Aernoudt strijdt tegen pornocratie
Rudy Aernoudt heeft zijn pen in vitriool gedoopt om het boek ‘Wedervaren van een cabinetard’ te schrijven. Hij valt de particratie en de ministeriële kabinetten frontaal aan. De voormalige topman van de Vlaamse administratie hekelt dat Vlaanderen Sinterklaas speelt en dat het ondernemersonvriendelijker is dan Wallonië.
De filosoof, economist en professor met de karaktertrekken van een prima donna ziet er ontspannen uit als we hem in Brussel ontmoeten. Hoe het met hem gaat? “Iets te druk. Mijn pogingen om een sabbatical in te lassen, zijn mislukt.”
Hij komt net van een vergadering van de beweging ‘België anders – Belgique autrement’. Ook eindwerken lezen aan de Universiteit Brussel slorpt veel van zijn tijd op. Die taak komt bovenop het lesgeven. Niet alleen in Brussel, ook in Gent en in het Franse Nancy. “Volgend jaar geef ik aan de universiteit van Luik een cursus over de efficiëntie van de overheid. In het Nederlands! Ik ben benieuwd wie daar zal op afkomen.” Lezingen en conferenties in binnen- en buitenland – Cyprus, China, Brazilië – nemen ook veel van zijn tijd in beslag. “Weet u dat ze zich in Brazilië afvragen wie nu de slechtste administratie ter wereld heeft: wij of zij? Ongelooflijk toch. Onze beide landen bengelen helemaal onderaan de ladder.”
De efficiëntie van de overheid, Aernoudts stokpaardje. Zijn verontwaardiging over dat reilen en zeilen in ons land is geen sikkepit geluwd. Hij schetst een vernietigend beeld van ministeriële kabinetten, in het bijzonder dat van ex-minister Fientje Moerman (Open Vld), waarvan hij ooit kabinetschef was. Hij beschouwt die kabinetten als de grootste uitwas van de door hem verfoeide particratie. “De perfecte humus voor gefoefel.”
Aernoudt en Moerman raakten in een politieke vechtscheiding verwikkeld. De ex-topcabinetard klaagde het kabinetsgesjoemel aan en de Vlaamse ombudsman gaf hem gelijk. Aernoudt verloor zijn baan en Moerman speelde haar ministerportefeuille kwijt. Ze heeft opnieuw zitting in het Vlaams parlement.
Geroep, getier, gekonkelfoes, corruptie, alcoholisme, favoritisme, machtsmisbruik, ontslagen bij de vleet, ze passeren allemaal de revue. Het beeld is onthutsend. Aernoudt verwijst naar Pierre-Joseph Proudhon en de ‘pornocratie’. De autodidact, econoom, socioloog en theoreticus van het socialisme wordt beschouwd als een van de eerste anarchistische denkers. Hij schreef: “Het niet langer nastreven van het ideaal is een teken van decadentie.”
TRENDS. Als het zo erg was, waarom stapte u dan niet op als kabinetschef en klaagde u de mistoestanden pas aan nadat u naar de top van de administratie was verhuisd?
RUDY AERNOUDT. “Was het de juiste beslissing om op het kabinet te blijven? Ik weet het nog altijd niet. Er was de liefde voor de materie. Ondanks alles kon ik dingen doen bewegen. Je wordt erin gezogen en je doet voort. De eerste keer dat je getier hoort, vraag je je af: waar zijn we mee bezig? Nadien treedt er gewenning op. Ik beschikte niet over alle stukjes van de puzzel. En ik trad op als buffer voor mijn mensen.”
Na uw vertrek dacht u verlost te zijn van al het partijgedoe en een modeladministratie uit de grond te kunnen stampen. Behoorlijk naïef, vindt u niet? U had toch zelf ervaren hoe kabinetten met de administratie omgaan?
AERNOUDT. “Ogenblikje, in het decreet ‘beter bestuurlijk beleid’ staat dat de departementen verantwoordelijk zijn voor de conceptie en de evaluatie van het beleid. Ik dacht oprecht dat te kunnen doen. Maar die taak aan de administratie toevertrouwen, veronderstelt dat de kabinetten tot enkele medewerkers verschrompelen. Dat laatste gebeurde niet.”
Filosofen zouden volgens u de beste politici zijn. Maar met filosofen win je de oorlog niet.
AERNOUDT. (prompt) “Ik ga niet naar de oorlog met hen die nu aan de macht zijn. We zijn de oorlog aan het verliezen. Het is me te doen om de materiële onthechting van filosofen. Ze zijn niet uit op geldgewin. Politiek moet de levenskwaliteit van alle burgers verhogen. Dat komt in conflict met het ik-ik-ik van politici.”
Uw ontslag is duidelijk niet verteerd.
AERNOUDT. “Inderdaad. De kloof tussen de retoriek en de realiteit is zo groot. Wat moet er in Vlaanderen gebeuren om de broodnodige veranderingen mogelijk te maken? We donderen naar beneden op de competitiviteitsladder.
“De geldhonger van de overheid was in de jaren zeventig en tachtig zo groot dat ze de kapitaalmarkt leegzoog. Een rente van 13 % tot 14 % vloeide eruit voort, wat geld lenen om te ondernemen bijzonder duur maakte. Vandaag zuigt de overheid de arbeidsmarkt leeg om haar inefficiënte administratie te bevolken. En er is al een tekort aan arbeidskrachten. Op die wijze maakt de staat ondernemen opnieuw moeilijker.
“De laatste zeven jaar zijn er 40.000 Vlaamse ambtenaren bijgekomen. Inefficiënties bij de overheid kosten de Belgen tot 10 miljard euro per jaar. Dat is de opbrengst van de totale vennootschapsbelasting in het land. Overlapping van bevoegdheden en gedemotiveerde ambtenaren liggen aan de basis van die meerkosten en veel van die uitgaven vinden hun kiemen in het bestaan van ministeriële kabinetten.”
“De collectieve lastendruk stijgt naar 49 % van het bbp. En dat na tien jaar liberalen in de regering. Alsjeblieft. We worden het meest communistische land in Europa. Vlaanderen in Actie heet het project van de Vlaamse regering. Vlaanderen in Afgang, ja.
“De impact van de overheid op de economie moet naar omlaag. Een goed werkende overheid is een basiswaarde voor een gezonde economie. Ze zou hetzelfde werk kunnen doen met 66 % van de middelen die ze daar nu voor inzet. België verspilt 34 % van zijn middelen. Bij andere landen ligt het gemiddelde op 21 % en als we Vlaanderen alleen bekijken, ligt het percentage op 31 %.
“De regering-Leterme zou niet moeten beloven dat er opnieuw 200.000 jobs bij komen. Ze zou er 200.000 moeten wegsnijden in haar eigen huishouden. Letermes ‘beter bestuur’ is een pervers communicatiemiddel. We zullen pas in 2025 op het Europese gemiddelde geraken als we maar een derde van de ambtenaren vervangen die met pensioen gaan.
“Weet u trouwens dat de reglementeringsdrift veel groter is in Vlaanderen dan in Wallonië? (Aernoudt werkte ooit op het Waals liberaal kabinet van minister Serge Kubla (MR), die bevoegd was voor Economie, nvdr). Bovendien gaat de Vlaamse administratie slechter om met ondernemers dan de Waalse. Vlaanderen straft en Wallonië gaat een partnerschap aan met ondernemingen.”
U stelt in uw boek dat het gekonkelfoes in Vlaanderen veel groter is dan federaal. Hoe komt dat?
AERNOUDT. “De federale overheid heeft bijvoorbeeld te maken met de bouwlobby. Vlaanderen met bouwbedrijven en dat brengt meer gefoefel mee. Het maakt de Vlaamse overheid gevoeliger voor cliëntelisme en profitariaat.
