Afval is efficiënter dan wind

Het Antwerpse Thenergo wil uitgroeien tot een Europese producent van alternatieve energie op basis van biomassa. Met de Boerenbond (5,5 %) als nieuwe industriële partner versterkt het zijn aanvoerstroom van grondstoffen.

Wij produceren meer energie (warmte + elektriciteit) dan alle Belgische windmolens samen”, zegt Kurt Alen, gedelegeerd bestuurder van Thenergo. Met 190 medewerkers en een jaaromzet van 20,8 miljoen euro is het Antwerpse energiebedrijf – gespecialiseerd in biomassa – een klein broertje in de sector, maar het overtreft de anderen in rendement. In 2007 steeg de nettowinst van 68.000 tot 858.000 euro. In 2011 hoopt de onderneming – nummer 65 en enige Belg in de internationale top 100 van milieuvriendelijke bedrijven van het tijdschrift European Business, het tijdschrift van de financiële zender CNBC (VS) – meer dan 200 miljoen euro omzet te halen.

Alen: “Eén biomassacentrale van 1 MW levert drie- tot viermaal meer energie op dan een windmolen met gelijkaardige capaciteit. Als we onze huidige investeringsplannen uitvoeren, zullen we tegen 2012 naar schatting 3200 GWh groene stroom en 3500 GWh thermische warmte produceren – voldoende om een miljoen gezinnen te bevoorraden. Eind 2007 leverden onze 22 sites met 63,3 MW aan geïnstalleerd vermogen 505 miljoen kWh elektriciteit op. Dat is het equivalent van een 100-tal windmolens. Bovendien draaien biomassacentrales permanent en zijn ze dus efficiënter. Ons streefdoel is een van de vooraanstaande bedrijven in de hernieuwbare energiesector te worden. Met de intrede van de industriële partner Agri Investment Fund (AIF) zal dat zeker lukken. De financiële holding van de Boerenbond investeert 10 miljoen euro in onze groep – goed voor 5,5 % van de aandelen.”

Dankzij de overheidssteun zit groene stroom in de lift. Maar de topman van Thenergo maakt zich sterk dat zijn bedrijf zelfs zonder de groenestroomcertificaten zou overleven. Alen: “Wij zijn actief in de hele keten, van grondstoflevering tot verkoop van het eindproduct. Zo haalt de ene dochter (Leysen uit Turnhout) afvalstromen op die als brandstof voor onze energiecentrales gebruikt worden, terwijl de andere dochter (Thenergo E-Operations) de geproduceerde elektriciteit op de beurs (Belpex en APX) verkoopt. Bovendien onderzoeken we de mogelijkheid om op termijn rechtstreeks emissierechten te verhandelen. Zo generen we minstens 20 % extra inkomsten.”

Alleen de administratieve rompslomp om een project van alternatieve energie in ons land te kunnen opstarten, blijft een doorn in het oog. Alen: “Maar alle concurrenten kampen met dit probleem.”

Geen ‘Flamand de service’

Bij de vrijmaking van de Europese energiesector in 2002 richtte de Vlaamse ingenieur Ludo Candries een vennootschap op om projecten in warmtekrachtkoppeling met biomassa te ontwikkelen. Hij kreeg snel financiële steun van Niko, de bekende producent van schakelaars uit Sint-Niklaas.

Met het oog op internationale expansie sloot het jonge bedrijf eind 2005 een samenwerkingsverband met het Franse Theolia. De beursgenoteerde groep uit Aix-en-Provence – gespecialiseerd in windenergie – nam de meerderheid in het bedrijf, wijzigde de naam in Thenergo en trok een professionele manager aan om een ambitieus businessplan te schrijven: Kurt Alen. Tegen 2015 wil de voormalige topman van RPM International een Europese speler in de productie, de ontwikkeling en de verkoop van hernieuwbare energie uitbouwen. Voor de financiering haalde hij in juni 2007 niet minder dan 70 miljoen euro op via de Alter- nextbeurs in Parijs. De beurskapitalisatie bedraagt nu 170 miljoen euro. Het aandeel kost zo’n 10,5 euro.

