Aan mijn lijf geen polonaise
Berenschot Groep kreeg de voorbije jaren heel wat huwelijksaanzoeken, maar houdt te veel van het vrijgezellenleven. Er is maar één afdoende manier om trouwlustigen van zich af te houden: werknemersparticipatie.
Het Nederlandse adviesbureau Berenschot Groep BV is ruim zestig jaar geleden opgericht en is erin geslaagd al die tijd een onafhankelijke vennootschap te blijven die opereert met uitsluitend eigen kapitaal. Het heeft er alle schijn van dat de onafhankelijkheid van de groep ook voor de toekomst is gevrijwaard. Sinds januari 1999 kunnen alle werknemers aandelencertificaten kopen. Momenteel is 70% van de certificaten in handen van het personeel. De overige 30% is eigendom van Stichting Berenschot of de holding.
“Wie ons wil overnemen, moet dus met bijna alle personeelsleden onderhandelen. Onbegonnen werk,” zegt Frank Vandewalle, gedelegeerd bestuurder van Berenschot Belgium.
Personeel behouden.
In tegenstelling tot andere adviesbedrijven heeft Berenschot zich steeds beperkt tot het verlenen van advies en ondersteuning bij het doorvoeren van veranderingen. De groep opereert via dochters en deelnemingen op een breed werkterrein. In binnen- en buitenland telt het bureau circa 600 medewerkers, die vanuit verschillende disciplines een bijdrage leveren aan de betere werking van bedrijven en instellingen.
De adviesonderneming wil via werknemersparticipatie niet alleen haar toekomst als onafhankelijke vennootschap veiligstellen. Het is ook een uitstekende manier om het personeel te behouden. Vandewalle: “Vooraf is er een lange discussie gevoerd over het aanpassen van de verloningspolitiek. Een systeem van een partnership, populair in onze sector, lag ons niet. Dat beperkt zich tot de toplaag van de medewerkers, de senior consultants. Een andere mogelijkheid was variabele verloning. Uiteindelijk is gekozen voor werknemersparticipatie, omdat we zo twee vliegen in één klap slaan.”
Hoewel de aandelen geen deel uitmaken van het loon of de extralegale voordelen, beschouwen de medewerkers ze als een financiële bonus. Het verloop van senior consultants is sinds begin vorig jaar gedaald. En dat terwijl collega’s en klanten vaak aan hun mouw trekken.
Wanneer medewerkers toch het bedrijf verlaten, moeten ze hun aandelen aan de stichting of de holding verkopen tegen de gangbare koers. Dat doet ze toch twee keer nadenken: de waarde van de aandelen is op anderhalf jaar tijd verdriedubbeld. En er zijn geen indicaties dat het tij zal keren.
Betrokkenheid.
Wereldwijd heeft ruim 70% van de medewerkers zich ingeschreven. Samen hebben ze zo’n 70% van het kapitaal in handen. De resterende 30% blijft eigendom van de groep. Iedereen, van de receptioniste tot de senior consultant, kan deelnemen. En dat gebeurt ook. Vandewalle ziet hierin het bewijs dat de medewerkers vertrouwen hebben in de organisatie en zich betrokken voelen.”
Er zijn slechts twee voorwaarden om in te tekenen: medewerkers moeten minstens zes maanden in dienst zijn en ze mogen niet meer dan 15% van hun jaarinkomen besteden aan aandelen. Het huisreglement bepaalt ook dat de certificaten niet onderling verhandeld mogen worden. Ze kunnen enkel aan de holding of de stichting worden verkocht.
Wie beslist?
Hoewel de eigendomsstructuur van de vennootschap drastisch is veranderd, zijn de beslissingsorganen intact gebleven. Een medewerker die niet akkoord gaat met het beleid, kan zijn aandelen altijd van de hand doen. Nieuw is wel een soort van aandeelhoudersvergadering waarin gerapporteerd wordt over de evolutie van het aandelencertificaat, de resultaten en de verwachtingen. Ook de centrale ondernemingsraad wordt op geregelde tijdstippen ingelicht. Zijn opmerkingen worden doorgegeven aan de aandeelhoudersvergadering. Maar een medewerker die opmerkingen heeft over het beleid moet daarvoor het klassieke kanaal gebruiken: de ondernemingsraad.
h.v.
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier