Antwerpse bescheidenheid als lokmiddel

Over twee jaar verhuist de Antwerp Management School. Die verhuis moet de pragmatische identiteit van de oudste MBA-fabriek van Vlaanderen benadrukken. “Misschien atypisch voor Antwerpenaren, maar we proberen niet te arrogant te zijn”, lacht voorzitter Christian Leysen.

Met meer dan 2000 studenten per jaar is de Antwerp Management School (AMS) uit haar gebouw gegroeid. Bovendien heeft de Universiteit Antwerpen, de peterinstelling van de businessschool, plannen om de locatie een andere bestemming te geven. “Beide elementen maken dat we op zoek moesten naar een ander pand”, vertelt decaan Paul Matthyssens.

Dat pand vond AMS aan het Mechelseplein in Antwerpen. Het gebouw staat al een tijdje leeg. Naar verluidt was er veel interesse van projectontwikkelaars, maar verkoos het stadsbestuur voorrang te geven aan Antwerp Management School vanwege de maatschappelijke impact. Een campus laat de binnenstad leven, was de redenering. Normaal wordt het gebouw ergens halverwege 2018 opgeleverd. Het OCMW verleent een erfpacht voor 99 jaar. Prijskaartje van de operatie: ruim 10 miljoen euro.

Groeien en toch verkleinen

De campus krijgt een nieuwbouw op 4300 vierkante meter, een binnentuin en een dakterras van 1400 vierkante meter. Bovendien zit er ook 2600 vierkante meter in een gerenoveerd gedeelte dat als erfgoed wordt beschermd. Met een oppervlakte van 9220 vierkante meter is het nieuwe gebouw iets kleiner dan de huidige campus. Groei was toch een reden om te verhuizen? Matthyssens: “We gebruiken de beschikbare ruimte efficiënter. Het gebouw is ook duurzamer. Als de noden veranderen, kan de inrichting worden aangepast.”

“De tijd van de grote en middelgrote aula’s is voorbij”, benadrukt Christian Leysen, de topman van Ahlers en voorzitter van de raad van bestuur bij Antwerp Management School. “Het leren van morgen heeft andere infrastructuurvereisten. Vandaag wordt in kleinere groepen gewerkt. Een businessschool heeft meer kleine ruimtes nodig, met overal technologische infrastructuur.”

Voeg daaraan toe dat het aantal studenten onder andere door de internationalisering fors is toegenomen en de nood aan meer lokalen wordt vanzelfsprekend. Matthyssens: “Maar dan wel kleinere lokalen waar tv-schermen en technologie om te communiceren aanwezig zijn. Leren gebeurt veel meer online. Op de campus draait het vooral om coachingsessies. Daarvoor heb je geen schoolbanken in een aula nodig.”

Kiezen voor stadscentrum

Het nieuwe pand van AMS ligt midden in het stadscentrum. Voor een school die onder haar studenten heel wat executives van bedrijven telt, is dat een opvallende keuze. Een nieuwbouw aan de stadsrand was gezien de verkeersknoop in Antwerpen misschien ook een optie? “Wij leveren een bijdrage aan de stadsontwikkeling”, reageert Leysen trots. “We willen bovendien liever in het centrum van de stad zitten dan in een nieuwbouw aan de rand. Je hebt in de buurt van het Mechelseplein zowel het Elzenveld als de Arenbergschouwburg. Als we een groot auditorium nodig hebben, kunnen we uitwijken naar die zalen. Bovendien zijn in de buurt genoeg betaalparkings.”

Met het oog op de internationalisering is de keuze voor het stadscentrum bovendien relevant. De voltijdse masterstudenten van AMS komen uit 38 landen. Voor hen is het belangrijk in het stadscentrum te zitten. “Voor de executiveprogramma’s gaan we steeds vaker op locatie”, weet Matthyssens. “Daarvoor maakt het minder uit, maar we zijn blij dat onze thuishaven ingebed zit in het stedelijke, culturele en economische weefsel van de stad.”

Als bedrijfsleider hecht Leysen belang aan het imago-effect van de locatie. “Voorheen was onze naam Universiteit Antwerpen Management School. Het is niet dat we afstand wilden nemen van de universiteit, maar we hebben onze naam verkort tot Antwerp Management School. Op die manier benadrukken we de koppeling met de stad als havenstad, internationale handelsstad en incubatiecentrum voor nieuwe ondernemingen. Dat is behulpzaam bij internationale promotie. We hebben dat gemerkt door de afgelopen jaren mee te gaan met handelsmissies.”

Niet bang van digitalisering

Het aantal studenten stijgt. AMS doet het niet slecht in internationale rankings. Tegelijk groeit de competitie van de internet-MBA’s. Matthyssens: “We omarmen die digitalisering voor een stuk. Wij zijn niet bezig met massive online open courses, maar kiezen voor blended learning. Wat je thuis kunt doen, daarvoor hoef je niet naar de school te komen. Je komt naar onze lokalen voor die dingen die je thuis niet kunt doen. En dat is interactie, discussies, gecoacht worden. Zulke dingen.”

“Digitaal leren gaat snel, maar blijkbaar vergeet je die kennis ook sneller”, relativeert Leysen. “In een ideale wereld gebruik je technologische middelen, maar om kennis echt op te slaan moet je er nog iets extra’s mee doen. Vroeger ging je naar de les om informatie op te nemen en maakte je thuis oefeningen. Nu is dat omgekeerd. Voorbereiden, lezen… dat kan allemaal thuis en online, maar de toegevoegde waarde van een managementschool zit in de interactie die kennis verankert als vorming. Dat gebeurt niet enkel met lesgevers, maar ook tussen studenten onderling. En juist daarom is de internationale dimensie zo belangrijk. We hebben dan ook meer en meer multicampusprogramma’s, waar de leerervaring over verscheidene universiteiten wordt gespreid. Leren door te communiceren en te ontmoeten, wordt belangrijker.”

De nieuwe campus profileert zich als een ontmoetingsplek. Dat moet zichtbaar worden in de architectuur met de open binnentuin en de dakterrassen, maar net zo goed in het overtal van meeting rooms. “Bovendien ligt StartupVillage aan de overkant”, benadrukt Matthyssens. “Dat is slechts een van de diverse initiatieven rond start-ups in Antwerpen. We installeren geen incubator, maar willen wel een ontmoetingsplaats zijn. Wij zijn een stichting van openbaar nut, met een maatschappelijke en een economische functie.”

De mens als maatstaf

De concurrentie zit niet enkel op het internet. Insead, Vlerick, Rotterdam… al die MBA-fabrieken liggen niet ver van elkaar. Vreemd genoeg lijkt AMS niet meteen op prestigieuze bakstenen in te zetten als wervingsmiddel, ook al scoort de school goed in internationale rangschikkingen. “Kennis is voor ons maar de basis”, zegt Matthyssens. “Wij zijn kleiner dan heel wat van onze concurrenten, maar we hebben eigenheid. Daar krijgen we ook erkenning voor.”

Die eigenheid schuilt in een erg humanistische visie. “Voor ons is de mens belangrijker dan een visitekaartje”, zegt Leysen. “Persoonlijke ontwikkeling wordt in het bedrijfsleven belangrijker. De inhoud primeert op de buitenkant. Dat principe passen we ook toe op ons gebouw. We mikken daarbij eerder op een praktische en modulair inzetbare binnenkant dan op een prestigieuze buitenkant. ‘In der Beschränkung zeigt sich der Meister‘, zei Goethe al. Het is de filosofie en de basis van het succes van onze school.”

Roeland Byl, fotografie Franky Verdickt

“Digitaal leren gaat snel, maar blijkbaar vergeet je die kennis ook sneller”