Na de overname van Polargen, actief in de ontwikkeling en het beheer van installaties voor warmtekrachtkoppeling in de tuinbouwsector, kocht Thenergo in september 2007 de Groep Leysen voor 56 miljoen euro. Deze specialist in de ophaling en verwerking van organisch afval uit Turnhout moet voor de aanvoer van de nodige grondstoffen zorgen. Het wederzijdse enthousiasme is groot. Alen: “Afval wordt een belangrijke grondstof voor de opwekking van energie. Hierbij speelt de logistiek een belangrijke rol. Yves Leysen kent de knepen van dit vak als zijn broekzak. Bovendien gelooft hij in ons concept van geïntegreerde projecten.” De voormalige topman van de afvalverwerker Watco (nu Sita) is inderdaad een oude rot in het vak. Na de verkoop van zijn familiebedrijf aan Fabricom (Electrabel) eind jaren negentig, lag de stille Kempenaar mee aan de basis van de groei van Watco tot een van de grootste milieubedrijven in Europa.

Maar na een dispuut met de Franse aandeelhouder Suez begon Leysen opnieuw van nul in eigen streek. Naast een tijdelijke zijsprong naar Flandria – de bekende rederij uit Antwerpen, die nu in handen is van Brabo – zit zijn Polder Investeringsfonds in de bouw (Brebuild) en hernieuwbare energie. Als voorzitter van Vlaamse Ecologie Energie Milieu Onderneming (Vleemo) bouwt Leysen voor Nuon het windmolenpark in de Antwerpse haven. In Thenergo – waar hij met 10,1 % de op een na grootste aandeelhouder is – staat de Kempenzoon in voor de aanvoerstromen. Toch vreest de voormalige ‘Flamand de service’ van Watco geen herhaling van het drama rond de milieupoot van Fabricom, die uiteindelijk de duimen moest leggen voor het Franse imperialisme van Suez.

“Ik heb daar het volste vertrouwen in”, zegt Leysen: “In de eerste plaats heeft de Franse referentieaandeelhouder maar 27,4 % van de aandelen. Bovendien houdt Theolia zich uitsluitend met windenergie bezig. Ten derde is de hoofdzetel van Thenergo in Antwerpen gevestigd en bestaat het management van het bedrijf voornamelijk uit Vlamingen – naast twee Duitsers en een Nederlander – die bijzonder goed met elkaar kunnen opschieten. Je kunt de situatie dus niet vergelijken met Watco uit de vorige eeuw. Met onze gezamenlijke kennis kunnen wij een belangrijke rol spelen in de productie van groene stroom uit biomassa en afval. Ik heb veel geleerd uit het verleden en zal de fouten van toen niet meer maken. Thenergo gaat een bloeiende toekomst tegemoet. Aan ons succes twijfel ik geen seconde.”

Er is volgens de topman van Vleemo ook geen sprake van een belangenconflict met de Franse referentiehouder. Leysen: “De scheiding is duidelijk. Thenergo richt zich uitsluitend op de conversie van biomassa naar energie, terwijl Vleemo zich concentreert op de ontwikkeling van windmolenparken.”

“Leysen is altijd heel open en transparant geweest”, bevestigt Alen: “Wij weten perfect waar ze mee bezig zijn. Zo heeft Vleemo aan Theolia voorgesteld in het Antwerpse project te stappen. Maar de Fransen zijn niet op het aanbod ingegaan, omdat zij met grotere projecten – zoals de bouw van windmolenparken in de Baltische Zee – bezig zijn.”

Ontploft de groene bubbel?

Ondertussen bouwt Thenergo gestaag aan zijn expansie. Met de overname van Enro – een beursgenoteerde energieproducent op basis van hout uit Essen – neemt het Vlaamse milieubedrijf een vliegende start in Duitsland. Alen: “Er draaien nu 22 projecten in de Benelux. Maar de sector van biomassa in deze regio is niet groot genoeg om onze ambities waar te kunnen maken. Nu mikken we op een doorbraak in Centraal- en Oost-Europa.”

Thenergo werkt aan drie grote biomassacentrales. In Ieper zal een zogenaamde E-farm 60.000 ton dierenmest en eenzelfde hoeveelheid voedselafval verwerken en omzetten in groene stroom. Dit project van 20 miljoen euro moet volgend jaar 24.000 MWh elektriciteit opleveren – het gemiddelde verbruik van 6600 gezinnen. De tweede centrale in Merksplas (Greenpower) zal draaien op basis van jatrophanoten (zie kader). De installatie zal 48.000 MWh warmte leveren aan twee industriële partners en 72.000 MWh groene elektriciteit produceren, hetzij de stroombehoefte van 20.000 gezinnen. Met het project is een investering van 11 miljoen euro gemoeid. Voorts plant Thenergo een nieuwe warmtekrachtcentrale (WKK) in Meer. De bouw van de installatie verloopt in fasen. Eind 2009 moet het eerste deel 52.000 MWh groene stroom opleveren, wat overeenkomt met de elektriciteitsbehoefte van 15.000 gezinnen. De initiële investering bedraagt 28,5 miljoen euro.

Professor Robert Bell (Brooklyn College in New York) voorspelt echter dat de hernieuwbare energie op termijn zo goedkoop wordt dat er – naar analogie met het internet – een groene zeepbel zal ontstaan. “Ik ben het daar niet mee eens”, repliceert Alen: “Duurzame centrales zijn duur. We zitten in een heel kapitaalintensieve sector. Een windmolen van één megawatt kost gemiddeld 1,2 miljoen euro. Thenergo concentreert zich op biomassaprojecten. In deze niche loopt de factuur al vlug 5 à 6 miljoen euro per megawatt. Dergelijke investeringen renderen maar op termijn. Wel geloof ik Jeremy Rifkin, voorzitter van de Foundation on Economic Trends in Washington (VS), die stelt dat de energiebevoorrading decentraal zal verlopen. De toekomst ligt in kleinschalige projecten.”

Daarom past Thenergo een gedifferentieerde strategie toe. Alen: “Conform de theorie van Darwin zal niet de sterkste overleven, maar wel diegene die zich het best kan aanpassen aan de gewijzigde marktomstandigheden. Zo was het in de jaren zeventig ondenkbaar dat Europa ooit van de boterberg verlost zou geraken. Nu bestaat dat probleem niet meer. Hetzelfde geldt voor de mestoverschotten. Vandaag biedt de technologie ecologisch en economisch verantwoorde oplossingen. Daarom bouwen wij energiecentrales die op basis van dierlijke afvalstoffen werken.”

Maar dat zei MAV uit Gent aan het begin van de jaren negentig ook. Toch is deze dochter van de internationale baggerfirma De Nul over de kop gegaan. Alen: “In elke nieuwe business schuilt het gevaar van een hype. De dotcomcrisis was niet het gevolg van slechte marketing, maar van overwaardering. De betrokken bedrijven hebben hun businessplannen gerealiseerd. Alleen zijn de aandelenkoersen te snel gestegen. Vandaag trekt groene energie de durfkapitalisten aan dankzij de grote groeiverwachtingen. Maar hernieuwbare bronnen zullen nooit de grijze stroom (opgewekt met ‘oude’ brandstoffen zoals olie, kolen, gas en kernenergie) vervangen.”

Wel zullen groene elektriciteit en warmte nodig zijn om de stijgende vraag naar energie in de wereld te kunnen opvangen. Alen: “De huidige voorraad aan fossiele brandstoffen kan niet meer in de nodige capaciteit voorzien. België heeft het afgelopen jaar veel meer moeten invoeren dan vroeger. Zelfs bij een gewijzigd consumptiegedrag zal de vraag naar energie blijven toenemen. Je hebt nu al groene energie nodig om de gaten te vullen. Daarnaast speelt de geopolitiek een belangrijke rol in het Europese succes van hernieuwbare energie. Ons continent wil niet langer afhankelijk zijn van onstabiele landen. Vooral Duitsland is daar gevoelig voor. Daarom heeft Europa een ambitieus milieu- programma (20 % alternatieve bronnen tegen 2020) goedgekeurd.”

Een ten slotte speelt de kenniseconomie een belangrijke rol. Alen: “Willen wij op termijn niet het onderspit delven, dan moeten we investeren in technologische vernieuwingen. Voor hernieuwbare energie trekt Duitsland de kar. Ons land staat sterk in biomassa dankzij de universiteit van Gent. Jammer genoeg worden daar nu pas de eerste, commerciële vruchten – zoals Green Energy Valley – van geplukt. Thenergo gaat daar vast en zeker verandering in brengen.” (T)

Door Eric Pompen /Foto Michel Wiegandt

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content