Verzekeraars gaan morele schadevergoedingen aanslagen 22 maart sneller uitbetalen
De verzekeraars engageren zich om de schadevergoedingen voor slachtoffers van de aanslagen van 22 maart sneller uit te betalen. Daarnaast krijgen ze de helft tot het dubbele meer. Dat heeft sectorfederatie Assuralia bekendgemaakt.
In totaal hebben de verzekeraars van 1.361 slachtoffers een aanvraag voor een schadevergoeding gekregen. Het gaat om 27 dodelijke slachtoffers en 226 zwaargewonden (met een blijvende invaliditeitsgraad hoger dan 10 procent). In totaal heeft al 96 procent van de zwaargewonden een voorschot of een schadevergoeding gekregen, of staan zij op het punt die te ontvangen.
Morele schadevergoeding
Wat de morele schadevergoedingen betreft, die normaal worden bepaald op basis van de leeftijd en de geconsolideerde invaliditeitsgraad van het slachtoffer, hebben de verzekeraars zich nu geëngageerd om die op korte termijn uit te keren, op basis van de voorlopige invaliditeitsgraad. “Als de definitieve invaliditeitsgraad daarna hoger zou uitvallen, zullen de betrokken slachtoffers een bijkomende vergoeding ontvangen”, zegt gedelegeerd bestuurder van Assuralia Philippe Colle. “Indien de invaliditeitsgraad zou verminderen, dan vragen we niets terug.”
De verzekeraars gaan niet alleen sneller betalen, maar zullen ook dieper in de buidel tasten. Slachtoffers met een blijvende invaliditeitsgraad van 11 procent of meer krijgen een forfaitair bedrag dat dubbel zo hoog ligt dan is vastgelegd in de indicatieve tabellen. Slachtoffers met een invaliditeitsgraad tussen 1 en 10 procent krijgen de helft meer. Momenteel zijn er 460 slachtoffers van wie er nog geen (voorlopige of definitieve) invaliditeitsgraad bekend is. Zodra die is vastgesteld, zullen ook zij vergoed worden volgens de verbeterde regeling.
Ook de rechthebbenden van overleden slachtoffers zullen een verdubbelde morele schadevergoeding krijgen, ongeacht of ze ook economische schade hebben geleden.
Informatieverstrekking verbeteren
Bij een volgende aangelegenheid zal men zich de vraag moeten stellen of het fonds niet ook al een aantal andere zaken kan voorschieten
Tot slot engageert Assuralia zich om met de overheid in overleg te treden om de informatieverstrekking te verbeteren en wil de federatie ook nauwer samenwerken met het Fonds voor hulp aan slachtoffers van opzettelijke gewelddaden. Zo willen ze er onder meer voor zorgen dat ieder slachtoffer dat recht heeft op een schadevergoeding, ook bij de juiste verzekeraar terechtkomt (Amlin voor Brussels Airport en Ethias voor de MIVB).
“We zijn overtuigend geweest, stel ik vast”, zo besloot premier Charles Michel in een reactie. Samen met ministers Maggie De Block (Open Vld) en Koen Geens (CD&V) heeft hij naar eigen zeggen “een rol” gespeeld bij het overtuigen van de verzekeraars, nadat uit getuigenissen van slachtoffers en nabestaanden bleek dat “er verbeteringen mogelijk waren aan de kant van de verzekeraars”. De Block had vorige week nog fors uitgehaald naar het feit dat sommige instellingen wel erg lang talmen, of er onterecht van uitgaan dat het Slachtofferfonds maar moest instaan voor de eerste voorlopige betalingen.
“Bij een volgende aangelegenheid – die zich hopelijk nooit zal voordoen – zal men zich de vraag moeten stellen of het fonds niet ook al een aantal andere zaken kan voorschieten”, zei Geens daar nog over. “Dat is in dit geval niet gebeurd, dit zijn dus allemaal definitief verworven vergoedingen.”
De justitieminister herhaalde daarbij nog eens de huidige rol van het fonds, namelijk het verstrekken van noodhulp aan de slachtoffers onmiddellijk nadat de schade geleden is. “En het probeert ook hen op te vangen die geen eigen verzekering genieten. We komen dus in tweede orde tussen voor wie tussen de mazen van het net valt.”