“Vlaanderen speelt Sinterklaas. Het zwemt in het geld en deelt subsidies bij de vleet uit. De subsidiepot wordt alsmaar groter, maar al het geld voor bijvoorbeeld innovatie en investeringen raakt allerminst op. Dus beleggen ze het maar. Het is ironisch dat het zelfs gebeurde in subprimekredieten.
“De regulering moet minder strikt. En de overheid kan helpen door begeleiding te organiseren zodat mogelijke financiers minder dossiers voorgeschoteld krijgen zonder gedegen businessplan. Ze doet er ook goed aan structuren te financieren die bereid zijn zich met kleine investeringsdossiers bezig te houden.”
De democratie is in gevaar, schrijft u. Overdrijft u niet een beetje?
AERNOUDT. “Helemaal niet. De kwaliteit van de antwoorden op parlementaire vragen overstijgt het niveau van de basisschool niet. En de parlementsleden reageren niet eens. Ambtenaren die spreken, worden gelyncht en journalisten worden onder druk gezet.
“De inteelt onder ministers en kabinetschefs is groot. Ze verdelen de buit onder elkaar en creëren structuren zodat ze alle politieke kleuren aan de macht kunnen bedienen. Iedereen speelt het spel mee onder het adagium: als de macht niet dient om te misbruiken, waarvoor dan wel?
“Fientje Moerman die getrouwheid zweert aan het volk. Dat is bijna blasfemisch. En ze hield speeches over ethiek in de economie. Hypocrisie, leugen, list en bedrog zijn een deel van het systeem en daar worden geen morele bedenkingen bij gemaakt. We hebben staatsmannen en -vrouwen nodig die dat doorbreken. Politici die het wenselijke doen vooraleer het noodzakelijk wordt. We staan verder van huis dan destijds in de zogenaamde oude politieke cultuur. En dat is geen pessimisme, wel realisme.
“Het gebrek aan transparantie is reusachtig groot. Weet u, de externe consulenten op de kabinetten bestaan niet meer omdat ik dat systeem aan de kaak stelde. De ministers wierven die gewoon aan als intern consulent op hun kabinet. Begin 2008 kwamen er 35 kabinetsleden bij.
“Het decreet ‘beter bestuurlijk beleid’ bracht 35 topbenoemingen mee. 33 van de uitverkorenen namen hun mandaat niet op en zitten op een kabinet. Iemand anders doet hun job in de administratie: wie niet geslaagd was of wel geslaagd, maar niet aangewezen. Gevolg: demotivatie en een slechte werking van de overheidsdiensten.”
Wordt u er niet moedeloos van? Uw actie en ontslag hebben niets verbeterd.
AERNOUDT. “Moedeloos of ‘l’homme révolté’ van Camus. De waarheid moet doordringen tot bij de belastingbetaler, want hij betaalt het gelag. Zijn centen zijn bedoeld voor politici om te regeren, niet om te potverteren of het land te paralyseren. Ik wil het bewustwordingsproces voort op gang brengen.
“Ook de pers, de vierde macht, heeft hier een belangrijke rol te spelen. Als diverse maatschappelijke krachten in dezelfde richting duwen, zullen politici de moed hebben om anders aan politiek te doen.”
Wat brengt de toekomst voor u? Een plaats op de Europese lijst van LDD volgend jaar? U werkt mee aan die partij en Europa is uw droom, zegt u zelf.
AERNOUDT. “Ik heb momenteel mijn handen vol. Ik sta open voor alles en voor niets. LDD neemt mijn efficiëntieverhaal over. Mijn politiek neutrale positie geeft me dan weer het voordeel dat ik in alle politieke gremia kan gaan spreken. Ik heb gevochten voor mijn spreekrecht en er de prijs voor betaald. Dat laat ik me niet meer afnemen.”
En hoe zit het met de aanvechting van uw ontslag voor de arbeidsrechter?
AERNOUDT. “De zaak komt op 18 december voor. Elke politicus met wie ik het erover heb, zegt dat ik ga winnen.” (T)
Door Boudewijn Vanpeteghem
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier