniers mobieler moet maken.” Wanneer we een medewerker kruisen, spreekt Ceysens hem aan: “Probleempje met de plaat voor de ingang van de garage? Ik kom deze namiddag eens kijken.” Het is zonneklaar: deze man voelt zich heel erg thuis in het vijf hectare grote domein van Nos Pilifs. Dat is logisch: hij is de stichter van deze beschutte werkplaats, waar 150 mensen werken. Een vzw, gesubsidieerd door de Franse Gemeenschapscommissie, die niet minder dan 3 miljoen euro omzet draait.
Sterke netwerker
Voor de oorsprong van de Ferme Nos Pilifs moeten we terug naar 1984. Gewetensbezwaarde Benoît Ceysens deed op dat moment zijn burgerdienst in het centrum Nos Pilifs, dat zich bekommerde om jonge gehandicapten. De naam van het centrum is een anagram van Filipson, de achternaam van deoprichtster. Ceysens’ job als leerkracht schonk hem geen voldoening meer en hij zag dat gehandicapten het moeilijk hadden om werk te vinden. Geruggensteund door de directie van het centrum Nos Pilifs kreeg hij de stad Brussel zo ver om een oud pand ter beschikking te stellen. “We begonnen met een werkloze baas – ik dus – en enkele mindervalide arbeiders”, grinnikt hij. Eerst kweekten ze wat groenten, hielden wat pluimvee en deden aan tuinonderhoud. Er werden op de boerderij ook wat goederen verwerkt en ingepakt. Maar Ceysens erkent dat het een economisch zwakke activiteit was. Beetje bij beetje zocht de sociale ondernemer professionals aan om elke tak van de Ferme Nos Pilifs uit te bouwen en jobs te creëren voor mindervaliden. De structuur kreeg vorm naarmate de baas dankzij zijn netwerk contacten legde en contracten binnenrijfde. “Dat is een van de troeven van Benoît Ceysens”, weet Marie-Caroline Collard, directrice van het SAW-B, een federatie van sociale ondernemingen in Brussel en Wallonië. “Hij is sterk verankerd in de streek en kan terugvallen op een groot netwerk, wat onontbeerlijk is bij een sociale onderneming.”
In 1990 werd een belangrijke kaap gerond: de Ferme Nos Pilifs kreeg een terrein in Neder-Over-Heembeek in erfpacht, op voorwaarde dat ze er voor 745.000 euro aan gebouwen zou optrekken voor de boerderij. Geen sinecure. Ceysens financierde een derde van het bedrag met subsidies, een derde met giften en de rest met een lening. In 1991 telde de Ferme Nos Pilifs al vijftig medewerkers (waaronder veertig mindervaliden). En de zaken werden almaar gestructureerder en professioneler aangepakt. Behalve een taverne komt er ook een tuincentrum bij en een kruidenierswinkel/bakkerij met de nadruk op biologische en ecologische producten.
Hulp bij de belastingaangifte
Momenteel zijn tuinonderhoud en de verwerking van goederen elk goed voor 30 procent van de omzet, die in 2010 opliep tot 3 miljoen euro. Het tuincentrum neemt 15 procent voor zijn rekening, de rest komt van de kruidenierswinkel, de taverne en de kinderboerderij. Maar met zeven ploegen tuinmannen is het onderhoud van groenvoorzieningen de speerpunt van de boerderij, die op volledig natuurlijke wijze tuiniert en bovendien speciale technieken beheerst zoals de aanleg van groendaken. “De kruidenierswinkel is de meest recente activiteit en draait nu bijna break-even”, aldus Ceysens. “Maar het is erg zwaar om zo’n business op te starten als je geen professionele handelaar bent.”
Al moet het gezegd dat het aspect rentabiliteit voor Benoît Ceysens toch iets minder zwaar doorweegt dan voor de baas van een traditionele kmo. Hoewel de Ferme Nos Pilifs functioneert als een onderneming (met een arbeidsreglement, prikklok en een vakbondsafvaardiging), wil ze wel blijk geven van verdraagzaamheid en flexibiliteit. En aangezien de werknemers een handicap hebben, ligt de productiviteit uiteraard iets lager. “Er wordt hier veel meer materiaal gebroken dan elders”, geeft de baas toe. “En je kunt van mindervaliden ook niet eisen dat ze even snel en efficiënt werken als personeelsleden zonder een handicap.”
Bovendien heeft elk ploeg omkadering nodig door een monitor of ploegbaas (al dan niet met een handicap). Ceysens, die overigens voorzitter is van de Brusselse Federatie van Beschutte Werkplaatsen, mag dan volhouden dat hij het even goed wil doen als eender welke andere onderneming, hij houdt er ook rekening mee dat er nood is aan een sociaal evenwicht: elke werkpost moet worden aangepast, de boerderij heeft een ergotherapeute in dienst en men gaat heel ver in het zoeken naar oplossingen voor de werknemers. Zo vult de boekhouder van de Ferme Nos Pilifs bijvoorbeeld voor een zestigtal arbeiders de belastingaangifte in. “Wij nemen ook vaak contact op met de huisbaas van een personeelslid als er een probleem rijst”, zegt Ceysens.
Nieuwe ideeën helpen groei
De lagere productiviteit wordt ge-compenseerd door subsidies van 2,5 miljoen euro. Die kunnen ze goed gebruiken in deze harde tijden: de verwerking van goederen – tot nu toe een winstgevende activiteit – boert duidelijk achteruit. “Gelukkig heeft Benoît Ceysens een heel goed zicht op de zaken”, zegt Marie-Caroline Collard. “Hij heeft iets van een visionair. Hij heeft volop ingezet op bio en duurzame voeding.” De boerderij is inderdaad opmerkelijk vroeg gestart met biologische groenteen fruitmanden en met de aanleg van groendaken.
En aan ideeën is er geen gebrek: met een rondrijdende kruidenierswinkel zou men bijvoorbeeld een aantal industriezones kunnen aandoen en zo de volumes van de kruideniersactiviteit opvoeren. Tegelijk ligt er een communicatieplan ter studie om meer ruchtbaarheid te geven aan de activiteiten van de boerderij. Want Benoît Ceysens zal pas écht gelukkig zijn als hij 150 gehandicapten aan een job heeft geholpen. Nog dertig te gaan dus.
CHRISTOPHE CHARLOT
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier