Asiel en werk
De toevloed van asielzoekers dwingt de regering-Verhofstadt tot maatregelen die in het Amerikaanse stadje Utica al jaren van toepassing zijn. Trends ging kijken. De aanpak van burgemeester Edward Hanna lokt The New York Times, Wall Street, Forbes en Duitse tv-stations.
Utica, New York (VS)
Elke dag vindt de rijkswacht langs de Belgische snelwegen Kosovaren of migranten die beweren dat te zijn. Met het einde van de Kosovo-oorlog is de vluchtelingenstroom niet opgedroogd. Het totaal aantal geregistreerde aanvragen van asielzoekers in België is in augustus bijna verdubbeld ten opzichte van juli: van 2774 tot 4347, van wie 40% “Kosovaren”.
Per maand werden in België tijdens de eerste jaarhelft gemiddeld 230 illegale migranten opgepakt. In de maand augustus alleen steeg dat aantal al tot 1420. En sindsdien komen er wekelijks honderden bij.
Alle opvangcentra zitten vol.
“Het is een zelfvoedend systeem geworden, het ontradingseffect is nihil”, zegt een hoofdverantwoordelijke bij Vreemdelingenzaken. “Als ze weigeren te vertrekken, nadat hun aanvraag op grond van de Conventie van Genève niet ontvankelijk is verklaard, kunnen asielzoekers tot zes maanden verblijven in een van de zes gesloten opvangcentra van het land. Nadien wordt hen gevraagd het Belgisch grondgebied binnen de vijf dagen te verlaten, maar de overgrote meerderheid duikt in de illegaliteit. Ten prooi aan uitbuiting en mensenhandel. Ze zijn uit het gezichtsveld, maar daarom is het probleem niet opgelost. Integendeel.”
In het Amerikaanse landelijke stadje Utica, op zo’n 400 kilometer van New York, herinneren Sabina Bajiz en Negra Hadzic zich hun hopeloze situatie in Duitse opvangcentra. Anderhalf jaar geleden kwamen ze terecht in Utica. “Na Dayton ( nvdr.- het vredesakkoord voor Bosnië van december 1995) móesten we daar weg. Als mens valt dat zwaar, mijn zoon is in Duitsland geboren. In de VS krijg je van bij de aankomst uitzicht op burgerschap. Ondanks de harde realiteit om zo vlug mogelijk op eigen benen te staan, is dat psychologisch een groot verschil. Ook al moet je nog vijf jaar wachten op de Amerikaanse nationaliteit”, vertellen de twee jonge Bosnische vrouwen. Hun man werkt als vrachtwagenchauffeur of in de fabriek, terwijl Sabina en Negra een Bosnisch infoprogramma verzorgen bij een commerciëel radiostation.
Burgemeester Edward Hanna van Utica verwelkomt vluchtelingen met open armen: “Méér immigranten zorgen voor meer vitaliteit en economische groei”, zegt hij. “Het verschil met het Europese asielbeleid zit in het woord immigrant“, merkt hij op, wijzend op het belang van de woordkeuze, wat zich vertaalt in een fundamenteel verschillend opvangbeleid. De Europese verzorgingsstaten gebruiken het eufemisme migrant: daar spreekt nog de hoop uit dat de persoon terugkeert. Of men verkiest allochtoon, dat een beetje synoniem is voor “slachtoffer”.
Direct werk
“Werk is het belangrijkste middel tot integratie”, zegt Gina Kellogg, Employment Director van het Mohawk Valley Resource Center for Refugees (MVRCR) in Utica. “De immigranten kosten de stad, algemeen bekeken, geen frank. Ze nemen geen jobs of belastingsgeld af. Neen, ze scheppen jobs, beginnen een fast food of een winkeltje en betálen belastingen”, beklemtoont de burgemeester. “Er zijn zelfs bedrijven die hier investeren omdat ze deze sterk gemotiveerde werknemers waarderen.”
Hanna stelt de nieuwkomers of bedrijven die vluchtelingen tewerkstellen – voor één symbolische dollar of één jaar zonder huur – gebouwen ter beschikking. Panden die vorige eigenaars laten verkommeren of waarop geen belasting meer betaald is. Voorwaarde is dat de nieuwe gebruiker ze opknapt (zie kader: Stadskankers).
Ramo Libic begon op die manier de kruidenierszaak International Grocery Lira Trade en in een leegstaand bankgebouw startte Apac Inc. een callcenter. “Er werken daar nu 800 mensen, hoofdzakelijk refugees.” Elders in de stad kwamen er supermarkten met haast uitsluitend Bosnisch personeel. Zo kreeg Utica er in de voorbije drie jaar bijna 4000 banen bij. “Ook de vakbonden begrijpen dat Utica daar op lange termijn wel bij vaart.”
Door het lage minimumloon
en de soepele vestigingsvoorwaarden voor kleine bedrijven is de Amerikaanse samenleving beter ingericht op immigratie dan de West-Europese. “Zo’n 85% van de asielzoekers heeft binnen de zes maanden een baan,” zegt Gina Kellogg. Dat is niet alleen zo in Utica, maar in heel de VS. “Immers, wie dit gemiddelde niet haalt, krijgt als volag – voluntary agency – geen vluchtelingen meer toegewezen door de overheid”, voegt Richard Sessler, Executive Director van MVRCR er aan toe.
Voluntary agencies
of “volags” zijn erkende vrijwilligersorganisaties die jaarlijks bij de bevoegde federale instanties een quotum vluchtelingen kunnen aanvragen. Ze zijn belast met opvang en begeleiding van de asielzoekers. Er zijn een tiental volags, opgericht door protestantse, katholieke of andere churches en door andere privé-initiatieven. Die volags beheren een vijftigtal opvangcentra, verspreid over de verschillende staten van Amerika. Hun werkingsmiddelen zijn voor de helft privé-bijdragen en worden aangevuld met federale subsidies van het Office of Refugee Resettlement. Indien ze niet voldoen aan de criteria, onder meer qua efficiëntie bij de inschakeling van nieuwkomers in het arbeidscircuit, verliezen ze hun subsidies. De vzw MVRCR in Utica is een lokale vertegenwoordiging van de volag Lutheran Immigration and Refugee Service in New York.
Kellogg: “De praktijk van een baan is de beste taalles en sluis tot integratie. Elke asielzoeker is verplicht de job aan te nemen die we hem aanbieden. We proberen uiteraard, in samenspraak, een baan te vinden die hem ligt. Maar we maken hem of haar ook duidelijk dat hun eerste job niet de laatste hoeft te zijn.”
Bij het MVRCR moeten asielzoekers 30 uur per week, gedurende drie maanden, Engelse les volgen. Er zijn ook computerklassen. “In de Job Club maken we hen vertrouwd met solicitatieprocedures en leren we ze hoe bedrijven hier functioneren. In de beginfase wordt elke asielzoeker gevolgd door een job coach onder het motto we are always here for you, but you must learn to rely on yourself.” Wie daar niet in slaagt, zal geconfronteerd worden met het meedogenloze Amerikaanse justitieapparaat: gevangenis of teruggestuurd worden.
Eigenwaarde
Burgemeester Hanna wil Europa geenszins de les spellen. “De situatie is verschillend” (zie kader: Vergelijkbaar?). Toch meent hij dat het Europese opvangbeleid de immigrant weinig reden geeft om trots te zijn. “Men mag het initiatief dat aan een verhuizing naar een vreemde cultuur voorafgaat niet miskennen. Vastgevroren regeltjes van de verzorgingsstaat fnuiken al te vaak de binnenreizende economische inventiviteit. Wij hebben daar andere opvattingen over. Omdat alle Amerikanen immigranten en pioniers geweest zijn”, lacht hij. Hanna is zélf van bescheiden Libanese komaf en stampte vier ondernemingen uit de grond.
Voor asielzoekers die zelfstandig willen ondernemen kan MVCRC-directeur Sessler terecht bij het Micro-enterprise Center in New York, een privé-organisatie die starters begeleidt en een beroep kan doen op federale grants, of goedkoop “zaaigeld” ter beschikking stelt. Zo startten Avlim Tricic en Sulejman Serearevic elk een bouwonderneming en Sanel Grozdanic startte een Bosnisch restaurant. Overdag werkt Sanel in een staalkoordfabriek, ‘s avonds staat hij met zijn vrouw in de zaak. De Moldaviër Nikolay Dralyuk, die twee jaar geleden aankwam, werd door het Refugee Micro-enterprise Program uitgeroepen tot Entrepreneur of the Year, meldt de lokale krant Observer-Dispath. Dralyuk startte een metaalatelier, met een grant van de private vzw Trickle Up Program.
Voor teenagers van 16 tot 20 jaar bedacht de burgemeester Green Teams om de stadsparken te verfraaien en te onderhouden: “Het bevordert de taalkennis en de integratie. Zo brengen we jonge immigranten fierheid bij over hún stad. And pride it’s contagious.”
Melting pot
“Een succesvolle integratie is in de eerste plaats een kwestie van jobs. Asielzoekers moeten heel vlug hun eigen centen verdienen en daarmee eigen spullen kunnen kopen. Ook dát is eigenwaarde en de beste remedie tegen extremisme en gettovorming,” zegt Judy Windfield, Community Relations Director. Ze ziet geen “problemen” ontstaan met de Bosnische moslims. Hen wordt bijgebracht dat ze hun godsdienst en tradities in privé voluit kunnen beleven as long as it does not interfere with business. “Daar ligt de grens. Bedrijven zullen nooit productielijnen stilleggen voor het moslimgebed.”
Het MVRCR onthaalt zo’n 1000 nieuwkomers per jaar. “Het zouden er méér kunnen zijn, maar de community zou het niet kunnen verwerken”, zegt directeur Sessler. Hij stelt dat Utica met zijn 64.000 inwoners, van wie meer dan 10% recente vluchtelingen, nog evenveel immigranten kan opnemen als er inwoners zijn. “Maar immigratiedrempels zijn noodzakelijk voor de verwerking van de nieuwkomers.”
Er heerst volgens Patrick Corbett van de Observer-Dispath in Utica geen animositeit tegen de Bosnische, Russische, Vietnamese of Birmaanse vluchtelingen, ook al hokken ze meestal samen in buurten. “Iedereen heeft zijn kerk of tempel. Utica heeft twee moskeeën. Het vroegere little Italy is nu little Bosnia geworden, maar na twee of hooguit drie generaties werkt de melting pot“, verzekert Windfield.
De nieuwkomers krijgen pas stemrecht – ook op gemeentelijk niveau – vijf jaar nadat ze de nationaliteit verwierven. “Nationaliteit en burgerschap zijn een commitment“, benadrukt Sessler.
Burgemeester Hanna is overtuigd dat Turken, Marokkanen of Afrikanen even welkom zouden zijn. “Het zou misschien wat minder vlot verlopen, maar Utica zou ze op dezelfde manier opnemen.” Sessler verwijst naar andere steden en staten: ” Iowa, een van de meest conservatieve staten, heeft duizenden Ethiopiërs succesvol geïntegreerd. Zij houden er de hele vleesindustrie draaiende. Of Fresno in Californië, waar Mongs, een traditioneel bergvolk uit Laos en Vietnam, probleemloos via de volags geassimileerd zijn. De melting pot doet het nog steeds. And we push to keep it working.”
ERIK BRUYLAND
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier